Index 
 Vorige 
 Volgende 
 Volledige tekst 
Procedure : 2011/0261(CNS)
Stadium plenaire behandeling
Documentencyclus : A7-0154/2012

Ingediende teksten :

A7-0154/2012

Debatten :

PV 23/05/2012 - 3
CRE 23/05/2012 - 3

Stemmingen :

PV 23/05/2012 - 8.4
Stemverklaringen
Stemverklaringen

Aangenomen teksten :

P7_TA(2012)0217

Aangenomen teksten
PDF 372kWORD 137k
Woensdag 23 mei 2012 - Straatsburg
Gemeenschappelijk stelsel van belasting op financiële transacties *
P7_TA(2012)0217A7-0154/2012

Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 23 mei 2012 over het voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende een gemeenschappelijk stelsel van belasting op financiële transacties en tot wijziging van Richtlijn 2008/7/EG (COM(2011)0594 – C7-0355/2011 – 2011/0261(CNS))

(Bijzondere wetgevingsprocedure – raadpleging)

Het Europees Parlement,

–  gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2011)0594),

–  gezien artikel 113 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, op grond waarvan het Parlement door de Raad is geraadpleegd (C7-0355/2011),

–  gezien de gemotiveerde adviezen die in het kader van het protocol nr. 2 betreffende de toepassing van de beginselen van subsidiariteit en evenredigheid zijn uitgebracht door het Cypriotische parlement, het Maltese parlement en de Zweedse Rijksdag, en waarin wordt gesteld dat het ontwerp van wetgevingshandeling niet strookt met het subsidiariteitsbeginsel,

–  gezien artikel 55 van zijn Reglement,

–  gezien het verslag van de Commissie economische en monetaire zaken en de adviezen van de Commissie ontwikkelingssamenwerking, de Begrotingscommissie en de Commissie interne markt en consumentenbescherming (A7-0154/2012),

1.  hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;

2.  verzoekt de Commissie haar voorstel krachtens artikel 293, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie dienovereenkomstig te wijzigen;

3.  verzoekt de Raad, wanneer deze voornemens is af te wijken van de door het Parlement goedgekeurde tekst, het Parlement hiervan op de hoogte te stellen;

4.  wenst opnieuw te worden geraadpleegd ingeval de Raad voornemens is ingrijpende wijzigingen aan te brengen in het voorstel van de Commissie;

5.  verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.

