E070030
Laatste revisie: 01-03-2011

E070030 - Voorstel voor een richtlijn inzake luchthavengelden



Het betreft hier een voorstel voor een richtlijn tot vaststelling van een kader met basisbeginselen waar luchthavens en luchthavengebruikers aan moeten voldoen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: implementatietraject gestart.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2006)820PDF-document, d.d. 24 januari 2007

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Implementatie

Richtlijn 2009/12/EGPDF-document dient voor 15 maart 2011 geïmplementeerd te zijn. Op 25 januari 2011 heeft de Eerste Kamer een aanpassing van de Wet Luchtvaart (zie kamerstukken in de serie 32519) als hamerstuk afgedaan.


Behandeling Eerste Kamer

De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties besloot op 3 april 2007 dat zij het onderhavige voorstel onder de aandacht wil brengen van de commissie voor Verkeer en Waterstaat.

Op 8 mei 2007 besloot de commissie voor Verkeer en Waterstaat dat onderhavig voorstel de commissie geen aanleiding geeft tot verdere actie.


Behandeling Tweede Kamer

  • brief Ministerie van Verkeer en Waterstaat - 22.112, 556
    22 augustus 2007

Standpunt Nederlandse regering

In fiche drie geeft de regering een positief subsidiariteitsoordeel over de voorliggende ontwerprichtlijn. De regering stelt dat Europese regelgeving op dit terrein gerechtvaardigd is omdat op nationaal niveau geen level playing field gecreëerd kan worden voor alle Europese luchthavens. Het standpunt van de regering over de proportionaliteit van de richtlijn hangt af een groot aantal aandachtspunten. De regering oordeelt in beginsel positief over de proportionaliteit omdat de invulling van de maatregelen aan de lidstaten wordt overgelaten. Een eerste kanttekening heeft betrekking op de reikwijdte van de richtlijn. De regering vindt de gekozen reikwijdte redelijk arbitrair en niet eenduidig. Als de richtlijn ook van toepassing is op luchthavens zonder economische machtspositie, dan zou dit volgens de regering disproportioneel zijn. Om te voldoen aan de richtlijn zouden de regering en de betrokken luchthavens (Schiphol, Eindhoven, Rotterdam, Maastricht en eventueel Lelystad) tezamen per jaar ongeveer €100.000 euro aan kosten maken (€50.000 euro per jaar komt ten laste van de rijksbegroting). De regering neemt in deze berekening niet de verplichting mee voor luchthavens om informatie bekend te maken over de kosten en opbrengsten van elke tariefscategorie afzonderlijk. Deze verplichting zou voor de regering en voor de luchthavens aanzienlijke extra kosten met zich meebrengen, iets wat de regering onacceptabel vindt. Deze verplichting is overigens momenteel wel opgenomen in het voorstel. De regering zal dit in Brussel aankaarten. Daarnaast is de regering het niet eens met de eis dat een lidstaat altijd moet zorgen dat een luchtvaartmaatschappij gebruik kan maken van een specifieke dienst of terminal. Deze verplichting is volgens de regering te zwaar om te verlangen van een nationale overheid.

Om aan de eisen van de richtlijn de voldoen zal de Wet Luchtvaart aangepast moeten worden. De regering geeft aan dat hierdoor de implementatietermijn van 18 maanden na publicatie misschien niet gehaald kan worden. De regering geeft de voorkeur aan een periode van 24 maanden om de richtlijn om te zetten.

De regering stelt in haar standpuntbepaling dat het Nederlandse beleid overeenkomt met de Europese mededingingswetgeving. De regering geeft aan dat zij bij Europese wetgeving op dit gebied zal waken voor vergaande veranderingen in de bevoegdheidsverdeling tussen de Europese Gemeenschap en de lidstaten. Het vaststellen van luchthaventarieven op Europees niveau zou niet in lijn zijn met het subsidiariteitsbeginsel. Voorts vraagt de regering zich af wat de werkelijke doelstelling van de voorgestelde richtlijn is in relatie tot bestaande Europese wetgeving op het gebied van mededinging en financiering van luchthavens. De Europese Commissie legt namelijk in de richtlijn geen verband met deze regelgeving, daar waar de regering dit vanuit het oogpunt van coherentie wel zou willen.

Ten slotte gaat de regering in op nog niet genoemde aandachtspunten waar zij zich hard voor zal maken in de onderhandelingen. De regering zet met name in op zoveel mogelijk beleidsvrijheid voor de nationale overheid en alle marktspelers. De regering signaleert bijvoorbeeld praktische problemen waar het het sluiten van de "service level agreement" aangaat tussen de luchthavens en luchthavengebruikers. Een Europese verplichting voor marktspelers om een dergelijk contract aan te gaan voor een bepaalde periode druist volgens de regering in tegen het principe van vrij ondernemerschap.

  • bnc-fiche Ministerie van Buitenlandse Zaken - 22.112, 499[3]
    7 maart 2007

Samenvatting voorstel Europese Commissie

  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2006)820
    24 januari 2007
  • [en]PDF-document werkdocument Europese Commissie - SEC(2006)1688
    24 januari 2007
  • PDF-document werkdocument Europese Commissie - SEC(2006)1689
    24 januari 2007

Behandeling Raad

Richtlijn 2009/12/EGPDF-document werd op 11 maart 2009 ondertekend door de Raad en het Europees Parlement en gepubliceerd in Pb EU L70 d.d. 14 maart 2009.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen