De Minister van Economische Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koning (PvdA), toe dat in het Energierapport 2015 ingegaan wordt op het complex betreffende de vraag hoe de vervanging van gasnetten zich verhoudt tot de ambitie voor duurzame energie. Daarbij wordt de warmtekrachtkoppeling en efficiënte stadsverwarming betrokken.
Nummer | T02094 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 10 februari 2015 |
Deadline | 1 januari 2016 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Economische Zaken (2012-2017) |
Kamerleden | Drs.ir. A.L. Koning (PvdA) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken (EZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | duurzame energie energierapport gasnet warmtekrachtkoppeling |
Kamerstukken | Implementatie richtlijn 2012/27/EU betreffende energie-efficiëntie (33.913) |
Handelingen I 2014-2015, nr. 20, item 6, blz. 4-18
Mevrouw Koning (PvdA):
(...)
Namens de PvdA-fractie stel ik graag nog enkele vragen over de studie naar het potentieel voor de toepassing van hoogrenderende warmtekrachtkoppeling en efficiënte stadsverwarming, die voortvloeit uit artikel 14 van de richtlijn. In de memorie van toelichting is aangegeven dat deze studie wordt uitgevoerd door de rijksoverheid en relevante brancheorganisaties en uiterlijk 31 december van dit jaar, 2015, gereed is. Graag vraag ik de minister namens de PvdA-fractie of het mogelijk is in die studie mee te nemen dat het vervangen van gasnetten met zich lijkt te brengen dat voor de eerste 40 tot 50 jaar na de vervanging gas als de belangrijkste bron voor verwarming wordt gehanteerd. Als je zo'n nieuw gasnet aanlegt, wil je tenslotte dat net ook gebruiken. Deze gasnetten zijn door ons gezamenlijk betaald, gesocialiseerd. Dat is niet het geval bij warmtenetten. Uiteindelijk willen wij dat huizen worden verwarmd. Warmtenetten zijn daarvoor een alternatief. Een overstap van gas op warmte heeft daarmee een aantal financiële gevolgen voor de businesscase.
De aardbevingen in Groningen maken het volgens de PvdA-fractie opportuun om bij een keuze tussen gas en warmte voor de verwarming van gebouwen meer dan alleen financiële overwegingen te betrekken. In de tekst die ik vorige week al had voorbereid, had ik de vraag staan of de minister het met ons eens is dat het over meer dingen gaat dan alleen geld. Wij hebben vanochtend kunnen constateren dat het besluit om in ieder geval tot 1 juli minder gas te onttrekken ook echt aantoont dat de regering meer dingen dan alleen financiën leidend laat zijn; een compliment daarvoor van onze kant. Misschien kan de minister wel aangeven hoe hij daartegen aankijkt op de iets langere termijn.
De heer Van Boxtel (D66):
Ik heb ook kennisgenomen van die afspraak. Mevrouw Koning geeft er nu een mooie uitleg aan, maar vindt zij het een echt op inhoud gebaseerde maatregel? Of is dat halfjaar gewoon heel handig om iedereen even politiek uit de wind te houden en daarna weer verder te kijken, waarbij misschien de VVD en de PvdA weer geheel uit elkaar lopen als het gaat om de gasboringen in Groningen? Dat hoor ik cynici ook weer zeggen in de commentaren vanochtend.
Mevrouw Koning (PvdA):
Ik ben niet van plan er heel cynisch naar te kijken. Ik nam mij vorig week voor om te vragen of de regering ook andere overwegingen dan alleen de financiën wilde meenemen in het besluit rondom gasonttrekking. Ik constateer nu dat dit ook echt het geval is. De vraag van de heer Van Boxtel lijkt te impliceren dat het gewoon een politieke afweging is en dat ze het over een halfjaartje weer anders doen. Ik denk dat niet. Ik heb vertrouwen in de regering. Ik denk — ik hoor daarop graag de reactie van de minister — dat dit een signaal is dat ook de regering inzet op een ander systeem dan gas voor het verwarmen van huizen en dat je daar ook andere overwegingen dan alleen geld bij betrekt. Ik zie het eigenlijk zeer hoopvol tegemoet en ik hoop de heer Van Boxtel ook.
