T02115

Toezegging Verdeling kosten Very High Readiness Joint Task Force (33.694)



De Minister van Defensie zegt, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Kappen (VVD), toe om de Eerste Kamer te informeren indien er naar aanleiding van het testbed voor de ontwikkeling van de NAVO Very High Readiness Joint Task Force conclusies worden getrokken ten aanzien van de verdeling van de kosten voor deze flitsmacht.


Kerngegevens

Nummer T02115
Status voldaan
Datum toezegging 24 maart 2015
Deadline 1 januari 2016
Verantwoordelijke(n) Minister van Defensie
Kamerleden generaal-majoor der Mariniers (b.d.) F.E. van Kappen (VVD)
Commissie commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Kostenverdeling
NAVO
NAVO-flitsmacht
Very High Readiness Joint Task Force
Kamerstukken Internationale Veiligheidsstrategie (33.694)


Uit de stukken

Handelingen I 2014-2015, nr. 25, item 8, blz. 15

In Wales is verder het Readiness Action Plan besproken en aangenomen. Dit plan omvat maatregelen die de bondgenoten in staat moeten stellen om heel snel, flexibel en slagvaardig te reageren op dreigingen aan de randen van Europa. De heer Van Kappen ging daar in zijn bijdrage uitgebreid op in. Hij sprak over de NATO Response Force en de Very High Readiness Joint Task Force, ofwel, populair gezegd: de flitsmacht. Deze wordt er in feite uitgehaald om binnen zeven dagen gereed te zijn voor inzet, en sommige eenheden ervan zelfs binnen 48 uur. Met die flitsmacht kan dus heel snel gereageerd worden, maar ook daarvoor geldt dat het niet bepaald gratis is. Die grotere paraatheid leidt tot hogere kosten. Ook daarvoor moet de krijgsmacht in Nederland verder versterkt worden.

Wij zijn nauw betrokken bij de ontwikkeling van dit NAVO-concept. Wij doen dat samen met Duitsland en Noorwegen. Dat wordt zeer gewaardeerd binnen de NAVO, want iemand zal dat testbed moeten vormen. Aan de hand daarvan zullen er conclusies kunnen worden getrokken over de exacte inrichting ervan en de verdeling van de kosten. Een veelgehoorde term binnen de NAVO is: costs lie where they fall, maar in dit geval geldt ook wel echt twenty-eight for twenty-eight. Het kan niet zo zijn dat de hele financiële burden op de schouders van slechts een aantal lidstaten terecht komt. Ook daarover moeten we nog met elkaar in gesprek, maar ik zeg toe dat ik de Eerste Kamer daar net als de Tweede Kamer graag van op de hoogte houd, als we naar aanleiding van het testbed tot conclusies zijn gekomen.


Brondocumenten


Historie