Dit wetsvoorstel wijzigt de begroting van uitgaven en ontvangsten voor het jaar 2019 van het ministerie van Algemene Zaken, het Kabinet van de Koning en de Commissie van toezicht betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Deze wijzigingen houden verband met de Voorjaarsnota 2019.
Het voorstel (TK, 1) is op 4 juli 2019 zonder stemming aangenomen door de Tweede Kamer.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 24 september 2019 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
29 mei 2019titel
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Algemene Zaken (IIIA), de begrotingsstaat van het Kabinet van de Koning (IIIB) en de begrotingsstaat van de Commissie van Toezicht betreffende de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (IIIC) voor het jaar 2019 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na de datum van 1 juni, dan treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en met 1 juni van het onderhavige begrotingsjaar.
7