Door de Commissie voorgestelde tekst   Amendement
Amendement 1
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 1
(1)  De recente financiële crisis heeft geleid tot discussies op alle niveaus over een mogelijke aanvullende belasting op de financiële sector en met name een belasting op financiële transacties (FTT). Dit debat komt voort uit de wens om de financiële sector een bijdrage te laten leveren aan het betalen van de kosten van de crisis en de sector in de toekomst billijk te belasten in vergelijking met andere sectoren; al te risicovolle activiteiten van financiële instellingen te ontmoedigen; regelgevingsmaatregelen die ertoe strekken crises in de toekomst te vermijden, te complementeren en extra inkomsten voor algemene begrotingen of specifieke beleidsdoeleinden te genereren.
(1)  De recente financiële crisis heeft geleid tot discussies op alle niveaus over een mogelijke aanvullende belasting op de financiële sector en met name een belasting op financiële transacties (FTT). Dit debat komt voort uit de wens om de financiële sector een bijdrage te laten leveren aan het betalen van de kosten van de crisis en de sector in de toekomst billijk te belasten in vergelijking met andere sectoren; al te risicovolle activiteiten van financiële instellingen te ontmoedigen; regelgevingsmaatregelen die ertoe strekken crises in de toekomst te vermijden, te complementeren en extra inkomsten te genereren voor algemene begrotingen – onder andere bij wijze van bijdrage aan de begrotingsconsolidatie teneinde de groei te stimuleren en werkgelegenheid te scheppen – of voor specifieke beleidsdoeleinden, zoals ontwikkelingshulp en bestrijding van klimaatverandering.
Amendement 2
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 2
(2)  Teneinde verstoringen wegens eenzijdige maatregelen van lidstaten te voorkomen (hierbij kan worden gedacht aan het zeer mobiele karakter van het merendeel van de betrokken financiële transacties) en aldus een goede werking van de interne markt te garanderen, is het van belang dat de basiskenmerken van een FTT in de lidstaten worden geharmoniseerd op EU-niveau. Prikkels tot fiscale arbitrage in de Unie, allocatieverstoringen tussen de financiële markten in de Unie en de kans dat dubbel wordt belast of heffing achterwege blijft, moeten hierdoor worden vermeden.
(2)  Teneinde verstoringen wegens eenzijdige maatregelen van lidstaten te voorkomen (hierbij kan worden gedacht aan het zeer mobiele karakter van het merendeel van de betrokken financiële transacties) en aldus een goede werking van de interne markt te garanderen, is het van belang dat de basiskenmerken van een FTT in de lidstaten worden geharmoniseerd en dat deze richtlijn ten uitvoer wordt gelegd op EU-niveau. Prikkels tot fiscale arbitrage in de Unie, allocatieverstoringen tussen de financiële markten in de Unie en de kans dat dubbel wordt belast of heffing achterwege blijft, moeten hierdoor worden vermeden. Zonder te vergeten dat implementatie van de FTT in de gehele Unie de ultieme doelstelling blijft, zou, ingeval een groep lidstaten die onder meer doch niet uitsluitend bestaat uit lidstaten van de eurozone kiest voor snellere invoering door middel van nauwere samenwerking overeenkomstig artikel 329 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese unie, het in deze richtlijn ontwikkelde model een geschikte basis vormen voor implementatie binnen die groep lidstaten. Niettemin zou de invoering van de FTT in een zeer beperkte groep lidstaten kunnen leiden tot aanzienlijke concurrentievervalsing op de interne markt en er dienen alomvattende maatregelen te worden genomen om te voorkomen dat een dergelijk initiatief de werking van de interne markt verstoort.
Amendement 3
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 2 bis (nieuw)
2 bis) Overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad van 17 juni 2010 en overwegende dat de FTT daadwerkelijk effect zal hebben wanneer zij op mondiaal niveau wordt ingevoerd, dient de Unie het voortouw te nemen bij de inspanningen om op mondiaal niveau overeenstemming te bereiken over een FTT. Door een voorbeeld te stellen voor de invoering van een FTT, moet de Unie vastberaden aansturen op een mondiale overeenkomst binnen de G20, het internationale podium dat zich daarvoor bij uitstek leent, teneinde een gemeenschappelijke basis te creëren voor de introductie van een wereldwijde FTT. Concrete stappen in deze richting dienen onderdeel te zijn van het verslag van de Commissie in het kader van de eerste evaluatie van deze richtlijn.

