Rappelabele toezeggingen Financiën (Rappel juli 2011)



Dit is het rappel tot 02-07-11.

 




Toezegging Evaluatie rechtsbescherming consumenten (29.708/30.336) (T00382)

In de evaluatie die over vijf jaar plaatsvindt, wordt nagegaan of de rechtsbescherming van de consumenten door deze wetgeving verbeterd is.


Kerngegevens

Nummer T00382
Oorspronkelijke nummer tz_FIN_2006_13
Status voldaan
Datum toezegging 26 september 2006
Deadline 1 januari 2012
Verantwoordelijke(n) Minister van Financiën
Kamerleden C. P. Thissen (GroenLinks)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen consumenten
rechtsbescherming
Kamerstukken Wet toezicht financiële verslaggeving (30.336)
Wet op het financieel toezicht (29.708)


Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2006 – 2007, 1 – [1]

Blz. 22

De heer Thissen (GroenLinks): Ik heb de minister ook gevraagd of hij bereid is om over vijf jaar te kijken of consumenten erop vooruit zijn gegaan in hun rechtsbescherming of in hun financiële bescherming. Is hij bereid een evaluatie toe te zeggen?

Blz. 24

Minister Zalm: Ik ben graag bereid om in de evaluatie de vraag mee te nemen of de consumenten er echt op vooruit zijn gegaan door deze wetgeving. Daarbij betrek ik dan overigens niet alleen naar de Wft maar ook naar de Wfd.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Positie FBI en VBI (30.533/30.689) (T00401)

Voortdurende monitoring van de positie van de Nederlandse Fiscale Beleggingsinstelling (FBI) en de Vrijgestelde Belegginginstelling (VBI) ten aanzien van het buitenland. Indien nodig zal actie worden ondernomen, bijvoorbeeld ten aanzien van het niet van toepassing zijn van verdragsvoordelen op een VBI.


Kerngegevens

Nummer T00401
Oorspronkelijke nummer tz_FIN_2007_19
Status voldaan
Datum toezegging 10 juli 2007
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen Fiscale beleggingsinstellingen
vennootschapsbelasting
Kamerstukken Vastgoedontwikkeling ten behoeve van de eigen portefeuille van beleggingsinstellingen (30.689)
Regeling voor vrijgestelde beleggingsinstellingen en aanpassing van eisen voor beleggingsinstellingen met uitdelingsverplichting (30.533)


Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2007 – 2008, 38 – 1243

Staatssecretaris De Jager:

Al met al denk ik dat het FBI-regime zich goed kan meten met fiscale beleggingsregimes in andere landen. Ik geef toe dat het FBI-regime minder interessant is voor beleggers die niet uit zijn op een jaarlijkse dividenduitkering. Dat is ook de belangrijkste reden van het thans voorgestelde VBI-regime.

De heer Essers heeft ook bij het VBI-regime minpunten geplaatst. In het wetsvoorstel wordt slechts één eis gesteld aan het aandeelhouderschap. Die eis vloeit rechtstreeks voort uit het uitgangspunt dat collectief beleggen niet tot meer belastingheffing moet leiden dan individueel beleggen. Er moet sprake zijn van collectiviteit en van beleggen, dus niet van ondernemen in fiscale zin. Daarmee wordt voorkomen dat er op fiscaal gebied concurrentieverstoring optreedt tussen beleggen en ondernemingsactiviteiten die daar dicht tegenaan liggen. De toegestane investeringen omvatten alle gangbare financiële instrumenten. Het niet van toepassing zijn van de Nederlandse verdragsvoordelen op een VBI is een logisch gevolg van de vrijstelling voor de vennootschapsbelasting en de afwezigheid van de inhoudingsplicht voor de dividendbelasting. In de memorie van toelichting staan ook nog andere pluspunten. Alles overziende, denk ik dat Nederland ook wat betreft de VBI de vergelijking met het buitenland kan doorstaan. Mocht echter blijken dat er belangrijke knelpunten zijn, dan zal ik zo nodig actie ondernemen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Beslag op kredietruimte (30.322) (T00415)

De staatssecretaris zegt toe om het beslag op kredietruimte te gaan monitoren en de Kamer hierover verslag uit te brengen.


Kerngegevens

Nummer T00415
Oorspronkelijke nummer tz_FIN_2007_31
Status voldaan
Datum toezegging 25 september 2007
Deadline 1 januari 2013
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen kredietruimte
Kamerstukken Versterking fiscale rechtshandhaving (30.322)


Uit de stukken

Handelingen Eerste Kamer 2007-2008, nr. 1

Blz. 34

De heer Essers (CDA): Dat punt is nu net in discussie in het kader van de herziening van het faillisements- en insolventierecht. Wij wachten op het advies van de commissie-Kortmann en wij vinden dat wij dit onderwerp in het kader van die discussie moeten bespreken. Om de regering uit te nodigen de maatregelen rond het beslag van de kredietruimte op te schorten tot dit debat heeft plaatsgevonden, dien ik een motie in die is ondertekend door alle woordvoerders in dit debat. (motie 30322, F)

Blz. 37

Staatssecretaris De Jager: De ingediende motie zou raken aan de kern van het systeem van de betaalrekening en is dus helaas daarom niet mogelijk. Ik wil een klemmend beroep op alle indieners doen om dat punt wel toe te staan in de wet, in ruil voor een toezegging van mijn kant dat wij het monitoren en dat ik eventueel in uw Kamer verslag kom doen over of dit wel of niet tot problemen leidt. […] Ik kan u de toezegging doen dat wij dat zeer nauw zullen monitoren. Als u dat wenst, willen wij het graag invoeren in 2008, gelet op het nieuwe betalingssysteem, het nieuwe inningssysteem van de Belastingdienst. Ik kan u toezeggen dat wij daar 1. kleine vorderingen op gaan innen en dat wij dat 2. gaan monitoren, zodat wij met u kunnen afstemmen wat de gevolgen daarvan zijn. Wij kunnen ook beginnen met het incasseren van de relatief wat kleinere bedragen en dat vervolgens uitbreiden indien de eerste golf van incasso’s goed verloopt en dit met u bespreken.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Voorstudiecommissie belastingherziening (32.123) (T01123)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van opmerkingen van het lid Reuten toe een breed vermogensbegrip en een tijdelijke vermogensbelasting te betrekken bij de voorstudiecommissie belastingherziening.


