T01214

Toezegging Betrekken uitkomst WODC-onderzoek bij parlementaire behandeling wetsvoorstel forensische zorg (31.823)



De Minister van Justitie zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van de Beeten, toe dat hij de uitkomsten van het WODC-onderzoek zal betrekken bij de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel forensische zorg.


Kerngegevens

Nummer T01214
Status voldaan
Datum toezegging 29 juni 2010
Deadline 1 januari 2014
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Veiligheid en Justitie
Kamerleden mr. R.H. van de Beeten (CDA)
Commissie commissie voor Veiligheid en Justitie (V&J)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen onderzoek
WODC
Kamerstukken Aanpassing maatregel terbeschikkingstelling met voorwaarden (31.823)


Uit de stukken

Handelingen I 2009-2010, nr. 34 - blz. 1469

De heer Van de Beeten (CDA): "Ik kan kort zijn over dit wetsvoorstel door te verwijzen

naar hetgeen wij al in de schriftelijke voorbereiding hebben gezegd, maar ik wil toch van de gelegenheid gebruikmaken om een punt van zorg onder de aandacht van de minister te brengen. Dit heeft te maken met de wijze waarop de advocatuur de laatste tijd spreekt over tbs en de advisering aan de cliënten. Hierover heb ik al vragen gesteld in de schriftelijke voorbereiding. De minister heeft erop gewezen dat er een WODC-onderzoek loopt en dat het nog wel even duurt voordat de rapportage daarover klaar zal zijn. Ik mag toch hopen dat dit wel het geval is op het moment dat de wetsvoorstellen inzake dwangbehandeling en forensische zorg deze Kamer hebben bereikt. De informatie die daaruit komt, zou ik wel graag bij de behandeling hier willen betrekken. Ik zeg dit ook tegen de achtergrond van de wetenschap dat 30% tot 70% – afhankelijk van de criteria die je hanteert – van de populatie van reguliere gevangenissen mensen betreft met psychische problemen, psychiatrische stoornissen, verslavingsproblematiek of combinaties daarvan. Met andere woorden, het gaat om een categorie personen die onder andere of specifieke omstandigheden in aanmerking zouden komen voor tbs. Wij moeten natuurlijk vermijden dat de verbeteringen die wij met het wetsvoorstel inzake forensische zorg willen bereiken, in gevaar komen doordat de zwaardere gevallen die tbs zouden moeten krijgen en dwangverpleging zouden moeten ondergaan, de behandeling in het kader van de forensische zorg in de weg zitten. Ik zie dus mogelijke interferenties, die wij tijdig in kaart zouden moeten brengen. Vandaar mijn verzoek aan de minister om te bewerkstelligen dat de informatie over de lange duur van de tbs en de rol van de advocatuur daarbij ons tijdig bereikt."

Handelingen I 2009-2010, nr. 34 - blz. 1476

Minister Hirsch Ballin : "In aanvulling op de antwoorden die ik al gecombineerd had met antwoorden op vragen van andere leden, nog een vraag die alleen door de heer Van de Beeten is gesteld, namelijk of het WODC-onderzoek beschikbaar zal zijn bij de behandeling van het wetsvoorstel forensische zorg. Het onderzoek gaat onder meer over de weigerachtige observandi. Het is dus terecht dat de heer Van de Beeten daarop de aandacht vestigt. Ik zal de uitkomst van dat onderzoek betrekken bij de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel forensische zorg. Als mijn opvolger dit te behandelen krijgt, zal voor hem of haar ongetwijfeld hetzelfde gelden. Dat hoort erbij, voor zover wij niet zelfs al eerder maatregelen moeten treffen op het punt van de weigerachtige observandi. Dit onderwerp heeft ook nu, in deze maanden, mijn aandacht en die van mijn medewerkers. Ik verwacht dat het onderzoek medio 2012 beschikbaar is. Dus uiterlijk dan zullen daar ook conclusies aan worden verbonden."


Brondocumenten


Historie