Amendement 4
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 3
(3)   Met het oog op een goede werking van de interne markt moet de FTT van toepassing zijn op de handel in een breed scala aan financiële instrumenten, inclusief gestructureerde producten, zowel op georganiseerde als over-the-counter-markten, alsook op de sluiting en wijziging van alle soorten derivatencontracten. Om dezelfde reden moet de FTT van toepassing zijn op een uitgebreide reeks financiële instellingen.
(3)   Om de mogelijkheid tot belastingontwijking en het risico voor relocatie en regelgevingsarbitrage te beperken, moet de FTT van toepassing zijn op de handel in een breed scala aan financiële instrumenten, inclusief gestructureerde producten, zowel op georganiseerde als over-the-counter-markten, alsook op de sluiting en wijziging van alle soorten derivatencontracten. Om dezelfde reden moet de FTT van toepassing zijn op een uitgebreide reeks financiële instellingen. Door te voorzien in een zo breed mogelijk scala van financiële instrumenten en actoren zou tevens moeten worden gewaarborgd dat de belastingdruk gelijk over alle actoren wordt verdeeld, doch naar verhouding zwaarder drukt op de meer speculatieve en verstorende financiële transacties. Hetzelfde effect zou niet kunnen worden bereikt indien het toepassingsgebied van de FTT beperkter zou zijn, bijvoorbeeld wanneer zij de vorm zou krijgen van het zogenaamde zegelrecht waarbij de belastingdruk in zijn totaliteit zou komen te liggen op een veel beperktere groep van instrumenten die worden verhandeld op gereglementeerde markten, zonder dat het beoogde doel – het tegengaan van excessieve en schadelijke speculatie – zou worden verwezenlijkt.
Amendement 5
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 11 bis (nieuw)
11 bis) Met het oog op versterking van de streng gereguleerde, gecontroleerde en transparante beurshandel, in tegenstelling tot de ongereguleerde, ongecontroleerde en minder transparante handel buiten de beurs, moeten de lidstaten voor financiële transacties op de beurs lagere belastingtarieven hanteren dan voor financiële transacties die buiten de beurs worden afgewikkeld. Op deze wijze kan een verplaatsing van de handel van nauwelijks of helemaal niet gereguleerde markten naar de strenger gereguleerde en gecontroleerde beurzen worden bewerkstelligd.

Amendement 6
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 12
(12)  Om de belasting op de financiële sector zelf in plaats van op de burgers te richten en omdat financiële instellingen het merendeel van de transacties op financiële markten verrichten, moet de belasting van toepassing zijn op die instellingen, ongeacht of zij in eigen naam, in naam van derden, voor eigen rekening of voor rekening van derden handelen.
(12)  Om de belasting op de financiële sector zelf in plaats van op de burgers te richten en omdat financiële instellingen het merendeel van de transacties op financiële markten verrichten, moet de belasting alleen van toepassing zijn op die instellingen, ongeacht of zij in eigen naam, in naam van derden, voor eigen rekening of voor rekening van derden handelen.
Amendement 7
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 13
(13)  Vanwege het zeer mobiele karakter van financiële transacties en om potentiële belastingontwijking te helpen tegengaan, moet de FTT op basis van het woonplaatsbeginsel worden geheven.
(13)  Vanwege het zeer mobiele karakter van financiële transacties, om potentiële belastingontwijking te helpen tegengaan en om te waarborgen dat zoveel mogelijk actoren en transacties worden bestreken, moet de FTT worden geheven op basis van een zeer breed gedefinieerd woonplaatsbeginsel, aangevuld met elementen van het uitgiftebeginsel. Bovendien moet, met het oog op een betere handhaving van de FTT, het eigendomsbeginsel van toepassing zijn.
Amendement 8
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 14
(14)  De minimumbelastingtarieven moeten worden vastgesteld op een niveau dat hoog genoeg is om de harmonisatiedoelstelling van deze richtlijn te kunnen verwezenlijken. Tegelijkertijd moeten deze tarieven laag genoeg zijn om de risico's van verplaatsing te beperken.
(14)  De minimumbelastingtarieven moeten worden vastgesteld op een niveau dat hoog genoeg is om de harmonisatiedoelstelling van deze richtlijn te kunnen verwezenlijken, zodat de financiële sector een passende bijdrage levert in de kosten van de economische crisis en op die manier de reële economie versterkt. Tegelijkertijd en tot de inwerkingtreding van een uniform mondiaal FTT-stelsel moeten deze tarieven laag genoeg zijn om de risico's van verplaatsing te beperken.a
Amendement 9
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 15 bis (nieuw)
15 bis) Omdat het percentage ontwijking, ontduiking en misbruik deels zal afhangen van het vermogen van de lidstaten om belastbare transacties die worden verricht op een handelsplatform in een derde land te controleren, moeten de lidstaten en, indien van toepassing, de Commissie ten volle gebruik maken van de door de OESO, de Raad van Europa en andere internationale organisaties vastgestelde instrumenten voor samenwerking op belastinggebied. Indien nodig, moeten in dit verband nieuwe initiatieven voor bilaterale en multilaterale samenwerking worden ontplooid.