Kerngegevens

Nummer T01123
Status voldaan
Datum toezegging 3 november 2009
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden dr. G.A.T.M. Reuten (SP)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie legisprudentie
Onderwerpen verzamelwetten
Kamerstukken Miljoenennota 2010 (32.123)


Uit de stukken

Handelingen I 2009-2010, nr. [7] – blz. [206-207]

De heer Reuten (SP): Ter voorkoming daarvan en ter voorkoming van een derde termijn wil ik graag terugkomen op de crisisvermogensbelasting. Ik wil graag de toezegging om daarbij een breed vermogensbegrip te betrekken zoals het CBS dat produceert. Ook vraag ik om de variant erbij te betrekken van een tijdelijke vermogensbelasting bij topvermogens. Beide zoals ik aangaf in de eerste termijn.

Staatssecretaris De Jager: Wij hebben zelfs na de algemene politieke beschouwingen in de Tweede Kamer de vleestaks meegegeven aan de voorstudiecommissie, dus dit kan er misschien ook nog wel bij. Ik zeg wel heel duidelijk dat het invoeren van tariefsverhogingen een politieke afweging is. Die voorstudiecommissie moet met ame kijken naar de grondslagen en onderzoeken hoe eventuele belastinguitgaven makkelijker te maken zijn. De commissie hoeft niet per se te kijken naar een eventuele eenvoudige tariefsverhoging, want dat kunnen politici doen. Het gaat met name om de voor- en nadelen van grondslagen. Ik ben best bereid om dat met deze mitsen en maren van de heer Reuten aan de voorstudiecommissie mee te geven.

De heer Reuten (SP): Voor alle duidelijkheid: ik heb het niet over de vermogensinkomsten-belasting, maar over vermogensbelasting.

Staatssecretaris De Jager: Daarom denk ik ook dat de commissie dat helemaal niets gaat vinden. Nogmaals, ik ben bereid om dat mee te geven, want dat is het verzoek. Wat u interesseert ...

De voorzitter: Mijnheer Reuten, de toezegging is gedaan en mij lijkt dat daarmee een interruptie niet meer nodig is.

De heer Reuten (SP): De vraag is natuurlijk om daar serieus onderzoek naar te doen.

Staatssecretaris De Jager: Dat zullen we ook zeker doen. Maar er moet tegelijkertijd 20% af qua vereenvoudiging, dus men zal juist kijken hoe het met minder belastingen eenvoudiger kan, met dezelfde opbrengst, in plaats van het bedenken van nog andere grondslagen daarbij. Men zal een voorkeur hebben voor het behandelen van een grondslag die we toch al hebben, box 3, maar ik heb toegezegd om het mee te geven op de wijze die de heer Reuten heeft aangegeven. Doordat hij wat doorvroeg naar mijn oordeel gaf ik dat. Wij zullen het gewoon op de toegezegde manier doen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Defiscalisering in de inkomstenbelasting van erfrechtelijke vorderingen en schulden tussen ouders en kinderen (31.930) (T01182)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van opmerkingen van het lid De Boer toe om wat betreft de deficalisering in de inkomstenbelasting begin 2010 een brief aan de Tweede Kamer te sturen waarin hij aangeeft welke vorderingen en schulden kunnen worden gedefiscaliseerd. De staatssecretaris zal de benodigde wetswijziging naar verwachting opnemen in het Belastingplan 2010.


Kerngegevens

Nummer T01182
Status voldaan
Datum toezegging 15 december 2009
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. R. de Boer (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie legisprudentie
Onderwerpen kinderen
ouders
schulden
Kamerstukken Wijziging Successiewet 1956 inzake vereenvoudiging bedrijfsopvolgingsregeling en herziening tariefstructuur (31.930)


Uit de stukken

Handelingen I 2009-2010, nr. 13 – blz. 455

Staatssecretaris De Jager: […] Wat betreft de defiscalisering in de inkomstenbelasting zeg ik de heer De Boer toe dat ik begin 2010 aan de Tweede Kamer een brief zal sturen waarin ik aangeef welke vorderingen en schulden volgens mij kunnen worden  gedefiscaliseerd. Hierover loopt nog overleg met de KNB, de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie. De benodigde wetswijziging zal ik naar verwachting opnemen in het Belastingplan 2011.

Handelingen I 2009-2010, nr. 13 – blz. 426

De heer De Boer (ChristenUnie): […] Onhelder is voor onze fracties het antwoord op onze vraag inzake de defiscalisering in de inkomstenbelasting van erfrechtelijke vorderingen en schulden tussen ouders en kinderen. Er zal daarover een brief komen naar de Tweede Kamer. Onze vraag was echter eenvoudig: komt die defiscalisering er nu inderdaad per 1 januari 2011?

Handelingen I 2009-2010, nr. 13 – blz. 476

De heer De Boer (ChristenUnie): […] Er is slechts één toezegging waar ik toch eventjes de

vinger bij wil leggen. Dat betreft de toezegging inzake de defiscalisering van de inkomstenbelasting. De staatssecretaris heeft gezegd dat daar in begin 2010 een brief over komt. Hij wil vervolgens de benodigde wetswijziging meenemen in het Belastingplan 2011. Ik wijs de staatssecretaris erop dat wij hier al eerder een discussie hebben gehad over het meenemen in het Belastingplan van zaken die er wellicht niet in horen. Ik herinner mij nog de vliegtaks, waarover wij volgende week praten. De staatssecretaris heeft daar ook keurig een apart wetje van gemaakt. Ik verzoek de staatssecretaris om nu niet weer in de fout te gaan door zaken in het Belastingplan te stoppen die er eigenlijk niet in horen. Dat geef ik aan hem mee. Hij zal er ongetwijfeld in verstand en wijsheid mee omgaan.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Relatie belastingplichtigen en Belastingdienst in Fiscale Agenda (30.645) (T01297)

De Staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Biermans (VVD) inzake een open stelsel van rechtsbescherming, toe om in de fiscale agenda van april 2011 in te gaan op de relatie tussen belastingplichtigen en de Belastingdienst.


Kerngegevens

Nummer T01297
Status voldaan
Datum toezegging 12 april 2011
Deadline 1 mei 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden mr. G.J.J. Biermans (VVD)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
relatie belastingplichtige Belastingdienst
Kamerstukken Initiatiefvoorstel-Dezentjé Hamming-Bluemink en Groot Rechtsbescherming belastingplichtigen bij controlehandelingen fiscus (30.645)


Uit de stukken

Handelingen I 2010/11, nr. 24, item 2, blz. 4

De heer Biermans (VVD):

Bij de schriftelijke beantwoording heeft mijn fractie de staatssecretaris de vraag gesteld of hij bereid is om de mogelijkheid van een open stelsel te onderzoeken. Hij gaat helaas niet zover dat hij een toezegging ter zake doet. Dat vinden wij jammer. Kan hij nog eens aangeven waarom hij dat niet doet, want een open stelsel van rechtsbescherming hoort toch thuis in een rechtsstaat?

