De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de heer Hirsch Ballin, zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Böhler, toe het belang dat een justitiabele weet en kan achterhalen of een lid van de Afdeling bestuursrechtspraak ook betrokken is geweest bij wetgevingsadvisering uitdrukkelijk onder de aandacht te zullen brengen bij de vicepresident van de Raad van State.
Nummer | T01151 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 13 april 2010 |
Deadline | 1 januari 2011 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
Kamerleden | dr. B. Böhler (GroenLinks) |
Commissie | commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koningin (BZK/AZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | advisering Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State Raad van State wetgeving |
Kamerstukken | Herstructurering van de Raad van State (30.585) |
Handelingen I 2009/10, nr. 25 – blz. 1069
Mevrouw Böhler (GroenLinks): Eén vraag is er bij de beantwoording even bij ingeschoten, maar ik denk dat dit ook ligt aan de korte pauzetermijn. Ik had helemaal aan het einde van mijn betoog nog iets gevraagd over de bescherming van de rechtzoekende. Dat betrof de mogelijkheid om uit te vinden of een lid van de Afdeling bestuursrechtspraak überhaupt betrokken was bij een advies. De minister heeft in de schriftelijke ronde gezegd: ja, dat klopt, er moet wel enige alertheid komen van de rechtzoekende, maar dat geldt bij andere rechtszaken ook. Mijn verwijt aan de regering was dat andere rechters, in de civiele rechterlijke macht en bij het strafrecht, geen dubbelfuncties hebben. Is het niet zo dat door die dubbelfunctie een grotere informatie- en inspanningsverplichting aan de zijde van de overheid moet volgen? Mijn vraag is hoe de regering staat tegenover een geformaliseerde verplichting om de rechtzoekende te informeren dat er bij de Afdeling bestuursrechtspraak sprake is van een orgaan met een dubbelfunctie. Ik zou het op prijs stellen als deze vraag nog beantwoord wordt.
(…)
Handelingen I 2009/10, nr. 25 – blz. 1073
Minister Hirsch Ballin: Er is nog een aantal andere aspecten waar ik graag op zal ingaan. Ik denk dat ik op de betogen van mevrouw Duthler en de heer Engels al volledig heb gereageerd. Mevrouw Böhler wijst terecht op de verbeteringen op het punt van de dubbelbenoemingen. Ik ben dat met haar eens. Zij wijst ook terecht op het belang dat de justitiabelen, de rechtzoekenden, hebben om te weten of degenen die op de zaak zitten betrokken kunnen zijn geweest bij de advisering over de wetgeving. De Raad van State heeft op zijn website en in de informatie voor de justitiabelen daar al voorzieningen voor getroffen, maar ik zal dit punt graag nog eens uitdrukkelijk onder de aandacht brengen bij de vicepresident.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2009/2010, nr. 25, blz: 1060-1075
-
15 september 2010
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten: -
2 september 2010
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten:-
-brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over toezeggingen die tijdens de plenaire behandeling van het wetsvoorstel zijn gedaan
Voor kennisgeving aangenomen op 14 september 2010.
EK, K
-
-
13 april 2010
toezegging gedaan