Amendement 10
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 16
(16)  Met het oog op de vaststelling van nadere voorschriften om te bepalen of bepaalde financiële activiteiten een aanzienlijk deel van de activiteiten van een onderneming uitmaken, zodat de onderneming beschouwd kan worden als een financiële instelling in de zin van deze richtlijn, alsook van nadere voorschriften ter bescherming tegen belastingontduiking, -ontwijking en -misbruik, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden gedelegeerd om handelingen vast te stellen in overeenstemming met artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, zodat zij de hiervoor vereiste maatregelen kan opstellen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie tijdens haar voorbereidende werkzaamheden passend overleg pleegt, ook op deskundigenniveau. Bij het voorbereiden en opstellen van gedelegeerde handelingen dient de Commissie erop toe te zien dat de desbetreffende documenten tijdig en op passende wijze aan de Raad worden toegezonden.
(16)  Met het oog op de vaststelling van nadere voorschriften om te bepalen of bepaalde financiële activiteiten een aanzienlijk deel van de activiteiten van een onderneming uitmaken, zodat de onderneming beschouwd kan worden als een financiële instelling in de zin van deze richtlijn, alsook van nadere voorschriften ter bescherming tegen belastingontduiking, -ontwijking en -misbruik, moet aan de Commissie de bevoegdheid worden gedelegeerd om handelingen vast te stellen in overeenstemming met artikel 290 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, zodat zij de hiervoor vereiste maatregelen kan opstellen. Het is van bijzonder belang dat de Commissie tijdens haar voorbereidende werkzaamheden passend overleg pleegt, met name met deskundigen, ngo's en andere belanghebbenden. Bij het voorbereiden en opstellen van gedelegeerde handelingen dient de Commissie erop toe te zien dat de desbetreffende documenten tijdig en op passende wijze aan het Europees Parlement en de Raad worden toegezonden.
Amendement 11
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 17 bis (nieuw)
17 bis) Deze richtlijn heeft geen betrekking op het beheer van de ontvangsten uit de FTT. Gezien het voorstel van de Commissie voor een verordening van de Raad tot bepaling van het meerjarig financieel kader voor de jaren 2014-2020 en met name gelet op de bepalingen betreffende de eigen middelen van de Unie, zou niettemin een deel van de ontvangsten uit de FTT op Unieniveau kunnen worden beheerd, hetzij als onderdeel van de eigen middelen van de Unie, hetzij rechtstreeks gekoppeld aan specifieke beleidsvormen en collectieve goederen van de Unie. Door een deel van de ontvangsten uit de FTT te gebruiken als eigen middelen zouden de nationale bijdragen aan de begroting van de Unie worden beperkt, zodat er middelen uit de nationale begrotingen vrijkomen voor andere doeleinden.

Amendement 12
Voorstel voor een richtlijn
Overweging 17 ter (nieuw)
17 ter) Alleen de lidstaten zijn bevoegd om belastingen te heffen.