Handelingen I 2010/11, nr. 24, item 6, blz. 24

Staatssecretaris Weekers:

Het evenwicht tussen rechtsbescherming en controle is en blijft broos, dat blijkt ook uit de interventie van de heer Doek. Dat zeg ik ook tegen de geachte afgevaardigde Biermans. Hij vroeg mij naar een visie op een open stelsel van rechtsbescherming. Ik zeg tegen de heer Biermans dat ik bevreesd ben dat een zuiver open stelsel een zware wissel zal trekken op de uitvoeringslast van de Belastingdienst. Daarom was het oorspronkelijke voorstel niet aanvaardbaar voor de regering. Ik wil nu juist het verkeer tussen de belastingplichtige en de Belastingdienst versoepelen. Daarom zal ik in de fiscale agenda, die ik nog deze week naar beide Kamers der Staten-Generaal hoop te sturen, ingaan op de relatie tussen de belastingplichtige en de Belastingdienst.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Toezending evaluatie effectiviteit stimuleringsmaatregelen (32.500) (T01310)

De minister van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag/opmerking van het lid Engels, toe om de evaluatie van de effectiviteit van de stimuleringsmaatregelen aan de Eerste Kamer te zenden.


Kerngegevens

Nummer T01310
Status voldaan
Datum toezegging 9 november 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Minister van Financiën
Kamerleden prof. mr. J.W.M. Engels (D66)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen evaluaties
stimuleringsmaatregelen
Kamerstukken Miljoenennota 2011 (32.500)


Uit de stukken

Handelingen I 2010/11, nr. 6, blz. 23

De heer Engels (D66): [...] Graag horen wij van de bewindslieden in hoeverre het voorgestelde stimulerings-pakket effectief is en hoe zij de risico’s voor de staatskas inschatten, en of zij nog ruimte zien voor bijsturing.

Handelingen I 2010/11, nr. 6, blz. 46

Minister De Jager: [...] De woordvoerder van de D66-fractie vroeg naar de effectiviteit van de  stimulerings-maatregelen. Aan de Tweede Kamer is toegezegd dat die maatregelen worden geëvalueerd op het punt van effectiviteit. Die toezegging geldt ook in deze Kamer. Ik kan daarom toezeggen dat die evaluatie te zijner tijd ook naar de Eerste Kamer wordt toegezonden. Wij zijn zelf natuurlijk ook benieuwd naar die evaluatie.

Handelingen I 2010/11, nr. 6, blz. 58

De heer Engels (D66): [...] Hoewel de partijvoorzitter niet op de tribune zit, incasseer ik toch even de toezegging dat het evaluatieonderzoek over de effectiviteit van het stimuleringspakket, dat is afgesproken met de Tweede Kamer, ook naar de Eerste Kamer zal worden gestuurd. Dat is overigens standaard, maar als de minister dat heel nadrukkelijk aan mijn fractie toezegt, wie ben ik dan om dat nu niet te noemen? Dat begrijpt hij uiteraard goed.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Overleg met belangenorganisaties inzake mogelijk alternatief schrappen heffingskorting groene beleggingen (32.500) (T01311)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag/opmerking van het lid Koffeman, toe om in de week van het onderhavige debat in overleg te treden met de Nederlandse Vereniging van Banken en LTO Nederland om te bezien of een alternatief te bedenken is voor het laten vervallen van de heffingskorting voor groene beleggingen en informatie hierover die hij aan de Tweede Kamer zal sturen ook aan de Eerste Kamer te doen toekomen.  


Kerngegevens

Nummer T01311
Status voldaan
Datum toezegging 9 november 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. N.K. Koffeman (PvdD)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen heffingskorting
Kamerstukken Miljoenennota 2011 (32.500)


Uit de stukken

Handelingen I 2010/11, nr. 6, blz. 47

Staatssecretaris Weekers: [...] De heer Koffeman zegt dat de Nederlandse Vereniging van Banken, LTO Nederland en Bouwend Nederland zorgen hebben geuit. Daar heeft hij gelijk in. De Tweede Kamer heeft daar gisteren ook nadrukkelijk op gewezen. Ik heb daarom aan de Tweede Kamer toegezegd dat ik zowel de Nederlandse Vereniging van Banken als LTO Nederland nog deze week uitnodig om te bezien of er een alternatief te bedenken is. De besparing voor de schatkist moet uiteindelijk wel uit dezelfde hoek komen, even deugdelijk zijn en partijen moeten het daarover eens kunnen worden. Dit was een verzoek van de heer Slob van de ChristenUnie in de Tweede Kamer. Dit verzoek heb ik gehonoreerd. Wij gaan dus bekijken of er iets mogelijk is. Dat kan ik hier toezeggen, maar ik kan niet op voorhand toezeggen dat wij daarmee de maatregel intrekken. Ik zal eerst een deugdelijk alternatief moeten hebben dat kan rekenen op de steun van de Tweede Kamer.

Handelingen I 2010/11, nr. 6, blz. 48

Staatssecretaris Weekers: [...] Daarnaast heb ik aangegeven dat ik bereid ben om hierover nog deze week met de belangenorganisaties te spreken. Ik zal dan wel een deugdelijk alternatief moeten hebben dat qua lasten uiteindelijk in dezelfde hoek neerslaat.

De voorzitter: Ik vraag de bewindsman om de informatie die hij naar Tweede Kamer stuurt naar aanleiding van een verzoek daar, ook naar de Eerste Kamer te sturen. Er zijn hier namelijk enkele fracties die dit probleem aan de orde gesteld hebben.

Staatssecretaris Weekers: Dat zeg ik natuurlijk toe. Ik heb in de Tweede Kamer aangegeven dat ik hoogstwaarschijnlijk vrijdagavond die informatie kan toezenden. Ik zeg toe dat ik de informatie over de heffingskortingen ook naar de Eerste Kamer zal sturen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Tijdige aanbieding Fiscale verzamelwet 2011 (32.504/32.505/32.401) (T01313)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een opmerkinge van het de leden Essers (CDA) en Leijnse (PvdA), toe dat de regering de Fiscale verzamelwet 2011 en belastingverdragen tijdig ter goedkeuring aan de Eerste Kamer zal aanbieden.


Kerngegevens

Nummer T01313
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
prof. dr. F. Leijnse (PvdA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie legisprudentie
Onderwerpen belastingverdragen
tijdig aanbieden
tussentijds fiscaal wetsvoorstel
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 1

De leden van de fractie van het CDA vinden het jammer dat door de late behandeling in de Tweede Kamer het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2010 en het belastingverdrag met het Verenigd Koninkrijk niet al eerder aan de Eerste Kamer konden worden aangeboden. Dit kan ik mij voorstellen. Volgend jaar zullen de voorbereidingen voor het tussentijdse fiscale wetsvoorstel reeds in januari, direct na de afronding van de behandeling van het Belastingplan 2011 c.a., worden gestart om te trachten het wetsvoorstel eerder te kunnen indienen en eerder in de Eerste Kamer te krijgen. Ook met betrekking tot belastingverdragen zal ik mij beijveren, voor zover het in mijn macht ligt, om deze zo tijdig mogelijk ter goedkeuring aan te bieden aan de Eerste Kamer.