Mevrouw Vos (GroenLinks):
Begrijp ik goed van mevrouw Koning dat zij in feite verwacht dat dat halfjaar geen halfjaar blijft, maar dat er eigenlijk sprake zou moeten zijn van een langdurigere, permanente lage gasonttrekking?
Mevrouw Koning (PvdA):
De PvdA-fractie in de Eerste Kamer ziet dat het nu onttrekken van gas dermate negatieve gevolgen heeft dat we echt moeten nadenken over alternatieven. Stadsverwarming en verwarmingsnetten kunnen een alternatief zijn. Die moet je natuurlijk wel kunnen aanleggen. Daarvoor is de financiële businesscase heel belangrijk, maar het gaat niet om geld alleen. Precies dat proberen wij hier naar voren te brengen. Het besluit dat de regering nu heeft genomen, geeft ons heel veel hoop voor de toekomst.
Mevrouw Vos (GroenLinks):
In feite hoor ik mevrouw Koning zeggen dat er in de toekomst inderdaad permanent, structureel minder gas uit de Groningse bodem moet worden gehaald en dat dit ook mogelijk is. Klopt mijn constatering?
Mevrouw Koning (PvdA):
Huizen moeten verwarmd kunnen worden. Volgens mij kan deze stap misschien wel gecontinueerd worden, maar ik denk dat de minister daarover meer kan zeggen dan ik. Huizen moeten verwarmd worden. Warmtenetten zijn daarvoor echt een serieus alternatief, maar die moet je wel kunnen aanleggen.
Voorzitter. Dit wetsvoorstel is opgesteld om richtlijn 2012/27/EU betreffende energie-efficiëntie te implementeren. Over twee onderdelen van de richtlijn, te weten de handhaving op energieaudits — eigenlijk het uitvoeren van energiebesparingsmaatregelen — en de studie naar en het werk maken van stadsverwarming, heb ik namens de PvdA-fractie enkele vragen voorgelegd aan de minister. Wij wachten nu de beantwoording met belangstelling af.
(...)
Minister Kamp:
(...)
Mevrouw Koning heeft gevraagd of het mogelijk is om bij de studie naar de potentie van warmtekrachtkoppeling en efficiënte stadsverwarming mee te nemen dat als gasnetten worden vervangen, aangenomen moet worden dat de eerste 40, 50 jaar na die vervanging gas nog steeds een belangrijke bron voor verwarming zal zijn. Mevrouw Koning zegt dat je gas eigenlijk minder belangrijk zou moeten laten zijn voor de verwarming van woningen. Zij en ik weten allebei dat 98% van de woningen in Nederland wordt verwarmd met gas; om precies te zijn, met gas van laagcalorische waarde oftewel het gas uit Groningen. Dat gegeven is er en dat kun je niet zomaar veranderen. Het is wel iets wat specifiek de aandacht moet hebben. We zullen toch een stap moeten maken, in een bepaald tempo, om de ambitie voor duurzame energie — in 2050 moet het helemaal duurzaam zijn — te kunnen waarmaken. Het moet ook gerelateerd worden aan de warmtekrachtkoppeling en de stadsverwarming. Het moet ook gerelateerd worden aan de vervanging van de gasnetten. Ik zal op dit complex ingaan in het Energierapport 2015, dat in het vierde kwartaal naar het parlement komt. Ik denk dat dat het goede verband is om op deze materie in te gaan. Mevrouw Koning weet dat wij over de Warmtewet ook intensief met de Tweede Kamer bezig zijn. De Kamer heeft daartoe ook zelf initiatieven genomen. Wij ontwikkelen een warmtevisie; wij zijn bezig de Warmtewet te veranderen. Dat betekent dat die materie de aandacht krijgt die ze ook naar mijn overtuiging verdient.
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2014/2015, nr. 20, item 6
-
17 mei 2016
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
29 april 2016
nieuwe status: openstaand
Voortgang: -
10 februari 2015
toezegging gedaan