E060021 - Mededeling: Herziening van de EU-strategie voor duurzame ontwikkeling - Een actieplatform
Het betreft in dit dossier voorstellen voor een herziene strategie op het terrein van duurzame ontwikkeling. De herziening is nadrukkelijk bedoeld als een verdere ontwikkeling van de bestaande strategie en niet als een vervanging ervan.
Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.
document Europese Commissie
COM(2005)658, d.d. 13 december 2005
commissies Eerste Kamer
beleidsterreinen
De commissie voor Europese Samenwerkingsorganisaties heeft tijdens de vergadering d.d. 5 september 2006 besloten de onderhavige mededeling in een volgende commissievergadering te agenderen.
Tijdens de commissievergadering van 12 september 2006 heeft de commissie ESO besloten de Eerste Kamercommissies Milieu, Economische Zaken, Verkeer en Waterstaat, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, alsook de commissie Ontwikkelingssamenwerking te verzoeken een inhoudelijke reactie te geven op de mededeling en specifiek aan te geven welke onderdelen zij voor de Nederlandse implementatie prioritair acht. De commissie wenst deze reacties aan de regering kenbaar te maken zodat deze mogelijk betrokken kunnen worden bij de herziening van het nationale actieplan inzake duurzame ontwikkeling.
De commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft op 14 november 2006 een ambtelijk memo met betrekking tot onderhavige mededeling besproken en deze voor kennisgeving aangenomen.
De commissie voor Economische Zaken heeft op 14 november 2006 besloten de besluitvorming over deze mededeling een week aan te houden.
Op 21 november 2006 besloot de commissie voor Ontwikkelingssamenwerking om de behandeling van onderhavig dossier een week aan te houden. De commissie voor Economische Zaken besloot de minister van VROM schriftelijk de vraag voor te leggen op welke wijze hij inhoud geeft aan de coördinerende rol in het Actieprogramma Duurzame Daadkracht. De commissie voor Verkeer & Waterstaat besloot zich aan te sluiten bij dit initiatief.
De commissie voor Ontwikkelingssamenwerking besloot op 28 november 2006 dat zij een aantal schriftelijke vragen aan de minister voor Ontwikkelingssamenwerking zal voorleggen. De commissie Milieu besloot dat zij zich aan wenst te sluiten bij de andere commissies die voornemens zijn een brief te sturen aan de minister van VROM over zijn coördinerende rol in het Actieprogramma Duurzame Daadkracht. Voorts wenst de commissie een tijdsplanning te vernemen voor de herziening van de nationale strategie voor duurzame ontwikkeling.
De reactie van de minister van Ontwikkelingssamenwerking werd besproken tijdens een commissievergadering van de commissie voor Ontwikkelingssamenwerking op 30 januari 2007. Besloten werd op korte termijn de Eurocommissaris voor Ontwikkelingssamenwerking uit te nodigen voor een gedachtewisseling over o.a. het Europese ontwikkelingsbeleid.
-
-
-
brief Bijlage: overzicht instrumenten Ministerie van Buitenlandse Zaken - DIE-48/2007
19 januari 2007 -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
De Nederlandse regering is, zo blijkt uit fiche één, overwegend positief over de herziene strategie voor duurzame ontwikkeling. Vanwege het grensoverschrijdende karakter van de vraagstukken is dit bij uitstek een thema om op Europees niveau aan te pakken. De actiegerichte aanpak kan op steun rekenen van de regering, maar toch is er ook een aantal punten waarop kritiek wordt geuit. Zo is bijvoorbeeld de economische pijler nauwelijks uitgewerkt, terwijl ook duurzame ontwikkeling een positieve bijdrage kan leveren aan groei en werkgelegenheid.
De regering betreurt het dat er relatief weinig nieuwe acties worden geformuleerd en dat de acties die zijn geformuleerd niet altijd even concreet zijn. Ook ontbreekt een verwijzing naar de mogelijke samenwerking met derde landen (zoals India en China) ter ondersteuning van het klimaat- en energiebeleid. Daarnaast ontbreken concrete acties ten aanzien van duurzaam produceren en consumeren.
Een belangrijk punt van zorg voor Nederland is het gebrek aan aandacht voor een degelijk bronbeleid waar het gaat om duurzaam transport. Met name bij de inzet van technische middelen zou hier ambitieus beleid kunnen worden opgesteld. Het vervoersbeleid zou er sowieso op gericht moeten zijn om, ongeacht de transportvorm, de milieuprestaties te vergroten.
In juni 2001 heeft de Europese Raad van Göteborg de Europese duurzaamheidsstrategie (EU-SDS) aangenomen. De EU-SDS heeft tot doel structurele veranderingen in economie en samenleving te bewerkstelligen die bijdragen aan duurzame ontwikkeling. Eens in de vijf jaar wordt de EU-SDS herzien. De Commissie heeft, na openbare consultaties in 2004, in het voorjaar van 2005 een Mededeling uitgebracht met richtsnoeren voor duurzame ontwikkeling. De Europese Raad heeft deze Mededeling in juni aanvaard en conclusies aangenomen m.b.t. de richtsnoeren.
De herziene SDS die de Commissie 13 december 2005 heeft voorgelegd aan de Raad en het Europees Parlement, bouwt voort op de bestaande SDS. De strategie identificeert 6 terreinen waar actie nodig is om duurzame ontwikkeling te bevorderen:
-
-Klimaatverandering en energie;
-
-Volksgezondheid;
-
-Sociale uitsluiting / demografie / migratie;
-
-Beheer van natuurlijke hulpbronnen;
-
-Duurzaam transport;
-
-Wereldwijde armoede en ontwikkelingsuitdagingen.
De SDS formuleert daartoe een twintigtal acties, verdeeld over de Unie, haar lidstaten, en de Commissie. Daarnaast doet de strategie voorstellen voor effectievere beleidsaanpak door te leren van elkaar, het toetsen van resultaten met behulp van indicatoren, rapportages en consultaties, alsmede het toepassen van recent ontwikkelde instrumenten voor betere regelgeving, zoals impact assessments.
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.