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 1-2

In aansluiting daarop waarderen de leden van de fractie van de PvdA de poging van het kabinet om te voldoen aan de verzoeken van de Eerste Kamer om wetsvoorstellen meer door het jaar te spreiden. Vanwege de kabinetscrisis, verkiezingen en lange formatie excuseren de leden van de fractie van de PvdA het kabinet dit jaar dat dit niet is gelukt. Komend jaar is het kabinet wederom voornemens om in het voorjaar een fiscale verzamelwet in te dienen, en spant zich in om dat eerder dan dit jaar te doen. Een kabinetscrisis zou het kabinet volgens deze leden dispensatie geven voor een eventuele vertraging van een dergelijk wet. Het kabinet verwacht echter geenszins gebruik te hoeven maken van een dergelijke dispensatie.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Vereenvoudiging arbeidskorting (32.504/32.505/32.401) (T01314)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Reuten (SP), toe dat de regering zal bezien of de regeling van de arbeidskorting vereenvoudigd kan worden. In de startbrief zal de regering opnemen welke vereenvoudigingen aangepakt zullen worden.


Kerngegevens

Nummer T01314
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden dr. G.A.T.M. Reuten (SP)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen arbeidskortingen
fiscale startbrief
vereenvoudigingen
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 41

De leden van de fractie van de SP vragen te bezien of de regeling van de arbeidskorting niet eenvoudiger kan. De complexiteit van de huidige regeling hangt samen met de wens om de arbeidskorting zodanig te richten dat die het maximale, positieve effect heeft op de arbeidsparticipatie. Een van de speerpunten van dit kabinet is vereenvoudiging. Ik ben dan ook verheugd dat de leden van de fractie van de SP dit kabinet daarin, zo blijkt uit de vraagstelling, steunt. In de startbrief zal dit kabinet opnemen welke vereenvoudigingen aangepakt zullen gaan worden. Ook de arbeidskorting kan daarbij onder de loep worden genomen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Aandacht administratieve lasten en milieubelastingen op water (32.504/32.505/32.401) (T01316)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid De Boer (CU), toe dat de regering in de fiscale startnotitie uitgebreid terug komt op vermindering van de druk van administratieve lasten en van regels voor bedrijven en burgers, waarbij voor het bereiken van deze doelstelling ook kritisch gekeken zal worden naar de milieubelastingen op drinkwater. Hierbij zullen ook de uitvoeringskosten in ogenschouw worden genomen.


Kerngegevens

Nummer T01316
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. R. de Boer (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen milieubelastingen op water
startnotitie
vermindering administratieve lasten
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 45

Dit kabinet heeft in het Regeerakkoord geen voorstellen opgenomen op het punt van de kleinere milieubelastingen, maar heeft wel het belang aangegeven van een vermindering van de druk van administratieve lasten en van regels voor bedrijven en burgers. In de startbrief zal hier nader op in worden gegaan, waarbij voor het bereiken van deze doelstelling ook kritisch zal worden gekeken naar de milieubelastingen op drinkwater. Hierbij zullen ook de uitvoeringskosten in ogenschouw worden genomen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Fiscale behandeling motoren (32.504/32.505/32.401) (T01318)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Essers (CDA), toe dat de regering opnieuw zal kijken naar de fiscale behandeling van motoren als de onderzoeksresultaten van het SOLVE project een nieuw licht werpen op de in het belastingplan 2011 voorgestelde fiscale behandeling van motoren.


Kerngegevens

Nummer T01318
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Deadline 1 januari 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen bpm
motorrijtuigenbelastingen
SOLVE project
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 19-20

Omzetting van BPM in MRB

[...] RAI vereniging en BOVAG zetten in de brief vraagtekens bij de uitkomsten van [het onderzoeks-rapport van CE Delft over Fiscale vergroening] en geven aan dat er momenteel nieuwe gegevens worden verzameld in het kader van het zogenaamde SOLVE project. Op basis van de mij bekend zijnde onderzoeksresultaten en ontwikkelingen zie ik momenteel geen argumenten die een ander licht werpen op de voorgestelde fiscale behandeling van motoren. Mochten de onderzoeksresultaten uit het SOLVE project daartoe aanleiding geven dan ben ik bereid daar serieus naar te kijken.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Aandacht voor Geefwet in startnotitie (32.504/32.505/32.401) (T01319)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid De Boer (CU), toe dat de regering in de fiscale startnotitie uitgebreid op de Geefwet terug komt.


Kerngegevens

Nummer T01319
Status voldaan
Datum toezegging 10 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. R. de Boer (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Schriftelijk overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen Geefwet
startnotitie
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Memorie van Antwoord, EK 32504/ 32505/ 32401 D - blz. 44

Zoals ik ook de Algemene Financiële Beschouwingen heb aangegeven, ben ik van mening dat er ook in de toekomst altijd een faciliteit zal blijven bestaan om te geven aan instellingen die een algemeen maatschappelijk belang nastreven. Ik heb daar ook gezegd dat in het Regeerakkoord een haakje zit met betrekking tot de afbakening en dat ik daar nog eens goed naar wil kijken in het kader van de Geefwet. In de startnotitie kom ik uitgebreid op het onderwerp Geefwet terug.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Behandeling rechtsvorm neutrale ondernemingswinstbelasting in Fiscale Agenda (32.504/32.505/32.401) (T01321)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van opmerkingen van het lid Essers, toe dat de regering in de fiscale agenda terugkomt op de rechtsvorm neutrale ondernemingswinstbelasting.