Amendement 13
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 1 – lid 2
2.  Deze richtlijn is van toepassing op alle financiële transacties, op voorwaarde dat ten minste één partij bij de transactie in een lidstaat is gevestigd en dat een op het grondgebied van een lidstaat gevestigde financiële instelling partij is bij de transactie, welke instelling voor eigen rekening of voor rekening van een derde handelt dan wel in naam van een partij bij de transactie. 2 bis.
2.  Deze richtlijn is overeenkomstig artikel 3 van toepassing op alle financiële transacties die aan één van de volgende voorwaarden voldoen:
a) ten minste één partij bij de transactie is in een lidstaat gevestigd en een op het grondgebied van een lidstaat gevestigde financiële instelling is partij bij de transactie, welke instelling voor eigen rekening of voor rekening van een derde handelt dan wel in naam van een partij bij de transactie; of
b) bij de transactie is een financieel instrument betrokken dat is uitgegeven door in de Unie geregistreerde rechtspersonen.
Amendement 14
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 2 – lid 1 – alinea 1 – onder c bis) (nieuw)
c bis) contante valutatransacties behalve wanneer zij rechtstreeks betrekking hebben op de commerciële activiteiten van een niet-financiële tegenpartij die eindgebruiker is;
Amendement 15
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 2 – lid 1 – alinea 7 – onder f)
(f) een pensioenfonds of een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening als omschreven in artikel 6, onder a), van Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad, een beleggingsbeheerder van een dergelijk fonds of dergelijke instelling;
(f) een pensioenfonds of een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening als omschreven in artikel 6, onder a), van Richtlijn 2003/41/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de werkzaamheden van en het toezicht op instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening, een beleggingsbeheerder van een dergelijk fonds of dergelijke instelling, en een entiteit die is opgericht om de investeringen van dergelijke fondsen of instellingen ter hand te nemen en uitsluitend en exclusief in hun belang op te treden, worden tot de evaluatie van deze richtlijn overeenkomstig artikel 16 voor de toepassing van deze richtlijn niet als financiële instelling beschouwd;
Amendement 16
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 3 – lid 1 – onder e bis) (nieuw)
e bis) zij is, ongeacht of zij voor eigen rekening of voor rekening van een derde handelt dan wel in naam van een partij bij de transactie, partij met betrekking tot een financieel instrument dat is uitgegeven op het grondgebied van een lidstaat of van de Unie.
Amendement 17
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 3 – lid 2 bis (nieuw)
2 bis) Met het oog op een consistente toepassing van lid 1 moeten de bevoegde autoriteiten van de lidstaten wat het toezicht op de financiële markten betreft nauw met elkaar en met ESMA samenwerken.

Amendement 18
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 3 bis (nieuw)
Artikel 3 bis

Uitgifte

1.  Voor de toepassing van deze richtlijn wordt de uitgifte van een financieel instrument geacht te hebben plaatsgevonden op het grondgebied van een lidstaat of van de Unie wanneer het is uitgegeven door een in een lidstaat geregistreerde rechtspersoon.
2.  In het geval van een derivatenovereenkomst is aan de voorwaarde van uitgifte op het grondgebied van een lidstaat of van de Unie voldaan wanneer het referentie- of onderliggend instrument is uitgegeven door een in een lidstaat geregistreerde rechtspersoon.
3.  In het geval van gestructureerde instrumenten is aan de voorwaarde van uitgifte op het grondgebied van een lidstaat of van de Unie voldaan indien het gestructureerde instrument is gebaseerd op of wordt ondersteund door een significant aantal activa of financiële instrumenten en derivatenovereenkomsten welke zijn uitgegeven door een in een lidstaat geregistreerde rechtspersoon.
Amendement 19
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 3 ter (nieuw)
Artikel 3 ter

