Plenair Duthler bij behandeling Elektronische dienstverlening burgerlijke stand



Verslag van de vergadering van 30 september 2014 (2014/2015 nr. 2)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.46 uur


Mevrouw Duthler i (VVD):

Voorzitter. Ik dank de regering voor de beantwoording in eerste termijn. Mijn fractie blijft nog met een tweetal punten zitten. Zij wil daarover nadere duidelijkheid hebben. Ten eerste is dat de ondertekening van de digitale akte en ten tweede de veiligheid. Wat het eerste betreft — ik ga daarvoor naar de wetsartikelen zelf toe — merk ik op dat het gaat om artikel 18a, lid 4. Daarin is niet geregeld of de elektronische akte moet worden ondertekend of niet. Moet dat inderdaad gebeuren? Ik kan me niet voorstellen dat die elektronische akte niet wordt ondertekend. Moet er dan een geavanceerde elektronische handtekening worden toegepast of niet? Over artikel 18b is de regering duidelijk: dat hoeft niet. Als ik dat fout zie, hoor ik dat graag, maar ik heb het zo begrepen. Het voorgestelde artikel 23a, lid 5, is hartstikke duidelijk: dat verwijst naar artikel 15a van het BW en stelt een geavanceerde elektronische handtekening verplicht. Als je een afschrift met een geavanceerde elektronische handtekening laat ondertekenen, waarom dan niet de elektronische akte, als bedoeld in artikel 18a, lid 4? Daarover graag meer duidelijkheid.

Over de algemene maatregel van bestuur nog het volgende. Er werd verwezen naar technische standaarden. Gelden die alleen voor de ICT-beveiliging of ook om interoperabiliteit, dus het kunnen uitwisselen van digitale berichten tussen gemeenten te realiseren? Ik zeg het heel kort door de bocht. De minister verwees naar ICT-informatiebeveiligingsassessments die zijn uitgevoerd. Heel mooi dat er geen enkele gemeente is waar de informatiebeveiliging onvoldoende is. Ik laat even een stilte vallen, want ik vraag me echt af wat scope en reikwijdte van de ICT-informatiebeveiligingsassessments zijn geweest. Is daarbij ook de werking van de beveiligingsmaatregelen betrokken? Gaat de regering gemeenten stimuleren — ik schat namelijk in dat dat niet het geval is — om die werking wél te betrekken bij de controle van de ICT-beveiliging?

De regering heeft, wat de invoering betreft, aangegeven dat er zal worden gemonitord en dat de Kamer daarover periodiek zal worden geïnformeerd. Dank voor deze toezegging. Dat is voor mijn fractie geen reden om dit wetsvoorstel niet te aanvaarden. Duidelijkheid over de ondertekening en met name over de nadere invulling van artikel 18a, net zoals dat in artikel 23a, lid 5 is gebeurd, stelt mijn fractie op prijs.