Kerngegevens

Nummer T01321
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
rechtsvorm neutrale ondernemingswinstbelasting
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 17

De heer Essers (CDA):

Bij de behandeling van vorige belastingplannen heb ik het al vele malen aan de orde gesteld en ik doe dat thans weer: in de fiscale literatuur zijn diverse uitgewerkte voorstellen te vinden om door invoering van een rechtsvormneutrale ondernemingswinstbelasting veel van de thans voorkomende problemen in de belastingheffing van ondernemers en directeuren-grootaandeelhouders op te lossen. Graag verwijs ik bij wijze van voorbeeld naar de eind van deze maand uit te komen special van het Tijdschrift Fiscaal Ondernemingsrecht, waarin de voorstellen in het dit jaar uitgekomen rapport van de Studiecommissie belastingstelsel "Continuïteit en vernieuwing" uitgebreid worden besproken. Het zou jammer zijn en een gemiste kans betekenen als de staatssecretaris gevolg zou geven aan de suggestie van deze studiecommissie om geen verder onderzoek te doen naar een rechtsvormneutrale ondernemingswinstbelasting. De door de studiecommissie naar voren gebrachte bezwaren tegen een dergelijke belasting, namelijk de verschillen met de civielrechtelijke werkelijkheid en eventuele internationale complicaties, zijn gedateerd en al diverse malen in de literatuur weerlegd. De voordelen van het geschetste stelsel van een rechtsvormneutrale ondernemingswinstbelasting zijn echter legio. Doordat er recht wordt gedaan aan de verschillende functies van winstinkomen, te weten consumptie, investeren, reserveren en oudedagsvoorziening, vervalt de bestaansgrond van vele thans bestaande ondernemingsfaciliteiten, zoals de zelfstandigenaftrek en de mkb-winstvrijstelling. Deze faciliteiten kunnen worden ingeruild voor een laag ondernemingswinstbelastingtarief, waardoor het fiscale stelsel rechtvaardiger en eenvoudiger wordt, belastingplichtigen minder afhankelijk worden van hun adviseurs en ook de administratieve lasten kunnen afnemen. Ook de terbeschikkingstellingsregeling kan aanmerkelijk worden vereenvoudigd, terwijl de gebruikelijkloonregeling zelfs kan worden afgeschaft in het geval alle betalingen tussen de winstgenieters, dat wil zeggen ib-ondernemer en directeurengrootaandeelhouders, en de onderneming van aftrek worden uitgesloten. Het mogelijk oneigenlijk gebruik van de volksverzekeringen kan op andere wijze worden gepareerd. De rechtsvormkeuze wordt op deze wijze ontdaan van fiscale factoren, met als gevolg dat het risico van mismatches aanzienlijk wordt teruggebracht. Politiek belangrijk is ook dat niet alleen in de fiscale wetenschap, maar ook bij onder andere werkgevers- en werknemersorganisaties grote steun bestaat voor de geleidelijke ontwikkeling van ons belastingstelsel in de richting van een rechtsvormneutrale ondernemingswinstbelasting. Daartoe verwijzen wij naar het in het rapport van de studiecommissie opgenomen verslag van een hoorzitting met onder meer VNO-NCW, MKB-Nederland, FNV, het Platform Zelfstandige Ondernemers (PZO) en het Register Belastingadviseurs. Er is wel eens minder draagkracht geweest voor fiscale voorstellen die inmiddels allang zijn doorgevoerd! Graag roepen wij de staatssecretaris dan ook op om serieus verder onderzoek te blijven doen naar dit voorstel, dat op een zo brede maatschappelijke en wetenschappelijke steun kan rekenen, als een reëel alternatief voor de toekomst van de belastingheffing van ondernemingen.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 5

Staatssecretaris Weekers:

De heer Essers heeft een oproep gedaan voor de rechtsvorm neutrale ondernemingswinstbelasting. Ib-ondernemers, een dga en een bv worden inderdaad op een andere manier belast. De studiecommissie heeft hier ook iets over gezegd. Zij heeft het eigenlijk bij voorbaat terzijde geschoven. De heer Essers zal het mij niet euvel duiden dat ik nog onvoldoende gelegenheid heb gehad om mij hier echt in te verdiepen. Dat zal ik in elk geval alsnog doen. Ik zal er bij de fiscale agenda op terugkomen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Meenemen vereenvoudiging tbs-regeling in Fiscale Agenda (32.504/32505/32.401) (T01322)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van een opmerking van het lid Essers, toe dat de regering in haar fiscale agenda zal kijken naar een vereenvoudiging van de terbeschikkingstellingsregeling.


Kerngegevens

Nummer T01322
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden mr. G.J.J. Biermans (VVD)
Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
terbeschikkingsstellingsregeling
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 17

De heer Essers (CDA):

Een andere in de praktijk tot veel problemen aanleiding gevende regeling is de terbeschikking-stellingsregeling van artikel 3.92 van de Wet inkomstenbelasting 2001. De in de fiscale verzamelwet aangebrachte aanpassing van deze regeling bij gemeenschap van goederen leidt weer tot enkele extra complicaties, zoals ook de memorie van antwoord leert naar aanleiding van een aantal door ons in het verslag gestelde vragen. In dit verband roep ik de staatssecretaris op om in zijn startnotitie nog eens expliciet aandacht te besteden aan deze problematiek.

[...]

Ook de terbeschikkingstellingsregeling kan aanmerkelijk worden vereenvoudigd.

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 31

De heer Biermans (VVD):

Ik noem ook afschaffing van de gebruikelijk loonregeling en afschaffing of in elk geval vergaande vereenvoudiging van de tbs-regeling. In dit verband verwijs ik nog eens naar de Nexia-voorstellen.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 5

Staatssecretaris Weekers:

Door diverse leden zijn een aantal suggesties gedaan voor de fiscale agenda. Zo hebben de heren Essers en Biermans voorstellen gedaan voor een vereenvoudiging van de terbeschikking-stellingsregeling. In het verleden is daar al diverse keren over gesproken en die is al een paar keer onderzocht. Ik sta daarbij voor een aantal dilemma’s, maar ik ben best bereid om nogmaals naar een mogelijke vereenvoudiging te kijken. Ik zeg erbij dat ik daarvan niet al te hoge verwachtingen heb. Er is immers tot dusver nog geen pasklaar antwoord gekomen. Als je toch naar heel veel fiscale zaken gaat kijken, moet dit onderwerp in elk geval ook opnieuw tegen het licht worden gehouden.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Fiscale aspecten woningmarkt in Fiscale Agenda (32.504/32.505/32.401) (T01324)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de lid De Boer, toe dat de regering in haar fiscale agenda terugkomt op andere fiscale aspecten van de woningmarkt dan hetgeen samenhangt met de hypotheekrenteaftrek.


Kerngegevens

Nummer T01324
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. R. de Boer (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
woningmarkt
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 20

De heer De Boer (ChristenUnie):

Bij de algemene financiële beschouwingen in deze kamer vroegen onze fracties of de visie op de woningmarkt die ontwikkeld wordt van invloed is op de herziening van het belastingstelsel.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 4

Staatssecretaris Weekers:

[...] Ik zal wel kijken naar andere aspecten van de woningmarkt. Vorige week heeft het CPB een interessante publicatie het licht doen zien om tot een alternatieve invulling van de overdrachtsbelasting te komen. Ik kan daarop meteen reageren met het opsommen van de uitvoeringsbezwaren en het van de hand wijzen, maar ik kan het ook anders benaderen. Op zichzelf is het een heel interessante gedachte, die ik het bestuderen waard vind. Ik zal er in mijn fiscale agenda op terugkomen. Misschien kunnen wij binnen hetzelfde domein iets anders verzinnen waarmee wij de doorstroming op de woningmarkt kunnen bevorderen. Nogmaals, er zitten plussen en minnen aan vast, waar ik heel goed naar wil kijken.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Evaluatie bedrijfsopvolgingsregeling op korte termijn (32.504/32.505/32.401) (T01326)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Essers en Ten Hoeve, toe dat de regering de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet op korte termijn zal evalueren.


