Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad
betreffende de oprichting van een Europese groepering voor grensoverschrijdende samenwerking (EGGS) (COM(2004)0496 – C6-0091/2004 – 2004/0168(COD))
(Medebeslissingsprocedure: eerste lezing)
Het Europees Parlement
,
– gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2004)0496)(1)
,
– gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 159, derde alinea van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie
bij het Parlement is ingediend (C6-0091/2004),
– gelet op artikel 51 van zijn Reglement,
– gezien het verslag van de Commissie regionale ontwikkeling (A6-0206/2005),
1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement;
2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen
of dit door een nieuwe tekst te vervangen;
3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.
Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing vastgesteld op 6 juli 2005 met het oog op de aanneming van Richtlijn
Verordening (EG) nr.
.../2005
van het Europees Parlement en de Raad betreffende de oprichting van een Europese groepering voor
territoriale
samenwerking
(EGTS)
P6_TC1-COD(2004)0168
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 159, derde alinea,
Gezien het voorstel van de Commissie
,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité(1),
Gezien het advies van het Comité van de Regio's(2),
Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(3)
,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) In artikel 159, derde alinea, van het Verdrag is bepaald dat, buiten de in de eerste alinea van dat artikel bedoelde Fondsen
om, specifieke maatregelen kunnen worden vastgesteld om de doelstelling van het Verdrag inzake economische en sociale samenhang
te verwezenlijken. Met het oog op de harmonische ontwikkeling van de hele Gemeenschap en op de versterking van de economische,
sociale en territoriale cohesie moet de territoriale
samenwerking worden versterkt. Daartoe moeten de nodige maatregelen worden genomen om de voorwaarden waaronder de territoriale
samenwerkingsacties ten uitvoer worden gelegd, te verbeteren.
(2) Aangezien de lidstaten, en met name de regio's en de plaatselijke overheden, aanzienlijke moeilijkheden ondervinden om acties
op het gebied van grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking tot stand te brengen en te beheren,
in het kader van de verschillende nationale rechtsstelsels en procedures, moeten dienstige maatregelen worden getroffen om
deze moeilijkheden te ondervangen.
(3) Met name rekening houdend met de toename van het aantal land- en zeegrenzen van de Gemeenschap ten gevolge van de uitbreiding,
moet de versterking van de grensoverschrijdende, transnationale en interregionale samenwerking in de Gemeenschap worden bevorderd.
(4) De bestaande instrumenten, zoals het Europese economische samenwerkingsverband, zijn in de programmeringsperiode 2000-2006
ontoereikend gebleken om een gestructureerde samenwerking van de Structuurfondsenprogramma's in het kader van het communautaire
initiatief INTERREG tot stand te brengen.
(5) Op grond van Verordening (EG) nr. …/2005 van de Raad [
houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds en het Cohesiefonds](4)
worden meer middelen uitgetrokken voor Europese territoriale samenwerking op drie gebieden: grensoverschrijdend, inter-regionaal en transnationaal
.
(6) Ook is het nodig de totstandkoming van acties voor territoriale
samenwerking waarvoor de Gemeenschap geen bijstand verleent, te vergemakkelijken en te begeleiden.
(7) Om de obstakels die de territoriale
samenwerking belemmeren uit de weg te ruimen, moet een communautair samenwerkingsinstrument worden opgericht waarmee op het
grondgebied van de Gemeenschap samenwerkende groeperingen met rechtspersoonlijkheid kunnen worden opgericht, "Europese groeperingen
voor territoriale
samenwerking" (EGTS)
genoemd. De oprichting van een EGTS
vindt op vrijwillige basis plaats.
(8)Overeenkomsten inzake grensoverschrijdende, interregionale of supranationale samenwerking tussen lidstaten en/of regionale
en lokale autoriteiten kunnen nog steeds worden ondersteund.
(9) De EGTS
moet handelingsbevoegdheid krijgen namens en voor rekening van haar leden, met name de regionale en plaatselijke overheden
waaruit zij bestaat.
(10) De taken en bevoegdheden van de EGTS
moeten door haar leden worden vastgesteld in een "
overeenkomst voor een
Europese groepering voor territoriale samenwerking
".
(11) De leden richten
een EGTS op als
afzonderlijke juridische entiteit, en deze kan
haar taken aan een van hen toevertrouwen
.
(12) De EGTS
moet handelend kunnen optreden, hetzij om programma's voor territoriale
samenwerking uit te voeren die de Gemeenschap medefinanciert, met name in het kader van de Structuurfondsen overeenkomstig
Verordening (EG) nr. …/2005 [houdende algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds
en het Cohesiefonds]
en Verordening (EG) nr. …/2005 van het Europees Parlement en de Raad
[betreffende het Europees Fonds voor de Regionale Ontwikkeling](5)
, alsmede programma's voor transnationale en interregionale samenwerking, hetzij om acties voor territoriale
samenwerking uit te voeren waartoe het initiatief uitsluitend door de lidstaten en/of
hun regio's en hun plaatselijke overheden wordt genomen en waarvoor de Gemeenschap geen financiële bijstand verleent.
