Plenair Kox bij behandeling Visumliberalisatie Oekraïne



Verslag van de vergadering van 12 juli 2016 (2015/2016 nr. 38)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.08 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kox i (SP):

Voorzitter. Ik dank de staatssecretaris voor zijn beantwoording. Ik kan met hem meedenken ten aanzien van een groot aantal van zijn opmerkingen. Tegelijkertijd heeft hij gezegd dat hij op een aantal van mijn opmerkingen geen reactie kan geven omdat hij vindt dat de minister van Buitenlandse Zaken daartoe de eerst aangelegen bewindspersoon is; dat betreft dan onder andere de mensenrechten, het feit dat er volgens Amnesty International nu mensen in de gevangenis zitten in Oekraïne die prisoner of conscience zijn, en de problemen met de grensbewaking. Ik ga er echt van uit dat die elementen meegenomen worden.

Mijn partij is geen tegenstander van visumliberalisatie. Ik vind het zelf altijd bijzonder prettig dat ik een land binnen mag komen zonder dat ik allerlei papieren moet tonen, want dan voel je je iets meer welkom. Dus voor een heleboel mensen is dat ook een stap vooruit. Alleen, dan moet gelden: afspraak is afspraak. En dat geldt dan van twee kanten. Ik heb sterk de indruk dat we met Oekraïne op een aantal gronden vergelijkbare fouten maken die we ooit gemaakt hebben met Roemenië en Bulgarije. Daar hebben we toen achteraf van gezegd: waarom hebben we dat zo gedaan want daar hebben we die landen niet mee geholpen? Dus we moeten de afspraken blijven controleren. Ik ben het wel met de staatssecretaris eens dat we geen nieuwe eisen mogen stellen. We zijn een traject ingegaan en dan kunnen we dus niet nieuwe dingen bedenken om het Oekraïne extra lastig te maken, maar ik vind wel dat men aan de voorwaarden moet voldoen.

Ik heb alle zes de voortgangsrapportages gelezen en daarin ontwaar ik toch een soort naïviteit. Als ik die rapportages lees, denk ik: ga eens kijken hoe het daar zit! Hoe kun je nu denken dat we al zover zijn? Ik denk dat we een land niet helpen door eraan voorbij te gaan, door te zeggen dat de techniek op orde is en dat alles verder oké is. We helpen een land juist door te zeggen: het is fijn dat u die paspoorten nu hebt, maar nu moet u er ook voor zorgen dat ze niet meer verkocht worden, zeker niet op de plekken waar ze op dit moment verhandeld worden. De Europese Commissie kan een eenvoudige test doen om erachter te komen hoeveel een paspoort daar waard is. Ik durf te wedden dat je op die manier een paspoort kunt krijgen in Oekraïne. Is dat erg? Ik ga er niet moralistisch over doen, maar het is wel de werkelijkheid. We moeten dus geen nieuwe eisen stellen, maar we moeten de oude eisen overeind houden.

Dat geldt ook voor de grensdocumenten en de grensbewaking. Ik snap niet hoe de Europese Commissie kan zeggen dat de grensbewaking op orde is. De grensbewaking is niet op orde, want de Oekraïense regering kan niet eens bij de oostgrens komen. Die grens wordt beheerst door anderen, die geen van allen daartoe gerechtigd zijn. De Tweede Kamer heeft besloten om haar behandelvoorbehoud op te heffen. De Eerste Kamer heeft geen behandelvoorbehoud gemaakt, dus van haar mocht de regering deze weg al inslaan. Ik hoop echter niet dat dit nu wordt gedaan, zonder beide Kamers op de hoogte te houden van het vervolgtraject. De zorgen bij mijn fractie worden niet ingegeven door de wens om het de Oekraïners zo moeilijk mogelijk te maken, maar door de wens om ze zo ver mogelijk op weg te helpen. Maar dat doen we niet door ze niet te houden aan de eisen die ze zelf vrijwillig met ons zijn overeengekomen.

We hoeven aan het einde van dit debat niet te stemmen, maar ik maak graag nog één opmerking. Ik vind het heel goed dat de PVV-fractie een debat aanvraagt met de staatssecretaris, want dat is haar goed recht. Maar als er een opmerking wordt gemaakt waarop de staatssecretaris reageert, moet er ook sprake zijn van een tweede termijn. Ik ga niet over de orde van de PVV, maar dat zou het debat wel een stuk beter maken, omdat we er dan achter kunnen komen of we ook daadwerkelijk iets zijn opgeschoten. Maar dat is slechts ter overweging.

De voorzitter:

De staatssecretaris geeft aan dat hij in de gelegenheid is om direct te antwoorden, dus ik geef hem bij dezen het woord.