Plenair Flierman bij voortzetting behandeling Afschaffing algemene tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten



Verslag van de vergadering van 27 mei 2014 (2013/2014 nr. 31)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.45 uur


De heer Flierman i (CDA):

Voorzitter. Dan ga ik na de interruptiemicrofoon vanaf deze plaats nog maar even door.

Ik dank de staatssecretaris voor zijn antwoorden. Wat ons betreft hebben die een aantal zaken verhelderd. Ik dank hem ook voor zijn toezegging om ons begin 2015 te rapporteren over de effecten, voor zover we die kunnen overzien, en om met name de effecten van de stapeling nog eens goed in beeld te brengen. We zien die informatie graag tegemoet.

Ik heb nog een opmerking over de beleidsvrijheid. Ik begrijp dat de staatssecretaris het niet hier en nu voor eeuwig kan beloven. Wat ons nog wel zorgen baart, is dat er de komende jaren ongetwijfeld de nodige overgangsproblemen zullen optreden. Er zullen hier en daar ook incidenten optreden. Als 400 gemeenten dit uitvoeren, kun je er vergif op innemen dat er op tien plaatsen een aantal dingen gebeuren waar we niet helemaal gelukkig mee zijn. Dit zou niet moeten leiden tot een regelreflex, waarbij er als er op één plek iets misgaat, onmiddellijk voor die 399 andere gemeenten ook zaken worden geregeld. Ik vraag mij af in hoeverre de mogelijkheden om te interveniëren gericht kunnen zijn, zodat je bij wijze van spreken ook in de richting van de gemeente van maatwerk kunt spreken als er iets mocht misgaan. Misschien wil de staatssecretaris daar in tweede termijn nog iets over zeggen.

Wij zijn benieuwd naar de monitoring. Met respect hebben we geconstateerd dat de staatssecretaris zich zeer heeft ingespannen om bij veel partijen draagvlak te creëren en om zaken af te stemmen met veel partijen, niet alleen met de gemeenten maar ook met de organisaties uit het veld, zoals Ieder(in).

Ik kom nog even terug op het puntje van de terugwerkende kracht. De staatssecretaris zegt dat gemeenten in hun verordeningen terugwerkende kracht kunnen toekennen. Dat is mooi, maar het zou sneu zijn als een aantal mensen tussen wal en schip valt omdat de Compensatie eigen risico van rijkszijde ophoudt in 2014 en gemeenten zeggen: wij mogen misschien wel terugwerkende kracht toekennen, maar wij doen dat niet. Dan krijg je dus echt een groep die in een gat terechtkomt, in ieder geval voor een jaar. Dat kan niet de bedoeling zijn. Daar zal bij de monitoring dus expliciet naar gekeken moeten worden.

Tot slot kom ik op het fiscaal stelsel en de participatiemaatschappij, als ik dat zo mag zeggen. De discussie daarover zullen we in het kader van de Wmo nog eens met driedubbele energie inzetten. Ik snap dat de staatssecretaris zegt dat er een balans moet zijn tussen sterke en zwakkere schouders. Maar als de overheid en de regering de burger ertoe willen aanzetten om meer eigen verantwoordelijkheid te nemen, is het toch wel belangrijk dat de burger het idee heeft dat hij daar niet voor wordt gestraft — het woord "mantelzorgboete" valt vandaag de dag regelmatig — maar dat de overheid dit gedrag aanmoedigt. Ook al beloont de overheid dit gedrag misschien niet, zij dient het in ieder geval te ondersteunen en niet af te straffen. Ik denk dat wij die inzet ook de komende tijd zullen bekijken in het kader van een aantal wetten die in deze Kamer aan de orde zullen zijn. Dan heb ik het niet alleen over de Wmo. Er zijn nog een paar zaken die hier voorbij komen. Die zullen we ook vanuit dit oogpunt nadrukkelijk beoordelen.