Kerngegevens

Nummer T01326
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2016
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
drs. H. ten Hoeve (OSF)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen bedrijfsopvolgingsregelingen
schenk- en erfbelasting
Successiewet 1956
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 16

De heer Essers (CDA):

Wij zijn verheugd dat hij de vereenvoudiging van het belastingstelsel hoog in het vaandel heeft staan. Wij kunnen in dit verband volledig de veronderstelling van de staatssecretaris in de memorie van antwoord beamen dat de huidige bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet in de praktijk zeer lastig uitvoerbaar is. Wij moedigen de staatssecretaris dan ook aan om zijn aanbod in de memorie van antwoord, om deze regeling desgewenst eenvoudiger te maken, door te zetten. Hij zal daarbij de CDA-fractie aan zijn zijde vinden. Maar ook de huidige bedrijfsopvolgings- en doorschuivingsregelingen in de inkomstenbelasting blinken bepaald niet uit door consistentie en helderheid. Er is echt behoefte aan een integrale, coherente regeling hiervan.

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 25

De heer Ten Hoeve (OSF):

Ik ben blij dat de faciliteiten voor de mkb-beleggingen niet doorgaan, want die zouden voor heel ingewikkelde regelgeving hebben gezorgd. Daar is vorig jaar al uitgebreid voor gewaarschuwd. In dit verband verbaast mij ook niet dat de Bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet uitvoeringsproblemen geeft, want ook die is te ingewikkeld gemaakt en ook daarvoor had ik vorig jaar al gewaarschuwd. Wat zal de staatssecretaris tegen dit laatste doen? Heeft hij daarvoor plannen?

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 5

Staatssecretaris Weekers:

Er zijn vragen gesteld door de heren Ten Hoeve en Biermans over de regeling voor bedrijfsopvolging in de erf- en schenkbelasting. De heer Essers heeft gevraagd om daarbij ook de inkomstenbelasting te betrekken. De aangepaste bedrijfsopvolgingsregeling is pas net van kracht. De evaluatie zal over twee jaar plaatsvinden. Ik zou het daar naartoe kunnen verplaatsen om die hele discussie te voeren. Als hier in de Kamer een gevoelen heerst dat dit toch echt veel sneller zou moeten worden aangepakt, dat dit eerder tegen het licht zou moeten worden gehouden, dan ben ik daar uiteraard van harte toe bereid. Er is ook terecht gewezen op het punt dat de Tweede Kamer het wetsvoorstel op het laatste moment heeft geamendeerd, waardoor het nog wat complexer is geworden. Als de Eerste Kamer zegt dat het gewoon kan worden meegenomen in de evaluatie over twee jaar, dan doe ik dat.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 5-6

De heer Essers (CDA):

Ik kan bevestigen dat wij heel veel geluiden uit de praktijk vernemen dat dit echt op grote problemen stuit. Dus hoe eerder hoe beter, zou ik zeggen.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 6

Staatssecretaris Weekers:

Dan zeg ik graag toe dat ik hier sneller naar zal kijken en dat ik daar niet nog twee jaar mee wacht.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 39

De heer Essers (CDA):

Ik ben blij met de toezegging dat de bedrijfsopvolgingsregeling, met name die in de Successiewet, schenk- en erfbelasting, op de kortst mogelijke termijn opnieuw wordt bekeken en dat wij daarop niet twee jaar hoeven te wachten. Daaruit blijkt dat deze staatssecretaris vatbaar is voor geluiden uit de praktijk. Bovendien blijkt daaruit dat amendementen die op het allerlaatste moment door de Tweede Kamer worden aangenomen, nogal eens tot grote problemen aanleiding geven omdat er niet echt een goede gedachtewisseling over heeft plaatsgevonden. Dat is bij dit amendement, waarmee beoogd wordt om de regeling voor de bedrijfsopvolging in de Successiewet op de schop te gooien, ook het geval.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 43

De heer Ten Hoeve (OSF):

Ik was erg blij met de toezegging van de staatssecretaris op een vraag van de heer Essers. De staatssecretaris zegt dat hij onmiddellijk begint met de evaluatie en met het kijken naar eventuele wijzigingen in de bedrijfsopvolgingsregeling. Het komt mij inderdaad voor dat dit vrij urgent is.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Betrekken Mirrlees Review en OESO adviezen bij fiscale agenda (32.504/32.505/32.401) (T01331)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van het lid Biermans, toe dat de regering de vergezichten uit de Mirrlees Review en van de OESO betrekt bij het opstellen van de Fiscale Agenda.


Kerngegevens

Nummer T01331
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Minister van Financiën
Kamerleden mr. G.J.J. Biermans (VVD)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
Mirrlees review
OESO
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 – blz. 31

De heer Biermans (VVD):

De staatssecretaris heeft ook aan onze Kamer een startnotitie toegezegd. Grote vergezichten zal hij daarin niet schetsen, zo heeft hij ons laten weten. Wij vinden dat een gemiste kans. Wat is er op tegen om los van de bestaande regelgeving te filosoferen over een idealer belasting-stelsel? Daarmee bepaal je toch ook de richting, waar je op middellange en korte termijn met de bestaande belastingwetgeving naar toe moet gaan.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 – blz. 3

Staatssecretaris Weekers:

Daarnaast is in de laatste tijd, met name in de internationale literatuur, bijzonder veel aandacht geschonken aan fiscale vergezichten; wat zou een ideaal fiscaal stelsel zijn? Zo is de Mirrlees Review in het Verenigd Koninkrijk recentelijk eindelijk afgerond en heeft de OESO adviezen gepubliceerd over het ideale belastingstelsel. Ik kan toezeggen dat ik deze vergezichten betrek bij het opstellen van mijn fiscale agenda.

