Plenair Schalk bij voortzetting Algemene politieke beschouwingen



Verslag van de vergadering van 5 december 2017 (2017/2018 nr. 11)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.40 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Schalk i (SGP):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Dank voor de beantwoording die we van de minister-president hebben gekregen. Die was zeer compleet, moet ik zeggen. Ik wil op twee punten kort ingaan. Het eerste is de eenverdiener. Ik ben blij dat de minister-president de deur weer heeft opengezet die dichtgeklikt leek. Het debat wordt vervolgd. Het tweede punt dat ik wil aanstippen gaat over de herhalingen van zwangerschapsafbrekingen. Ik heb dat probleem genoemd en ik heb gevraagd naar onderzoek. Naar mijn mening past dat bij het preventiebeleid dat in het regeerakkoord is benoemd. Ik heb goed gehoord van de minister-president dat de regering geen bezwaar heeft tegen onderzoek, maar hoe zit het met het wanneer en het hoe? Mijn fractie, de fractie van de SGP, probeert in dit geval juist los te komen van de discussie over wel of niet abortus. Dat zou juist bij de evaluatie van de wet wel meewegen. Ik dien daarom de volgende motie in. Ik hoop dat de regering alsook mijn collega's proeven dat het mij in deze motie niet gaat om de duiding van abortus, maar sec om onderzoek.

De voorzitter:

Door de leden Schalk, Diederik van Dijk, Kox, Meijer en Ruers wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat volgens de jaarrapportage Wet afbreking zwangerschap 2015 ongeveer een op de drie vrouwen die zich melden bij de abortuskliniek al eerder een zwangerschapsafbreking heeft ondergaan;

verzoekt de regering onderzoek te doen naar de oorzaken van herhaalde zwangerschapsafbrekingen en te komen tot maatregelen waarmee de herhalingen teruggedrongen kunnen worden, en de Kamer hierover nader te informeren

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter I (34775).

De heer Schalk (SGP):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter.

De voorzitter:

Meneer Kuiper.

De heer Kuiper i (ChristenUnie):

Ik wil daar graag een vraag over stellen, voorzitter. Ik sta sympathiek tegenover de motie, laat ik dat vooropstellen, maar in het dictum staat niet wat u net zei. U zei dat preventiebeleid in het regeerakkoord wordt genoemd. Dat kunnen we ook allemaal zien. Het gaat dan om de preventie van zwangerschappen. Dat staat dus niet in dat slot, maar mag ik het zo opvatten dat wat u vraagt van de regering plaatsvindt in het kader van wat in het regeerakkoord wordt gezegd over de preventie van zwangerschappen? Dat is ook uw bedoeling, toch? Dat maakt het voor mij even wat eenvoudiger.

De heer Schalk (SGP):

Dank u wel voor deze vraag. Daardoor kan ik het nog even iets beter toelichten. In dat kader heb ik deze motie inderdaad ingediend. In het regeerakkoord, op pagina 14 bijna bovenaan staat: "We zetten in op de preventie van en ondersteuning bij onbedoelde (tiener)zwangerschappen, aan de hand van de agenda opgesteld door een brede coalitie van veldpartijen." Hoe dat zit met die brede coalitie van veldpartijen, kan ik even niet overzien. Maar op dit punt, dat ik gisteren heb benoemd, waarbij het ging over 30% van de 30.000 zwangerschapsafbrekingen, kunnen we daadwerkelijk iets aan preventie gaan doen.

De heer Kuiper (ChristenUnie):

Ja, dus dat vindt dan plaats in het kader van het beleid dat het kabinet voornemens is te gaan voeren.

De heer Schalk (SGP):

Dat lijkt mij absoluut het geval. Bij dat onderzoek zullen er wellicht nog andere aspecten aan de orde komen die ook leiden tot een verbetering van deze vreselijke aantallen.

De heer Kox i (SP):

Ik heb de motie meeondertekend, maar ik krijg hier toch graag een bevestiging. Deze motie doet geen uitspraak over abortus, hoewel ik weet dat collega Schalk zich erg inzet voor het ongeboren kind. Dit is een uitspraak om de regering te verzoeken om een onderzoek te doen naar het veel voorkomen van abortussen en de herhaling daarin. Dat zie ik toch juist?

De heer Schalk (SGP):

De heer Kox ziet dat inderdaad op de juiste manier. Ik heb hier de vorige keren een- en andermaal proberen duidelijk te maken wat er aan de hand is. Per jaar vinden er 30.000 abortussen plaats. Ik heb de vorige jaren twee keer gevraagd aan de regering hoe men dat duidt en dergelijke. Ik hoor eigenlijk elke keer: hoor eens, dit staat nou eenmaal in de wet en dat wordt heus wel zorgvuldig gedaan. Uiteindelijk gaat het over noodgevallen. Nu is er niet door mijn fractie een onderzoek gedaan, maar gewoon door de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Daarin staat dat 30% recidive is. Ik vind dat een heel naar woord in dit verband, maar zo staat het nu eenmaal in die stukken. Ik noem het expres steeds herhalingen van zwangerschapsafbrekingen. Die 30% zouden we in ieder geval moeten onderzoeken. Dat is inderdaad de intentie en dat staat los van mijn ideeën over abortus.

De heer Kox (SP):

Dank u wel. Dat is duidelijk zo. Collega Schalk maakt zich altijd veel terechte zorgen over ongeboren kinderen. Ik reken ook zeker op zijn steun voor de zorg voor de geboren kinderen, waar een andere motie over ligt.

De heer Schalk (SGP):

Ik heb ook heel veel zorgen over geboren kinderen, dus maakt u zich geen zorgen wat dat betreft.

Mevrouw de voorzitter. Tot slot. De fractie van de SGP heeft oog voor de pijn die geleden is bij verschillende fracties bij de samenstelling van dit kabinet en bij dit regeerakkoord. Daarbij past ook respect voor de verantwoordelijkheid die genomen wordt. De vier coalitiepartijen hebben er vertrouwen in. Het is zaak om dat vertrouwen uit te bouwen, ook naar andere partijen. De SGP staat daarin met een open houding, vooral omdat dat vertrouwen er niet alleen hoeft te zijn in een regeerakkoord van verschillende partijen of in een kabinet. Ik heb het gisteren al geduid: ons vertrouwen reikt hoger en dieper. In dat verband vind ik de slotzin van de Koning op Prinsjesdag prachtig: "U mag zich gesteund weten door het besef dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden." Daar zeg ik van harte amen op.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Schalk. Ik geef het woord aan de heer Nagel. U heeft ook twee minuten.