Overdracht van wettelijk eigendomsrecht

1.  Een financiële transactie waarover geen FTT is geheven, wordt geacht juridisch onafdwingbaar te zijn en heeft tot gevolg dat het wettelijk eigendomsrecht op het onderliggende instrument niet wordt overgedragen.
2.  Een financiële transactie zoals bedoeld in lid 1 wordt geacht niet te voldoen aan de vereisten voor centrale clearing van Verordening (EU) nr. .../2012 van het Europees Parlement en de Raad van ... betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters (EMIR), noch aan de vereisten inzake kapitaaltoereikendheid van Verordening (EU) nr. ... / 2012 van het Europees Parlement en de Raad van ... betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen [CRR IV].
3.  Bij gebruikmaking van automatische elektronische betalingsregelingen waaraan al dan niet verevenende instanties te pas komen, kunnen de belastingautoriteiten van een lidstaat een systeem van automatische elektronische inning van de FTT en van certificering voor de overdracht van wettelijke eigendomsrechten instellen.
Amendement 20
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 8 – lid 3
3.  De lidstaten passen hetzelfde tarief toe op alle financiële transacties die overeenkomstig lid 2, onder a) en b), onder dezelfde categorie vallen.
3.   Teneinde fiscale arbitrage te voorkomen, passen de lidstaten hetzelfde tarief toe op alle financiële transacties die overeenkomstig lid 2, onder a) en b), onder dezelfde categorie vallen.
Amendement 21
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 8 – lid 3 bis (nieuw)
3 bis. De lidstaten hanteren voor financiële transacties die op de beurs worden afgewikkeld lagere belastingtarieven dan voor financiële transacties die buiten de beurs worden afgewikkeld. Dit geldt voor de in artikel 5 en 6 bedoelde financiële transacties.

Amendement 22
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 9 – lid 2
2.  Wanneer een financiële instelling in naam of voor rekening van een andere financiële instelling handelt, is alleen die andere financiële instelling gehouden tot voldoening van de FTT.
2.  Wanneer een financiële instelling in naam, voor rekening of in opdracht van een andere financiële instelling handelt, is alleen die andere financiële instelling gehouden tot voldoening van de FTT. Indien bij een dergelijke transactie meerdere financiële instellingen betrokken zijn, is alleen de oorspronkelijke als handelaar geregistreerde instelling gehouden tot voldoening van de FTT.
Amendement 23
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 10 – lid 1
1.  De lidstaten stellen registratie-, verslagleggings-, rapportage- en andere verplichtingen vast om te garanderen dat aan de belastingautoriteiten verschuldigde FTT daadwerkelijk wordt betaald.
1.  De lidstaten stellen verslagleggings-, rapportage- en andere verplichtingen vast om te garanderen dat aan de belastingautoriteiten verschuldigde FTT daadwerkelijk wordt betaald.
Amendement 24
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 10 – lid 1 bis (nieuw)
1 bis. Uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van deze richtlijn registreren financiële instellingen zich bij de belastingautoriteiten van de lidstaat waar zij overeenkomstig artikel 3, lid 1, geacht worden te zijn gevestigd.

Amendement 25
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 10 – lid 1 ter (nieuw)
1 ter. De lidstaten informeren de andere lidstaten over de op hun grondgebied geregistreerde financiële instellingen.

Amendement 26
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 10 – lid 5 bis (nieuw)
5 bis. De lidstaten stellen de Commissie en Eurostat jaarlijks op de hoogte van de transactievolumes waarover belastingen zijn geheven.

Amendement 27
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – titel
Specifieke bepalingen inzake voorkoming van ontduiking, ontwijking en misbruik

Specifieke bepalingen inzake transparantie en voorkoming van belastingontduiking, -ontwijking en -misbruik

Amendement 28
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 1
1.   De lidstaten nemen maatregelen aan om belastingontduiking, -ontwijking en -misbruik te voorkomen.
1.   Unieregels worden aangenomen om belastingontduiking, -ontwijking en -misbruik te voorkomen.
Amendement 29
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 1 bis (nieuw)
1 bis. De Commissie richt een werkgroep van deskundigen (een FTT-comité) met daarin onder meer vertegenwoordigers van de lidstaten op die toezicht houdt op de toepassing van deze richtlijn. De lidstaten wijzen daarnaast instanties aan met voldoende bevoegdheden om in geval van misbruik onmiddellijk actie te ondernemen.

Het FTT-comité houdt toezicht op financiële transacties om ontwijkingsconstructies te achterhalen, tegenmaatregelen voor te stellen en de uitvoering daarvan zo nodig op nationaal niveau te coördineren.

Amendement 30
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 3 bis (nieuw)
3 bis. De administratieve lasten waar belastingautoriteiten als gevolg van de invoering van de FTT mee te maken krijgen, worden tot een minimum beperkt, en de Commissie stimuleert hiertoe de samenwerking tussen nationale belastingautoriteiten.

