Dit voorstel van wet stelt een bijzondere regeling voor het afdoen van massaal bezwaar tegen een belastingheffing voor, teneinde de uitvoeringslast van massale bezwaren voor de Belastingdienst te verminderen. De vast te leggen beleidslijn wordt reeds enkele jaren in de praktijk gevolgd.
De Belastingdienst stelt de aanwijzing tot massaal bezwaar vast in samenspraak met de staatssecretaris van Financiën.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is op 21 november 2002, bij afwezigheid van de Groep De Jong en de Groep Wijnschenk, met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 17 december 2002 als hamerstuk afgedaan.
De wet is opgenomen in Staatsblad 10 van 9 januari 2003.
ingediend
26 april 2002titel
Invoering in de Algemene wet inzake rijksbelastingen van de mogelijkheid tot het doen van een collectieve uitspraak op massaal bezwaarschriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst
Als de beslissende uitspraak van de rechter in het voordeel van de fiscus uitvalt, dan zal de aangewezen inspecteur de als massaal bezwaar aangewezen bezwaren gezamenlijk afwijzen. Hij doet hiertoe een collectieve uitspraak.
Als de beslissende uitspraak geheel of gedeeltelijk in het nadeel van de fiscus uitvalt, dan verliezen de aangehouden bezwaren de status van massaal bezwaar en moeten zij alsnog op de voor de individuele bezwaren gebruikelijke manier worden afgedaan, door de 'eigen' inspecteur van de belanghebbende.
-
-
-
-
-
21 november 2002
stemming (met algemene stemmen aangenomen) Handelingen TK 2002/2003, nr. 24: blz. 1649 -
21 november 2002
voortzetting behandeling Handelingen TK 2002/2003, nr. 24: blz. 1647-1648