E070035
Laatste revisie: 26-07-2013

E070035 - Richtlijn tot wijziging van Richtlijn 93/109 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het actief en passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees parlement ten behoeve van burgers van de Unie die verblijven in een lidstaat waarvan zij geen onderdaan zijn



In COM(2006)791PDF-document dient de Europese Commissie een voorstel voor een richtlijn in, ter wijziging van Richtlijn 93/109/EG tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het actief en passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement (EP) ten behoeve van de burgers van de Unie die verblijven in een lidstaat waarvan zij geen onderdaan zijn.

Het voorstel kon niet voor de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2009 worden afgerond. Over het onderdeel van de kandidaatstelling was consensus bereikt, maar dit gold niet voor het onderdeel van het dubbele stemmen. Op verzoek van de Europese Commissie stelt het Poolse voorzitterschap nu voor de discussies over het Commissievoorstel te heropenen, maar uitsluitend voor zover het het onderdeel van de kandidaatstelling betreft. Het onderdeel van het dubbele stemmen komt later apart aan de orde.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: implementatietraject gestart.

Nationaal

De commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat/ Algemene zaken en Huis der Koningin (BZK/AZ) heeft op 22 november 2011 het BNC-fiche en het wijzigingsvoorstel voor kennisgeving aangenomen.

Europees

De richtlijn werd op 20 december 2012 aangenomen door de Raad.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2006)791PDF-document, d.d. 12 december 2006

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein


Implementatie

Richtlijn 2013/1/EU werd op 20 december 2012 aangenomen en gepubliceerd in Pb EU L26 van 26 januari 2013. Deze dient voor 28 januari 2014 geïmplementeerd te zijn.

Op 21 maart 2013 werd hiertoe een voorstel van wet tot wijziging van de Kieswet, ter implementatie van Richtlijn 2013/1/EU van de Raad van 20 december 2012 tot wijziging van Richtlijn 93/109/EG tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement ten behoeve van de burgers van de Unie die verblijven in een lidstaat waarvan zij geen onderdaan zijn ingediend bij de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft dit wetsvoorstel op 18 juni 2013 als hamerstuk afgedaan (zie kamerstukken in serie 33.586).


Behandeling Eerste Kamer

De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties besloot op 3 april 2007 het onderhavige richtlijnvoorstel onder de aandacht te brengen van de commissie voor Binnenlandse Zaken en Hoge Colleges van Staat.

Op 8 mei 2007 besloot de commissie voor Binnenlandse Zaken en Hoge Colleges van

Staat dat zij de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zal

meedelen dat zij de door de regering gemaakte kanttekeningen bij het voorstel deelt

en dat zij kennis neemt van de impliciete consequentie ervan, nl. dat de Kieswet moet worden gewijzigd. Deze brief werd op 15 mei 2007 verstuurd.

De commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat/ Algemene zaken en Huis der Koningin (BZK/AZ) heeft op 22 november 2011 het BNC-fiche en het wijzigingsvoorstel d.d 11 november 2011 voor kennisgeving aangenomen.

  • korte aantekening 31.117; 30.856; 32.694; 33.000 VII; 28.750
    22 november 2011
  • brief Commissie Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat - 137464/u/BN/AN
    15 mei 2007
  • korte aantekening Commissie Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat - 37442/N/LA
    8 mei 2007
  • korte aantekening Commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties - 37349/KvD
    3 april 2007

Standpunt Nederlandse regering

De regering heeft met betrekking tot de uitoefening van het kiesrecht vanuit een andere EU-lidstaat op 11 november 2011 een nieuw BNC-fiche uitgebracht. Het wijzigingsvoorstel, het oorspronkelijke Commissievoorstel met daarin in een aantal wijzigingen, is bij het BNC-fiche gevoegd. Uit het fiche blijkt dat Nederland van oordeel is dat het afschaffen van de verplichting van een kandidaat om een verklaring uit de lidstaat van herkomst te overleggen dat hij/zij niet is uitgesloten van het kiesrecht, het makkelijker zal maken voor kandidaten uit andere lidstaten zich in de lidstaat van verblijf verkiesbaar te stellen. Uitsluiting van het kiesrecht wordt in Nederland overigens zelden opgelegd en betreft dus zeer weinig personen. De voorgestelde regeling in het hervatte voorstel is vanuit de Nederlandse optiek een verbetering ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel dat voorzag in strafrechtelijke vervolging van kandidaten die een valse verklaring aflegden en waarbij het onduidelijk was wat de consequenties waren indien de lidstaat van herkomst niet tijdig de gegevens inzake de kiesgerechtigheid van een kandidaat zou verifiëren.

