Het voorstel bepaalt dat voortaan een vergunning is vereist voor «geo-engineering»: het opzettelijk ingrijpen in het zeemilieu door natuurlijke processen te beïnvloeden.
Het vergunningvereiste vloeit voort uit een wijziging van het Protocol bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen (zie ook 34.742).
Dit wetsvoorstel geeft uitvoering aan de op 18 oktober 2013 tot stand gekomen wijziging van het Protocol (Trb. 1998, 134) bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen (Trb. 1973, 172), zoals opgenomen in Resolutie LP.4(8) en gepubliceerd in het Tractatenblad 2014, nr. 46.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer (TK, 2) heeft het voorstel op 15 februari 2018 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 13 maart 2018 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
14 juni 2017titel
Wijziging van de Waterwet en van de Wet maritiem beheer BES in verband met de uitvoering van de wijziging van het Protocol van 1996 bij het Verdrag inzake de voorkoming van verontreiniging van de zee ten gevolge van het storten van afval en andere stoffen van 1972 (mariene geo-engineering)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip
Er zijn geen documenten gevonden.