Verslag van de vergadering van 29 januari 2019 (2018/2019 nr. 16)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 19.22 uur
De heer Kox i (SP):
Voorzitter. Ik weet niet hoe het u en de collega's is vergaan, maar ik vind dit een goed debat. We kunnen eigenlijk best een keertje zonder de regering met elkaar in de openbaarheid over belangrijke zaken spreken.
Ik heb eerder gezegd dat onze aanvankelijke reactie toch een beetje was: blijf van ons af. Vandaag zetten we echt een stap en gaan we veel verder; we gaan zelf kijken hoe we het beter kunnen doen en we hebben input van buiten. Of die nu van GRECO afkomstig is of van de publieke opinie, we nemen die input graag mee om te kijken hoe we onze werkwijze transparanter, beter en betrouwbaarder kunnen maken. Ik wijs op de gegeven situatie, die ook van buiten gemeld is, waarin de rol van deze Kamer relevanter wordt, niet omdat we Grondwet gewijzigd hebben of omdat de staatscommissie aan de slag is geweest, maar omdat deze Kamer, gegeven de omstandigheden, een rol van belang heeft in het politieke proces. Als onze rol belangrijker wordt, dan wordt er meer naar ons gekeken. En dat is niet slecht, dat is goed. Volgens mij heeft dit debat eraan bijgedragen om ook naar buiten toe duidelijk te maken dat we dat met open vizier tegemoet willen treden.
Ik heb in eerste termijn gezegd en ik beklemtoon het nu: we hebben ook geleverd als Kamer. Onze tijdelijke commissie GRECO heeft adviezen uitgebracht en de Kamer heeft daarop gereageerd met aanpassingen van het Reglement van Orde met een integriteitshoofdstuk. Alle fracties op één na hebben integriteitsafspraken gemaakt en die gepubliceerd. Ik zeg het niet om te zeuren, maar ik wil onderstrepen dat de PVV echt uitgenodigd is om het ook te doen. Ze hebben het samen met ons geadviseerd. Als mevrouw Faber zegt "ik zat wel in die commissie, maar ik draag er geen verantwoordelijkheid voor", dan is dat een totaal novum: dat je in een commissie kunt gaan zitten, advies kunt uitbrengen en daarna kunt zeggen "ja, maar ik was het er niet mee eens". Zeker omdat de PVV toen precies heeft aangegeven waar zij het niet mee eens was. Dus ik denk het goed zou zijn, ook met het oog op het zoeken naar verdere consensus, dat ook de PVV een integriteitsafspraak maakt en die publiceert. Dat kan niet te moeilijk zijn. Ik denk niet dat de fractie van de PVV daar grotere moeite mee zal hebben dan andere fracties, maar doe het vooral!
Ik heb in eerste termijn gezegd — en ik onderstreep dat nog een keer — dat de GRECO-aanbevelingen niet gratis zijn. Die zijn niet voor niks. De bedoeling is dat wij daar gevolg aan geven. Maar we zijn wel vrij als het gaat om de vorm waarin we dat doen. Dus ik hoop dat wij er in de komende tijd in slagen om werk te maken van de opmerkingen van GRECO over het hebben van een gedragscode, het toezicht op ons gedrag, het omgaan met lobbyisten, het omgaan met een vertrouwenspersoon en het inzicht geven in banen, belangen en beloningen. Ik denk dat we het daar wel over eens kunnen worden. We zullen het misschien niet over alles eens worden, maar het is al erg belangrijk als we een fikse eerste stap zetten.
Er komen straks twee moties. Ik vind het goed dat de Kamer geprobeerd heeft om moties te ontwerpen waarvoor veel steun kan zijn. Ik mag hopen dat er unanieme steun voor is, want volgens mij werd juist voorgesteld om te kijken hoe we een algemene gedragscode kunnen ontwikkelen en het toezicht goed kunnen organiseren. Het moet wel gezegd zijn: mijn fractie zal bij de uitwerking nooit instemmen met extern toezicht op het parlement dat boven het parlement gaat, want dat verdraagt zich niet met onze staatsrechtelijke opvattingen. De Hoge Raad gaat boven het parlement, zou je kunnen zeggen, zoals het Openbaar Ministerie dat doet bij strafzaken. Maar anders kan er niet boven het parlement gegaan worden.
Ik zou niet te veel gaan zoeken naar sancties. Die zullen in hun aard altijd heel beperkt zijn en moeten dat ook zijn, want wij kunnen niet gaan morrelen aan de rechten die de kiezer rechtstreeks aan een parlementslid heeft gegeven. Het gaat veel meer erom — dat ben ik met de fractievoorzitter van de VVD eens — dat de gedragscode en de regels er zijn ter bescherming van onszelf: dat je erop aangesproken kan worden, dat je op tijd remt en dat iemand anders kan zeggen: hé, dat staat er zo wel. Dat is beter dan dat we naar sancties gaan zoeken. Dat lijkt me niet nodig.
Als het nodig mocht zijn, dan zou de Eerste Kamer na het debat van vandaag — de voorzitter gaat straks nog samenvatten hoe ver we zijn — ook kunnen besluiten om een tijdelijke werkgroep GRECO-II in te stellen, of hoe we het ook gaan noemen, in vervolg op de eerste, want die heeft toen goed werk geleverd in een betrekkelijk korte tijd. Als dat nodig zou zijn, dan wil mijn fractie daar graag aan meewerken.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Kox. Ik geef het woord aan mevrouw Strik.