(13)De Commissie dient te zorgen voor de synergie tussen deze verordening en het ontwerp van Aanvullend Protocol nr. 3 bij de
Europese Kaderovereenkomst van de Raad van Europa inzake grensoverschrijdende samenwerking tussen territoriale gemeenschappen
of autoriteiten voor wat de oprichting van groeperingen voor Euroregionale samenwerking (GES) betreft.
(14) Er dient nader te worden bepaald dat de financiële verantwoordelijkheid van de regionale en plaatselijke overheden, alsmede
die van de lidstaten, niet wordt beïnvloed door de vorming van de EGTS
, noch wat het beheer van de communautaire middelen betreft, noch wat het beheer
van de nationale middelen betreft
.
(15) Er dient nader te worden bepaald dat de bevoegdheden die regionale of plaatselijke overheden
als openbaar gezag uitoefenen
, met name de politionele en regelgevende bevoegdheden, geen onderdeel kunnen uitmaken van een overeenkomst.
(16) De EGTS
moet haar eigen statuten opstellen, haar organen oprichten, besluitvormingsprocedures vaststellen, evenals
begrotingsregels en regels ten aanzien van de uitoefening van haar financiële aansprakelijkheid
.
(17) Aangezien de doelstellingen van
deze verordening, namelijk de totstandbrenging van dejuridische
voorwaarden in heel Europa
voor territoriale
samenwerking, niet voldoende
door de lidstaten kunnen
worden verwezenlijkt
, kunnen deze derhalve
beter door de Gemeenschapworden verwezenlijkt.De
Gemeenschap kan dan ook, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel,
maatregelen nemen. Overeenkomstig
het in hetzelfde
artikel neergelegde
evenredigheidsbeginsel, gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstellingen te verwezenlijken
, aangezien de oprichting van een EGTS
op vrijwillige basis plaatsvindt, met inachtneming van de grondwettelijke orde van de individuele lidstaten,
HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Aard van de
Europese groepering voor
territoriale
samenwerking
(EGTS)
1. Op het grondgebied van de Gemeenschap kan een samenwerkingsgroepering worden opgericht in de vorm van een Europese groepering
voor territoriale
samenwerking, hierna "EGTS"
genoemd, onder de voorwaarden en volgens de regels die in deze verordening zijn vastgesteld.
2. De EGTS
heeft rechtspersoonlijkheid.
3. De EGTS
heeft tot doel de territoriale
samenwerking (grensoverschrijdend, transnationaal en interregionaal) tussen
de regionale en plaatselijke overheden in de EU
te vergemakkelijken en te bevorderen, om de economische, sociale en territoriale samenhang te versterken.
In dat verband kan zij ook tot doel hebben de transnationale en de interregionale samenwerking te vergemakkelijken en te bevorderen.
4.De bevoegde autoriteit van de lidstaat waarvan het rechtsstelsel toepasselijk is, bezit controlebevoegdheden ten aanzien van
het beheer van de EGTS van openbare middelen, ongeacht of dit nationale of communautaire middelen zijn.
De bevoegde autoriteit van de lidstaat waarvan het rechtsstelsel toepasselijk is, stelt de overige lidstaten die bij de overeenkomstvoor een Europese groepering voor territoriale samenwerking, hierna "overeenkomst" genoemd, aangesloten zijn, in kennis van de resultaten van de uitgevoerde controles.
5.Indien grensgebieden langdurige perioden van civiele of militaire conflicten hebben doorgemaakt, kan de EGTS ook tot doel
hebben de verzoening te bevorderen en te helpen bij programma's van vredebevorderende maatregelen.
Artikel 2
Samenstelling
1. De EGTS
kan zijn samengesteld uit lidstaten en/ofplaatselijke
openbare instanties, en/of andere organisaties zonder winstoogmerk, waaraan regionale/plaatselijke overheden en lidstaten deelnemen,
hierna "leden" genoemd.
2. Tot de oprichting van een EGTS
wordt besloten op initiatief van haar leden.
3. De leden richten
een EGTS op als
afzonderlijke juridische entiteit, en deze kan
haar taken aan een van hen toevertrouwen
.
Artikel 3
Taken en bevoegdheden
1. De EGTS
voert de taken uit die haar door haar leden zijn toevertrouwd overeenkomstig deze verordening. De bevoegdheden van de EGTS
worden vastgesteld in een overeenkomst, die
overeenkomstig artikel 4 door haar leden wordt afgesloten
.
2. De EGTS functioneert binnen het kader
van de haar toegewezen taken, waarvan de uitvoering kan worden toevertrouwd aan een van de leden.