Amendement 31
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 3 ter (nieuw)
3 ter. Eurostat verzamelt en publiceert jaarlijks de financiële stromen waarop binnen de Unie de FTT wordt toegepast.

Amendement 32
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 3 quater (nieuw)
3 quater. Teneinde controle uit te oefenen op belastbare transacties die worden verricht op een handelsplatform in een derde land, maken de lidstaten en, in voorkomend geval, de Commissie optimaal gebruik van de instrumenten voor samenwerking inzake belastingkwesties zoals vastgesteld door de desbetreffende internationale organisaties.

Amendement 33
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 3 quinquies (nieuw)
3 quinquies. Om de belastingdiensten van de lidstaten in staat te stellen zich te conformeren aan de bepalingen van deze richtlijn en zich met name in te stellen op de administratieve samenwerking als bedoeld in lid 3, worden zij door de lidstaten voorzien van de nodige, daartoe geschikte personele middelen en technische uitrusting. Daarbij moet speciaal aandacht worden besteed aan de voor ambtenaren te verschaffen opleidingen.

Amendement 34
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 11 – lid 3 sexies (nieuw)
3 sexies. De Commissie voert een grondig onderzoek uit om de administratieve kosten voor regionale en lokale autoriteiten die het gevolg zijn van de tenuitvoerlegging van deze richtlijn, te analyseren.

Amendement 35
Voorstel voor een richtlijn
Artikel 16
Uiterlijk op 31 december 2016 en nadien om de vijf jaar legt de Commissie aan de Raad een verslag over de toepassing van deze richtlijn en, in voorkomend geval, een voorstel voor de wijziging ervan voor.

Uiterlijk op 31 december 2016 en nadien om de vijf jaar legt de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad een verslag over de toepassing van deze richtlijn en, in voorkomend geval, een voorstel voor de wijziging ervan voor.

In dat verslag onderzoekt de Commissie minstens de gevolgen van de FTT voor de goede werking van de interne markt, de financiële markten en de reële economie en neemt zij de ontwikkelingen op het gebied van de belastingheffing op de financiële sector in de internationale context in aanmerking.

In dat verslag onderzoekt de Commissie minstens de gevolgen van de FTT voor de goede werking van de interne markt, de financiële markten en de reële economie. Daarnaast evalueert zij het effect van een aantal bepalingen onder meer met betrekking tot het geschikte toepassingsgebied van de FTT, de mogelijkheid om verschillende categorieën van financiële producten en activa te onderscheiden teneinde hogere tarieven te rekenen vanaf een bepaald aandeel geannuleerde orders, het belastingtarief, alsook de uitzondering van instellingen voor bedrijfspensioenvoorziening overeenkomstig artikel 2, lid 1, punt 7, onder f). Wanneer de Commissie vaststelt dat verstoring of misbruik heeft plaatsgevonden, stelt zij passende maatregelen voor om dit te verhelpen.

Daarnaast maakt de Commissie een analyse van en brengt zij verslag uit over de op nationaal niveau met de FTT gegenereerde belastinginkomsten op basis van het beginsel van vestiging van financiële instellingen, en gaat ze in op de vraag in hoeverre deze verschillen van de belastinginkomsten die worden gegenereerd met toepassing van het beginsel van vestiging van de klant, met andere woorden in welke mate financiële consolidatie belastinginkomsten concentreert in financiële centra.

In haar verslagen houdt de Commissie rekening met de verschillende vormen van belastingheffing op de financiële sector, waarover wordt gesproken of die reeds zijn ingevoerd, en met de voortgang bij de invoering van een ruimer opgezette FTT. De Commissie komt, indien nodig, met voorstellen of onderneemt actie om de convergentie te faciliteren en de invoering van een mondiale FTT te bevorderen.

Juridische mededeling - Privacybeleid