Daarbij wil ik vooral bekijken in hoeverre deze vergezichten praktisch toepasbaar zijn en passen in de Nederlandse context. Ik kan een prachtig ideaalbeeld schetsen – dat heb ik vorige week gedaan bij de behandeling van de belastingwetgeving voor de BES-eilanden – maar wij beginnen niet op een groen veld. Je moet uitgaan van de bestaande verhoudingen in Nederland: wie wordt waardoor geraakt? Het is mijn ambitie om de komende jaren te werken aan een vereenvoudiging, een beter begrijpelijk en eerlijk stelsel, dat ook fraudebestendig is. Daarbij zal ik heel veel suggesties betrekken, maar uiteindelijk wil ik mij niet verliezen in een utopische fiscale wereld. Het moet namelijk ook praktische betekenis hebben voor Nederland, want wij zijn aangesteld om dingen te doen waarmee wij echt iets kunnen bereiken en voor elkaar kunnen krijgen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Bezien mogelijkheid van uniform btw-tarief culturele activiteiten in startnotitie (32.504/32.505/32.401) (T01332)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Ten Hoeve, toe dat de regering in het kader van de startnotitie gaat bekijken of er niet met een uniform btw-tarief voor culturele activiteiten gewerkt kan worden.


Kerngegevens

Nummer T01332
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden drs. H. ten Hoeve (OSF)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen startnotitie
uniform btw-tarief
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 – blz. 25

De heer Ten Hoeve (OSF):

Ik heb nog enkele specifieke onderwerpen. De btw-verhoging voor podiumkunsten en handel in kunstvoorwerpen heeft veel stof doen opwaaien. Ik denk ook inderdaad dat daar iets mis gaat. Vandaar dat ik de motie daarover ook getekend heb. Voor de duidelijkheid: het hoge btw-tarief is het algemene tarief. Er moeten goede redenen zijn om bepaalde goederen en diensten in het lage tarief onder te brengen. Wat mij betreft, moeten dat heel goede redenen zijn. Ik herhaal nog maar eens de Raad van State dat terughoudendheid past bij het gebruik van een belastingmiddel om niet-fiscale doelen te dienen. In principe zie ik dus geen enkel bezwaar om de sector van de vrijetijdsbesteding weer normaal te gaan belasten. Maar de helft van de sector, waaronder de podiumkunsten, normaal belasten en de andere helft, waaronder heel directe concurrenten als de bioscopen, in het lage tarief laten, dat lijkt wel heel vreemd. Hebben wij echt heel goede redenen om bioscopen, circussen en voetbal wel extra te faciliteren en het theater niet? Daar ontbreekt naar mijn gevoel toch elke redelijkheid. Daar komt nog bij dat de maatregel zo plotseling wordt ingevoerd dat ook daaruit grote problemen ontstaan voor een sector die toch op langere termijn moet plannen en contracteren.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 – blz. 14

Staatssecretaris Weekers: Door de heer Ten Hoeve is gevraagd of er redenen zijn om concurrerende culturele activiteiten, zoals bioscopen, circussen en voetbalwedstrijden, wel extra te faciliteren met het verlaagde btw-tarief, en het theater niet. Er zijn verschillen in elasticiteit. De verwachte effecten zijn bij die andere sectoren veel groter dan bij de podiumkunsten, zo blijkt uit onderzoek. In het kader van de startnotitie ga ik wel bekijken of wij niet meer met een uniform btw-tarief kunnen werken. Dan kun je de middelen vergaren om bepaalde belastingen voor alle sectoren te verlagen als je andere belastingen verhoogt.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Leefvormneutrale benadering in fiscale agenda (32.504/32.505/32.401) (T01335)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van het lid Essers, toe dat de regering met betrekking tot de fiscaliteit een meer leefvormneutrale benadering mee zal nemen in de fiscale agenda.


Kerngegevens

Nummer T01335
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden Prof.dr. P.H.J. Essers (CDA)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Fiscale agenda
Leefvormneutrale benadering
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 16-17

De heer Essers (CDA):

Bezwaarlijk vinden wij ook de grote fiscale gevolgen die verbonden kunnen zijn aan de samenlevingsvorm die mensen wensen te kiezen of aan de beslissing om wel of niet van echt te scheiden. Naar onze mening zou de fiscaliteit zoveel mogelijk neutraal moeten zijn ten aanzien van de gekozen samenlevingsvorm. In het verslag hebben wij een aantal gevallen aan de staatssecretaris voorgelegd waarin van deze neutraliteit geen sprake is. Als gevolg van bijvoorbeeld het nieuwe partnerbegrip per 1 januari 2011 vervalt per die datum het aloude concept "duurzaam gescheiden leven". Dit betekent dat vanaf 1 januari 2011 duurzaam gescheiden levende echtgenoten die geen formeel verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed hebben gedaan bij de rechtbank, gekwalificeerd zullen worden als partners. Het achterwege laten van een dergelijk verzoek komt, naar verluidt, vaak voor. Om religieuze redenen kan men bijvoorbeeld besluiten om niet van echt te scheiden. Dit betekent onder andere dat met ingang van 1 januari 2011 artikel 2.17 van de Wet inkomstenbelasting 2001 weer van toepassing wordt en dat de gemeenschappelijke inkomensbestanddelen geacht worden voor de helft bij beide echtgenoten op te komen, tenzij de echtgenoten om een andere verdeling verzoeken.

Deze wijziging betekent ook dat voor de aangiften van beide echtgenoten voortaan de informatie nodig is van de andere echtgenoot. Dit kan in de praktijk – vooral bij gestoorde verhoudingen – tot allerlei problemen leiden om deze informatie te achterhalen. Daarbij zij men erop bedacht dat dit nieuwe partnerbegrip ook gaat gelden voor de toeslagen, zodra dit nieuwe partnerbegrip voor de Awir in werking is getreden. De inkomens van beide duurzaam gescheiden levende echtgenoten tellen dan mee voor de hoogte van de toeslag. Dit zal voor menig duurzaam gescheiden levend echtpaar dus betekenen dat men óf minder toeslag zal ontvangen óf te veel ontvangen toeslag moet terugbetalen. De suggestie van de staatssecretaris in de memorie van antwoord dat deze categorie belastingplichtigen dan maar officieel moet scheiden van tafel en bed, bevestigt eigenlijk alleen maar de ongewenste invloed die in dit geval van de belastingheffing uitgaat op keuzes die eigenlijk uitsluitend binnen de privésfeer van belastingplichtigen zouden moeten blijven. Zijn er geen alternatieven voor deze regeling te bedenken? Zo vragen wij de staatssecretaris. Bovendien vragen wij ons af of over deze mogelijke effecten al voldoende is gecommuniceerd met de burgers. Zijn zij hierover afdoende geïnformeerd?

