27.015

Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs



Dit wetsvoorstel breidt de groep personen uit die benoembaar is als leraar en directeur in het primair onderwijs (PO) en als leraar in het voortgezet onderwijs (VO).

Doel van de Interimwet is om de diversiteit in het beroep van leraar te vergroten en meer ruimte te bieden voor nieuwe kwaliteiten. Er wordt zo een bijdrage geleverd aan het terugdringen van de lerarentekorten.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Tweede Kamer
Plenair
 
Afkondiging
Staatsblad(en)

Het voorstel is op 30 mei 2000 aangenomen door de Tweede Kamer. De fractie van de SP stemde tegen. De Eerste Kamer heeft het wetsvoorstel op 4 juli 2000 zonder stemming aangenomen. De fractie van de SP is daarbij aantekening verleend.

De wet is opgenomen in Staatsblad 306 van 6 juli 2000.


Kerngegevens

ingediend

21 februari 2000

titel

Voorschriften ten behoeve van de instroom van leraren in het primair en voortgezet onderwijs (Interimwet zij-instroom leraren primair en voortgezet onderwijs)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

  • minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
  • staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
  • minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

inwerkingtreding

De wet is een tijdelijke wet. Zij zal vervallen op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Zodra de Wet op het leraarschap in werking treedt, kan deze interimwet vervallen


Hoofdlijnen

  • Personen met een relevante opleiding en ervaring, maar nog niet bevoegd voor het geven van onderwijs, kunnen onder bepaalde voorwaarden gedurende maximaal 2 jaar benoemd worden als leraar of directeur.
  • Dit voorstel regelt onder welke voorwaarden deze 'zij-instroom in het beroep' kan worden gerealiseerd.
  • Van degenen die in aanmerking willen komen moet worden vastgesteld door middel van een assessment:
    • of hij in beginsel voor een direct ingaand leraarschap geschikt wordt geacht;
    • welke scholing hij in de periode van tijdelijke benoeming moet volgen om uiteindelijk volledig te voldoen aan de bekwaamheidseisen voor het desbetreffend onderwijs en in aanmerking te kunnen komen voor een vaste aanstelling als leraar of directeur.

Documenten