35.294

Verlenging werkingsduur Wet inkomensvoorziening oudere werklozen en verhoging toetredingsleeftijd



Dit voorstel wijzigt de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) in verband met het verlengen van de werkingsduur van die wet en het verhogen van de toetredingsleeftijd. De verlenging van de IOW is afgesproken in het regeerakkoord 'Vertrouwen in de toekomst'PDF-document van het kabinet-Rutte III.

Met dit voorstel wordt voor oudere werknemers die ondanks inspanningen van werkgevers en werknemers toch werkloos of arbeidsongeschikt worden, de IOW verlengd met vier jaar, tot 1 januari 2024, zodat deze werknemers na het aflopen van de uitkering op grond van de Werkloosheidswet (WW) of Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) niet hun eigen vermogen of dat van hun partner hoeven «op te eten» voordat zij in aanmerking komen voor inkomensondersteuning.

Gelet op de betaalbaarheid van de maatregel en de sinds 2013 verhoogde pensioengerechtigde leeftijd als bedoeld in de Algemene Ouderdomswet (de AOW-leeftijd), wordt voorgesteld de leeftijdsgrens beperkt te verhogen en tot 1 januari 2024 vast te stellen op 60 jaar en 4 maanden. Voor de grens van 60 jaar en 4 maanden is gekozen omdat de leeftijdsgrens voor de AOW in 2019 66 jaar en 4 maanden is.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (TK, 2) is op 28 november 2019 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 10 december 2019 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

30 september 2019

titel

Wijziging van de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen in verband met het verlengen van de werkingsduur van die wet en het verhogen van de toetredingsleeftijd

schriftelijke voorbereiding

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip


Documenten