Verslag van de vergadering van 26 september 2017 (2017/2018 nr. 1)
Status: gerectificeerd
Aanvang: 14.04 uur
De heer Van Hattem i (PVV):
Dank u wel, voorzitter. Het verkrijgen van het Nederlanderschap hoort geen formaliteit te zijn en al helemaal geen vanzelfsprekendheid. Het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit is iets bijzonders. Wie de Nederlandse nationaliteit verkrijgt, aanvaardt het Nederlandse staatsburgerschap met de daaraan verbonden rechten en plichten. Dit hoort niet vrijblijvend te zijn en niet louter het verkrijgen van een Nederlands paspoort als ticket tot de Nederlandse verzorgingsstaat. Het is slechts voorbehouden aan wie oprecht de ambitie heeft om als Nederlander te bouwen aan de toekomst van ons land, met onomstotelijk onze Nederlandse waarden en normen als uitgangspunt.
Met dit wetsvoorstel wordt een stap in die richting gezet. Het verlengen van de naturalisatietermijn van vijf jaar naar zeven jaar maakt het verkrijgen van het Nederlanderschap iets minder vanzelfsprekend. Iéts minder, maar eigenlijk niet genoeg. De Tweede Kamerfractie van de PVV heeft voorgesteld om de termijn verder te verlengen, naar tien jaar. Dat is helaas door de Kamer niet gesteund. Deze tienjaartermijn is mogelijk binnen de internationale verdragen en al gangbaar in andere landen, zoals Spanje en Italië. Door tien jaar legaal te werken en te integreren in de samenleving en zich te gedragen naar onze wetten en regels, kan met meer overtuiging worden overgegaan tot het verkrijgen van het Nederlanderschap door naturalisatie. Daarbij pas na tien jaar recht op sociale zekerheid.
In het begrip naturalisatie zit het idee al besloten dat de verworven positie natuurlijk is en niet kunstmatig. Dus geen Nederlandse nationaliteit verstrekken aan personen voor wie dit staatsburgerschap slechts een kunstmatig concept is. In dat kader gaat het wetsvoorstel uit van volledige participatie, die onder andere via inburgeringscursussen kan worden bereikt. De staatssecretaris geeft aan dat na een inburgeringstermijn van vijf jaar een termijn van twee jaar kan worden gebruikt om dit in de praktijk te brengen. Voor alle duidelijkheid: de PVV wil helemaal geen inburgering voor die asielmigranten die uit veilige landen komen. Zij moeten terug naar dat veilige land: grenzen dicht!
Het blijft de vraag in hoeverre die door de staatssecretaris bedoelde volledige participatie daadwerkelijk bereikt zal worden. Uit recente cijfers van het CBS blijkt dat in 2015 22.000 naturalisaties hebben plaatsgevonden. Daarvan waren de twee grootste groepen Marokkanen en Turken. Juist voor deze twee landen wordt de uitzondering op het intrekken van de nationaliteit ingeroepen, waardoor na naturalisatie tot Nederlander veelal sprake is van een dubbele nationaliteit. Helaas betekent dit ook vaak dat de loyaliteit niet volledig bij Nederland ligt, maar bij Marokko of Turkije. De pro-Erdogandemonstraties afgelopen jaar in Rotterdam waren hiervoor tekenend. De vraag aan de staatssecretaris is hoe hij volledige participatie kan rijmen met de mogelijkheid van een dubbele nationaliteit.
Ik heb ook een vraag over de handhaafbaarheid. Deze rijkswet geldt ook voor het Caribisch deel van het Koninkrijk. Afgelopen week verschenen berichten dat tijdens de verkiezingscampagne op Aruba premier Mike Eman verkiezingsbeloften deed om sneller het Nederlanderschap te verstrekken aan Arubanen. In de Tweede Kamer zijn hierover ook vragen gesteld, waarop minister Plasterk met een verwijzing naar deze rijkswet heeft geantwoord. Het sneller verstrekken zou op grond van deze wet niet mogelijk moeten zijn, maar dit roept wel de vraag op in hoeverre de handhaving van deze wet in Caribisch Nederland kan worden gegarandeerd, als dit al de houding van de regering daar is. Kan de staatssecretaris hierop nader ingaan?
Tot slot. De PVV ziet het wetsvoorstel als een stap in de goede richting, maar zoals door onze fractie in de Tweede Kamer bepleit, hadden wij liever doortastender maatregelen gezien. Desalniettemin is dit een second best oplossing.
De voorzitter:
Dank u wel, mijnheer Van Hattem. Ik geef het woord aan mevrouw Stienen.