Verslag van de vergadering van 4 december 2018 (2018/2019 nr. 10)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 18.17 uur
Mevrouw Bikker i (ChristenUnie):
Voorzitter, dank u wel. Dank aan de minister voor zijn uitgebreide beantwoording en bovenal voor zijn krachtige inzet in de strijd tegen criminele organisaties die veel geld verdienen aan drugs.
We hebben vandaag een overzichtelijk wetsvoorstel behandeld tot wijziging van artikel 13b van de Opiumwet. Mijn fractie steunt die wijziging. De proportionaliteit van de in te zetten maatregel is uitvoerig behandeld. Ik wil wel toevoegen dat het onderzoek van mevrouw Bruijn, dat hier veel geciteerd is, ervan uitgaat dat veel burgemeesters voortaan zullen komen tot een betere motivering en dat het aantal te verwachten rechtszaken omlaag zal gaan omdat de beoordeling van de proportionaliteit zal verbeteren.
Ik heb nog gesproken over het waterbedeffect. Als er in de ene gemeente goed wordt gehandhaafd, welke gevolgen heeft dat voor de volgende gemeente? Daar heeft de minister goede antwoorden op gegeven en ik hoop dat het in de praktijk ook zo uit zal pakken.
Vervolgens heb ik gesproken over het effect op de leefbaarheid als woningen gesloten worden. Juist daar kiest de burgemeester ervoor om zo'n maatregel in te zetten. De minister heeft een goede toezegging gedaan om met de minister van Binnenlandse Zaken te kijken of er, waar panden langduriger dichtgaan, niet extra dingen nodig zijn om een wijk in de lift te krijgen in plaats van in een neerwaartse spiraal te houden.
Ten slotte de positie van de burgemeester. Die doet op veel plekken knap en goed werk, juist op dit punt. Het ambt staat onder druk, steeds meer ook. Mijn vrees is dat het effect heeft op de aanwas van nieuwe burgemeesters en ook op de burgemeesters die zitten. Het is een zwaar bestaan als je onder beveiliging moet leven. Ik hoop dat de minister dit samen met de minister van Binnenlandse Zaken in de smiezen houdt bij het aanvalsplan. Welke effecten heeft ondermijning op onze burgemeesters? Wij vertrouwen hen, om op de goede gedachte van de heer Schouwenaar te reageren, maar laten we hen ook zo sterk houden als zij nu zijn.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Bikker. Ik zie aan de non-verbale communicatie van de minister dat hij in de gelegenheid is om direct te antwoorden, maar er is geen Kamerbewaarder. Kijk eens, de Kamerbewaarder komt met de coca-cola voor de minister en met de microfoon. Dan moet het lukken. We zijn toegekomen aan de tweede termijn van de kant van de minister.