Verslag van de vergadering van 5 maart 2019 (2018/2019 nr. 20)
Status: gecorrigeerd
Aanvang: 20.09 uur
De heer Van Hattem i (PVV):
Voorzitter. Als u naar het prachtige plafond van deze Eerste Kamerzaal kijkt, ziet u schilderingen met vele kleine engeltjes. Deze zogenaamde cherubijntjes worden qua genderidentiteit al eeuwenlang beschouwd als geslachtloos. Deze engeltjes roepen een vergelijking op met het jaar 1453, toen in de paleizen van Constantinopel vooral druk werd gedebatteerd over het geslacht der engelen, terwijl ondertussen de islamitische veroveraars voor de poorten van de stad stonden.
Thans gebeurt hier iets soortgelijks. Terwijl hier wordt gedebatteerd over het begrip "geslacht" door het onnodig toevoegen van termen als "genderexpressie" en "genderidentiteit" aan de wet, worden de existentiële bedreigingen voor deze doelgroep veronachtzaamd. Zoals geschetst in de eerste termijn komt het anti-lhbti-geweld vooral uit islamitische hoek. Transgenders worden bedreigd en mishandeld omdat hun bestaan vanuit de islam niet geaccepteerd wordt. Homo's kunnen niet meer hand in hand over straat lopen, uit angst voor agressie door vaak mensen met een migratieachtergrond, zoals afgelopen week nog verwoord door ene heer Jetten.
Het door de minister genoemde actieplan over veiligheid en lhbti is gebaseerd op een motie van april vorig jaar. Nu komt het plan, pas een jaar later. Dat moet dan nog in werking gaan treden, terwijl ingrijpen hard nodig is. Pak het straattuig aan in de wijken, sluit moskeeën en stop de islamitische massa-immigratie. Dat is veel effectiever voor een veilige toekomst van lhbti in Nederland.
Voorzitter. Dan is er nog het punt dat de indieners zich baseren op een oproep van het College voor de Rechten van de Mens. Dit college heeft geen enkele formele bevoegdheid. Het is volstrekt onwenselijk om de niet-bindende adviezen van deze juridisch-activistische club langs deze weg te codificeren. Hetzelfde geldt voor de aangehaalde Europese mensenrechtencommissaris.
Ook wordt verwezen naar de Jokjakarta-verklaring. Principes 22 en 23 van deze verklaring benadrukken het recht om asiel aan te vragen op basis van genderidentiteit. Kan de minister uitsluiten dat de explicatie van de Algemene wet gelijke behandeling op dit punt kan leiden tot een sterkere grond voor het verkrijgen van asiel in Nederland? Graag een reactie.
Voorzitter, tot slot. De indieners geven het zelf in de memorie van toelichting aan: "Dat discriminatie op grond van geslachtskenmerken, genderidentiteit of genderexpressie niet is toegestaan, staat dan ook niet ter discussie." Kortom, dit voorstel is overbodig en een show voor de bühne. De PVV zal het daarom niet kunnen steunen.
Voorzitter, tot zover deze tweede termijn.
De voorzitter:
Dank u wel. Ik geef het woord aan mevrouw Vink.