Op kleinere bouwlokaties verloopt het proces van planvorming soepeler en sneller dan op grote bouwlokaties. Ook de ontsluiting is minder problematisch. De minister zal op dit aspect in de nota Ruimte ingaan. Zij wil, meer dan in vorige nota's, het accent leggen bij de eigen verantwoordelijkheid van decentrale overheden.
Nummer | T00159 |
---|---|
Oorspronkelijke nummer | tr_VRO_2004_13 |
Status | voldaan |
Datum toezegging | 27 april 2004 |
Deadline | 1 januari 2004 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer |
Commissie | commissie voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | bouwen Nota Ruimte |
Kamerstukken | Begrotingsstaat Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer 2004 (29.200 XI) |
Handelingen EK 2003-2004, 26-1408
[…]
Antwoord van de minister
Woningbouw
[…]
De heer Van den Oosten stelt dat op kleinere bouwlokaties het proces van planvorming soepeler en sneller verloopt dan op grote bouwlokaties. Ook de ontsluiting is minder problematisch. Hij noemt het voorbeeld van Houten-Zuid. Ik zal op dit aspect in de nota Ruimte ingaan; daar kan en wil ik nu niet te veel op vooruit lopen. Wel wil ik aangeven dat ik - meer dan in vorige nota's - het accent wil leggen bij de eigen verantwoordelijkheid van decentrale overheden. Dat betekent dat provincies en gemeenten de beleidsruimte krijgen om - bij hun integrale afwegingen van ruimtebehoeften voor verschillende Functies - te zorgen voor voldoende ruimte voor wonen; ook het mogen bouwen voor de natuurlijke aanwas kan langs deze lijn worden uitgewerkt. Ik constateer met tevredenheid dat het de gemeente Houten gelukt is een flink aantal woningen bij te bouwen. Veel aandacht is er voor de invloed van regelgeving op het bouwtempo. De heer Van den Berg wijst op het Bouwbesluit, de vele bezwaar en beroepsprocedures en de gevolgen van de introductie van de Vogel- en Habitatrichtlijnen. De heer van der Lans wijst daarnaast ook op de eindeloze projectgroepen-overlegstructuur die in zijn ogen als het gaat om het ontwikkelen van nieuwbouwlokaties en stedelijke vernieuwing een minstens even grote hindernis is voor voortvarende besluitvorming als de bestaan de bureaucratische regelgeving.
[…]
-
27 april 2004
Voortgang:documenten:-
-Nota Ruimte, 29435 nr.2
-
-
27 april 2004
toezegging gedaan