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 3

Staatssecretaris Weekers:

De heer Essers heeft gevraagd om een meer leefvormneutrale benadering. Ik heb ook al in de Tweede Kamer toegezegd dat ik deze aspecten in elk geval meeneem, ofschoon dat niet eenvoudig is, maar ik waag in elk geval een poging. Dat zeg ik de heer Essers graag toe.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Regeringsvisie belastingmix in de Fiscale agenda (32.504/32.505/32.401) (T01340)

De staatssecretaris van Financiën zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Reuten, De Boer en Biermans, toe dat de regering haar visie op de belastingmix terug zal laten komen in de fiscale agenda.


Kerngegevens

Nummer T01340
Status voldaan
Datum toezegging 20 december 2010
Deadline 1 juli 2011
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Financiën
Kamerleden mr. G.J.J. Biermans (VVD)
drs. R. de Boer (ChristenUnie)
dr. G.A.T.M. Reuten (SP)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Belastingmix
Fiscale agenda
Kamerstukken Overige fiscale maatregelen 2011 (32.505)
Belastingplan 2011 (32.504)
Fiscale verzamelwet 2010 (32.401)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 18

De heer Reuten (SP):

Ten vierde stelt het kabinet voor, de vennootschapsbelasting te verlagen, een belastingderving van 480 mln. In de afgelopen decennia zagen we een deels sluipende verlaging van de vennootschapsbelasting. Dit kabinet doet daar nog een schepje bovenop. Leuk voor de bedrijven en hun aandeelhouders. Minder vennootschapsbelasting betekent immers meer nettowinst die de aandeelhouders ten goede komt, of in hogere dividenden of in een hoger bedrijfsvermogen en dus hogere aandeelwaarde. De staatssecretaris kan het, neem ik aan, toch niet minder leuk voorstellen? Of wel? Maar de overheidsinkomsten moeten ergens vandaan komen. Leuke maatregelen voor de bedrijven impliceren dat burgers relatief meer belasting moeten gaan betalen. Ik vraag de staatssecretaris om in de toegezegde startbrief, dan wel de startnotitie, zijn visie uiteen te zetten over de verhouding die hij voorstaat tussen belastingen op de omzet, belastingen op inkomen gedifferentieerd naar inkomen van bedrijven en van natuurlijke personen, maar ook belastingen op vermogen.

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 20

De heer De Boer (ChristenUnie):

We begrepen overigens dat de herziening van het belastingstelsel ook gebruikt kan worden om naar onze mening oneigenlijke belastingen zoals de drinkwaterbelasting, te beëindigen. Hebben we dat goed begrepen?

Handelingen I 2010-2011, nr. 12 - blz. 31

De heer Biermans (VVD):

Wij moeten de belastingwetgeving eenvoudiger maken. Dat kan – ik heb dat al eerder betoogd – door meer met open normen te werken. Laat de rechtspraktijk toch de weg van redelijke en billijke belastingheffing vinden. Wij moeten meer indirecte en minder directe belastingen heffen. Dat komt het meer en langer werken ten goede. Ik merk hierbij op dat het Nederlandse toptarief tot de hoogste tarieven van Europa behoort en dat dit tarief bovendien al bij 1,2 maal het gemiddelde inkomen moet worden betaald.

[...]

Wij moeten het bijzondere lage btw-tarief minder gaan gebruiken. De toepassing van het lage tarief scheelt 8 mld. aan belastingopbrengsten. Het toepassen van één tarief van bijvoorbeeld 16,5% werkt geweldig vereenvoudigend. Bovendien kunnen door meeropbrengst belastingen worden geschrapt. Als voorbeelden van te schrappen belastingen noem ik de grondwaterbelasting, de afvalstoffenheffing, natuurlijk – daar komt zij weer – de erf- en schenkbelasting, en de dividendbelasting. Die laatste heffing, waarvan zelfs de staatssecretaris niet zeker weet wat zij opbrengt, werkt buitengewoon vestigingsplaatsverstorend.

Ook wil ik graag enkele maatregelen noemen die minder fantasie of misschien minder politieke durf vereisen. De grondslag voor de inkomstenbelasting kan verbreed worden door afschaffing van de giftenaftrek, de levensloopregeling, de spaarloonregeling en de FOR. Ik noem ook neutralisering van het onderscheid tussen vreemd en eigen vermogen voor de Vpb. Het wordt trouwens sowieso tijd dat deze discussie eindigt. De onrust over aanstaande wijzigingen levert nu al grote economische schade op. De volgende maatregel is, snoeien in het woud van ondernemingsvrijstellingen. In dit kader noem ik de herinvoering van het 20%-stakingstarief. Het is aardig om dit verband te verwijzen naar de Kamerbreed aanvaarde motie-Rensema en dit dat beoogde. Ik noem ook afschaffing van de gebruikelijk loonregeling en afschaffing of in elk geval vergaande vereenvoudiging van de tbs-regeling. In dit verband verwijs ik nog eens naar de Nexia-voorstellen. Verder noem ik vereenvoudiging van de BOR. De bedoeling van die regeling is dat bedrijfsoverdrachten fiscaal niet bemoeilijkt worden. Dat is goed voor de economie. Schrap daarom alle beperkende en detaillerende voorwaarden. Tot slot noem ik terugdringing van de armoedeval ter bevordering van de arbeidsparticipatie. Om deze reden dienen ook de kortingen en toeslagen drastisch verminderd te worden; iets wat overigens de staatssecretaris niet alleen hoeft te verdedigen. Ook de minister-president wil dat.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 - blz. 3

Staatssecretaris Weekers:

De door de heer Biermans voorgestelde vereenvoudiging door grondslagverbreding en de gedachte om in de belastingmix meer indirecte en minder directe belastingen te gebruiken, neem ik daarin mee. Ook de heer Reuten heeft gevraagd om eens te kijken naar de belastingmix. Dat wordt daar uiteraard in betrokken.

[...]

Ik noemde net al de mogelijke uniformering van het btw-tarief. Dat kan leiden tot extra belastingopbrengsten, die niet alleen gebruikt kunnen worden om directe belastingen te verlagen, maar ook om bijvoorbeeld kleine belastingen te schrappen. De heer Biermans heeft daarvoor enkele voorbeelden genoemd en de heer De Boer heeft de waterbelastingen genoemd. Die punten wil ik in mijn fiscale agenda betrekken.

Handelingen I 2010-2011, nr. 13 – blz. 48-49

Staatssecretaris Weekers: De heer Biermans zou de assurantiebelasting onder het algemene btw-tarief gebracht willen zien. Kennelijk heeft hij de verkiezingsprogramma’s van de PvdA en GroenLinks goed gelezen en wil hij daar nu steun aan betuigen, althans aan dit onderdeel ervan. Het kabinet heeft er geen enkel voornemen toe, maar in het kader van een nieuwe belastingmix zullen wij dit opnieuw bekijken. Dat kan in het kader van de fiscale agenda.


Brondocumenten


Historie