T01767

Toezegging Ervaringen docenten betrekken bij evaluatie (33.519)



De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe dat bij de evaluatie in 2016 en bij de doorwerking van de prestatieafspraken de docent op de werkvloer wordt betrokken en dat zij tussendoor hierover met de VSNU en de Vereniging Hogescholen zal spreken.


Kerngegevens

Nummer T01767
Status voldaan
Datum toezegging 9 juli 2013
Deadline 1 juli 2017
Verantwoordelijke(n) Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Kamerleden Prof.dr. R.A. Koole (PvdA)
Commissie commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen docenten
evaluaties
Kamerstukken Wet Kwaliteit in verscheidenheid hoger onderwijs (33.519)


Uit de stukken

Handelingen I 2012-2013, nr. 34, item 3 - blz. 20

De heer Koole (PvdA): Tot slot, de evaluatie die is voorzien voor 2016 zal vele elementen bevatten. Kan de minister toezeggen dat bij deze evaluatie, behalve de ervaringen van studenten en besturen, ook die van docenten op de werkvloer zullen worden gewogen?

(...)

Handelingen I 2012-2013, nr. 35, item 2 - blz. 4-5

Minister Bussemaker: De heer Koole vroeg of ook docenten op de werkvloer bij de prestatieafspraken betrokken worden. Jazeker, maar ook dat is aan de instellingen. De bedoeling was dat instellingen zowel de studenten als de docenten betrekken bij het maken van de prestatieafspraken, al dan niet via de medezeggenschap. Uit de non-verbale uitingen van sommigen blijkt dat dit niet overal heel uitgebreid is gebeurd. Ik zeg dat bij de evaluatie en bij de doorwerking van de prestatieafspraken de docent op de werkvloer absoluut wordt betrokken.

De heer Koole (PvdA): Ik zal mijn non-verbale uiting even verbaal maken. Misschien kan de minister bij de instellingen hierop aandringen. Wellicht kunnen instellingen overtuigend aantonen dat de docenten op de werkvloer daadwerkelijk zijn betrokken bij het maken van plannen. Dat wordt wel gerapporteerd, maar dat betreft zeer formele gremia waar de meeste mensen op de werkvloer helemaal niets mee te maken hebben. Dat geldt voor veel universiteiten. Ik vraag de minister om zich door de universiteiten te laten overtuigen dat de docenten op de werkvloer daadwerkelijk bij het vormgeven van de plannen worden betrokken. Het is niet voldoende dat er even naar verwezen wordt.

Minister Bussemaker: Ik wil daar best naar kijken. Bij de prestatieafspraken die de instellingen hebben ingeleverd, is echter gevraagd hoe het proces is verlopen en met wie daarover is gesproken. Ik vind het natuurlijk zelf wenselijk dat iedereen, ook de docent op de werkvloer, daarbij betrokken wordt. Dat moet echter allereerst door een instelling worden gedaan. Als docenten en hoogleraren vinden dat dat niet gebeurt, dan moeten zij hun instelling daarop inspreken. Ik wil niet van bovenaf allerlei procedurele eisen vastpinnen. Ik wil wel met de VSNU en de Vereniging Hogescholen tussendoor bespreken hoe zij ervoor zorgen dat de aandacht voor dit soort thema's levend blijft in een organisatie. 


Brondocumenten


Historie