3. Aan de EGTS
kan hetzij de uitvoering van programma's voor territoriale
samenwerking, met name in het kader van de Structuurfondsen, worden toevertrouwd, hetzij de uitvoering van iedere andere actie
voor territoriale
samenwerking met of zonder financiële bijstand van de Gemeenschap.
De financiële aansprakelijkheid van de leden en van de lidstaten voor de communautaire of de nationale middelen wordt door
de oprichting van een EGTS
niet beïnvloed.
4.Er is geen sprake van enige financiële verantwoordelijkheid voor lidstaten die geen lid zijn van de EGTS, ook al nemen regionale,
lokale of openbare lichamen van die staat als leden daaraan deel. Dit laat evenwel de financiële verantwoordelijkheid onverlet
die de lidstaten hebben ten aanzien van communautaire middelen die door de EGTS worden beheerd.
5.
Bij een overeenkomst mogen bevoegdheden van openbaar gezag, met name de politionele en regelgevende bevoegdheden, niet worden
gedelegeerd.
Artikel 4
Overeenkomst voor een
Europe
se
groepering voor territoriale
samenwerking
1. Elke EGTS vormt het voorwerp van een door zijn leden gesloten overeenkomst.
2. In de overeenkomst worden met name de operationale beginselen, bevoegdheden en taken van
de EGTS gedefinieerd en vastgesteld
hoe lang zij duurt en onder welke voorwaarden zij wordt ontbonden.
3. De overeenkomst beperkt zich uitsluitend tot het domein van de door de leden vastgestelde territoriale samenwerking.
4.In
de overeenkomst wordt vastgesteld welk recht toepasselijk is op de interpretatie en de toepassing ervan. Het toepasselijke
recht is dat van de bij de overeenkomst aangesloten
lidstaat waar de EGTS haar zetel heeft.
5.De EGTS is onderworpen aan het recht voor wat betreft de wijze van functionering van verenigingen van de door de leden aangewezen
lidstaat.
6. De voorwaarden voor de toekenning van
openbare-dienstconcessies of -delegaties van publieke taken aan de EGTS
in het kader van de territoriale samenwerking, worden
in de overeenkomst vastgesteld op basis van het
toepasselijke nationale rechtsstelsel
.
7. Van de overeenkomst wordt kennis gegeven aan
de lidstaten die bij de EGTS betrokken zijn, de Commissie en het Comité van de regio's. De Commissie neemt de overeenkomst op in een openbaar
register van alle overeenkomsten voor EGTS
.
Artikel 5
Statuten
1. De EGTS
stelt haar statuten vast op basis van de overeenkomst.
2.
a)
een lijst met haar leden;
b)
doel en taken van de EGTS
;
c)
haar naam en de plaats waar zij zetelt;
d)
haar organen, die een vergadering moeten omvatten van vertegenwoordigers van haar leden, en een uitvoerend comité, haar
bevoegdheden, haar functioneren, het aantal vertegenwoordigers van de leden in haar organen, en een secretariaat. In de statuten kan eventueel besloten worden tot nog andere organen;
e)
de besluitvormingsprocedures van de EGTS
;
f)
de vaststelling van de werkta(a)l(en);
g)
de voorwaarden voor haar functioneren, met name wat betreft het personeelsmanagement, de indiensttredingsvoorwaarden en de
aard van de personeelscontracten die de bestendigheid van de samenwerkingsacties garanderen;
h)
de voorwaarden op het gebied van de financiële bijdrage van de leden, alsmede de toepasselijke begrotings- en boekhoudregels;
i)
de aanwijzing van een onafhankelijk orgaan voor financiële controle en externe audit;
j)
de regels voor haar ontbinding.
3. Als een lid de taken van de EGTS
overeenkomstig artikel 2, lid 3, krijgt toebedeeld, kan de inhoud van de statuten onderdeel uitmaken van de overeenkomst
.
Artikel 6
Begroting
1. De EGTS
stelt een jaarlijkse ontwerpbegroting op, die door haar leden wordt goedgekeurd. Zij stelt een jaarverslag over haar activiteiten
op, dat wordt gecertificeerd door deskundigen die onafhankelijk zijn van de leden.
2. De leden zijn financieel aansprakelijk naar evenredigheid van hun bijdrage aan de begroting, totdat alle schulden van de EGTS
zijn vereffend.
Artikel 7
Bekendmaking
Nadat de EGTS rechtspersoonlijkheid heeft verkregen overeenkomstig het rechtsstelsel van de door de leden aangewezen lidstaat,
wordt het oprichtingsstatuut van de EGTS
in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakt.
In deze bekendmaking moeten de naam van de EGTS
, haar doel, een lijst met haar leden en het adres van haar zetel worden opgenomen.
Artikel 8
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op haar
bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 2007.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.