De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Schrijver en Vos, toe de Kamer een voortgangsbrief te sturen wanneer de AMvB en de ministeriële regeling, die voortvloeien uit het convenant onbedwelmde rituele slacht, zijn geformuleerd, waarbij de staatssecretaris ervan uitgaat dat deze uiterlijk 1 januari 2013 gereed zullen zijn. In deze voortgangsbrief zal de staatssecretaris aangeven hoe de regering verder gevaren is op, en wat de vervolgstappen zijn ten aanzien van, de nadere duiding, taken, procedures en verantwoordelijkheden van de wetenschappelijk adviescommissie, de etikettering, de behoefteverklaring en de verbetering van de situatie voordat de dieren in het slachthuis komen.
Nummer | T01555 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 12 juni 2012 |
Deadline | 1 januari 2013 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Economische Zaken (2012-2017) |
Kamerleden | Prof.mr. N.J. Schrijver (PvdA) Ir. M.B. Vos (GroenLinks) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | Algemene Maatregel van Bestuur convenanten ministeriële regelingen onbedwelmd ritueel slachten |
Kamerstukken | Initiatiefvoorstel-Thieme over het invoeren van een verplichte voorafgaande bedwelming bij ritueel slachten (31.571) |
Handelingen I 2011-2012, nr. 32, item 5 - blz. 23-48
De heer Schrijver (PvdA):
Artikel 2, lid 2 van het convenant vermeldt dat de staatssecretaris zich zal inspannen om te komen tot regelgeving waarin de normen, bedoeld in lid 1 zijn vastgelegd. Wij vragen de staatssecretaris wat de achtergrond van deze inspanningsverplichting is.
(...)
Staatssecretaris Bleker:
Waarom is in het convenant een inspanningsverplichting opgenomen ten aanzien van de regelgeving? U kunt ervan op aan dat ik mijn arbeid zal verrichten voor zowel de ministeriële regeling als de Algemene Maatregel van Bestuur. Ik zal doen wat van mij verlangd wordt overeenkomstig het convenant. Ik verwacht op 1 januari 2013 de regelgeving op orde te hebben. Ik kan mij tot het uiterste inspannen, maar in een parlementair stelsel kan er altijd een blokkade komen van de zijde van het parlement. De afspraak die ik met de partners heb gemaakt, is dat ik alles uit de kast haal om op 1 januari 2013 de regelgeving op orde te hebben.
(...)
Mevrouw Vos (GroenLinks):
De staatssecretaris zegt nu in feite dat de wetenschappelijke adviescommissie heel uitdrukkelijk gaat over de wetenschappelijke kant hiervan. Zij moet beoordelen wat een bepaalde maatregel qua dierenwelzijn gaat betekenen. De afweging over het convenant vindt elders plaats. Dat lijkt mij helder. In het convenant staat echter toch dat de convenantpartijen gezamenlijk bepalen welke onderzoeksvragen worden voorgelegd en welke wetenschappers of instituten worden gevraagd om die te beantwoorden. De staatssecretaris stelt na overleg met de overige convenantpartijen een wetenschappelijke adviescommissie in. De convenantpartijen kunnen desgewenst een deskundige voordragen om plaats te nemen in de wetenschappelijke adviescommissie. Als je dit alles leest, roept het toch een ander beeld op. Ik kan het niet anders lezen dan dat de convenantpartijen wel degelijk een heel uitdrukkelijke rol spelen bij wat er onderzocht wordt, wie dit onderzoekt, wie er in de
commissie zit en welke deskundigen worden voorgedragen. Ik vind dit een heel onduidelijk onderdeel van het convenant. De staatssecretaris geeft daar nu een andere interpretatie aan. Ik hecht eraan om dit held er op schrift te krijgen. Kan de staatssecretaris in dezen zelf meer duidelijkheid creëren?
Staatssecretaris Bleker:
Ik kan mij het volgende voorstellen. De komende maanden gaan wij aan de slag met de uitwerking van het convenant. Daar hoort ook de nadere duiding van de instelling, de taken, de procedures en de verantwoordelijkheden van de wetenschappelijke adviescommissie bij. Zodra ik met voorstellen kom over nadere regelgeving, ben ik voornemens om ook te rapporteren over de verdere voortgang zowel op het punt van de handhaving als op het punt van de wetenschappelijke adviescommissie.
(...)
Mevrouw Vos (GroenLinks):
Is het zo dat enkele slachthuizen over een aantal zaken rond de behoefteverklaring en de aanscherping van transporteisen en verblijfseisen in slachthuizen op dit moment geen afspraken willen maken? Wat is de achtergrond van wat hier is gebeurd en wat kunnen wij verwachten als die vooruitgang er wel komt? Kan hij in de brief die hij net heeft toegezegd, duidelijk maken wanneer er volgende stappen worden gezet rond de etikettering, de behoefteverklaring en verbetering van de situatie voordat dieren in het slachthuis komen?
Staatssecretaris Bleker:
Als de AMvB en de ministeriële regeling zijn geformuleerd, komt er een voortgangsbrief over hoe we op al die punten verder zijn gevaren en aan welke vervolgstappen we nu werken. Daarbij kan een punt als transport verder aan de orde komen, hoewel ik wel moet zeggen dat het verschil tussen het transport van in de reguliere industriële slachterijen geslachte dieren en dieren die van de religieuze slachtplaatsen komen, niet het
onderscheidende punt is.
Brondocumenten
-
voortzetting behandeling Handelingen EK 2011/2012, nr. 32, item 5, blz. 7-48
-
3 mei 2013
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten: -
25 maart 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
12 maart 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
5 maart 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
1 maart 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
22 januari 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
15 januari 2013
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
20 november 2012
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
1 november 2012
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
12 juni 2012
toezegging gedaan -
5 februari 2012
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Economische Zaken (2012-2017)