Dit voorstel wijzigt de Wet wederzijdse bijstand bij de invordering van enkele EEG-heffingen, de omzetbelasting en de accijnzen en beoogt de implementatie van de Europese richtlijn 2001/44/EG.
Met deze op 15 juni 2001 uitgevaardigde richtlijn zal nu ook wederzijdse bijstand in de EU-landen worden verleend bij de invordering van belastingen op inkomen en vermogen alsmede belastingen op verzekeringspremies.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 21 november 2002 zonder beraadslaging en zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 9 december 2002 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 619 van 19 december 2002.
ingediend
5 juli 2002titel
Wijziging van de Wet wederzijdse bijstand bij de invordering van enkele EEG-heffingen, de omzetbelasting en de accijnzenschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst
-
-
-
-
21 november 2002
stemming (hamerstuk) Handelingen TK 2002/2003, nr. 24: blz. 1621