In het fiche van 16 maart 2007 oordeelt de regering positief over de subsidiariteit en proportionaliteit van het richtlijnvoorstel. Het voorstel behelst de wijziging van een bestaande Europese richtlijn over de verkiezing van het Europees Parlement, waarvoor Europees optreden nodig is. Volgens de regering is het huidige systeem erg bureaucratisch en zullen de voorgestelde wijziging leiden tot minder administratieve lasten. De regering geeft aan het eens te zijn met de eis in de richtlijn dat lidstaten het dubbel gebruik van het kiesrecht strafbaar stellen. In Nederland bestaan al dit soort strafbepalingen. De regering verwacht dat het voorstel zowel voor een lastenverlichting als een lastenverzwaring zal zorgen. Gemeenten zullen met het voorstel worden ontlast omdat de controles in samenwerking met andere lidstaten voor de verkiezingen worden afgeschaft. Lastenverzwaringen zouden ten laste komen van de rijksoverheid (in de vorm van de steekproefsgewijze controle achteraf) en de Kiesraad (die de rechtmatigheid van een kandidatuur moeten onderzoeken en controleren). Voor het bredere takenpakket van de Kiesraad zijn nieuwe nationale regelingen nodig die opgenomen moeten worden in de Kieswet. Het Kiesbesluit en de modellenregeling zullen ook aangepast moeten worden om te voldoen aan de eisen van de richtlijn. In dit licht is de regering van mening dat de implementatieperiode van de richtlijn verlengd zou moeten worden tot januari 2009 in plaats van juni 2008.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

De Europese Commissie heeft in september 2011 besloten de onderhandelingen te heropenen over de administratieve lasten voor kandidaten die in hun lidstaat van verblijf kandidaat willen zijn. Doel hiervan is dat meer kandidaten in de lidstaat van verblijf meedoen aan de verkiezingen. Het gewijzigde voorstel van de Europese Commissie is op 11 november 2011 aan de Eerste Kamer aangebodenals bijlage bij het BNC-fiche ove het gewijzigde voorstel (zie voor het gewijzigde voorstel Nederlandse regering ).

Doelstelling van het voorstel uit 2006 is het voorkomen van dubbele en onterechte kandidaturen en dubbel stemmen bij de verkiezingen voor het Europees Parlement. Daartoe stelt de Commissie voor de huidige Richtlijn aan te passen op de volgende punten:

  • De verplichte uitwisseling van gegevens tussen lidstaten voor de verkiezingen wordt afgeschaft. De verklaring van de burger die verblijft in een andere lidstaat, dat hij/zij het kiesrecht alleen in één lidstaat zal gebruiken blijft bestaan. De verplichting een dergelijke verklaring af te leggen is volgens de Europese Commissie afschrikwekkend genoeg om te garanderen dat mensen hun kiesrecht niet twee keer uitoefenen.
  • Om de afschrikwekkende werking te verbeteren, neemt het nieuwe voorstel een bepaling op waarin lidstaten verplicht worden om passende strafmaatregelen te treffen. De lidstaten zouden ook voorlichtingscampagnes moeten starten om te zorgen dat alle burgers op de hoogte zijn van de nieuwe wettelijke kaders.
  • Momenteel ontbreekt het op Europees niveau aan een overzicht hoe vaak burgers twee keer hun kiesrecht gebruiken. De Europese Commissie wil hierover een verslag opstellen naar aanleiding van de volgende ronde EP-verkiezingen in 2009.
  • Voor wat betreft het passief kiesrecht (kandidatuur om verkozen te kunnen worden), wordt de formele verklaring die een kandidaat moet hebben die bewijst dat hij/zij het passief kiesrecht niet verloren heeft als zelfstandig stuk afgeschaft. Deze verklaring zal als vermelding worden opgenomen in een andere verklaring die kandidaten moeten afleggen op grond van artikel 10, lid 1.
  • De lidstaat van verblijf wordt in het nieuwe voorstel verplicht om bij de lidstaat van herkomst te onderzoeken of een kandidaat nog in het bezit is van zijn/haar passief kiesrecht.

  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2006)791
    12 december 2006

Behandeling Raad

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen