Verslag van de vergadering van 26 mei 2020 (2019/2020 nr. 28)
Aanvang: 13.31 uur
Status: gecorrigeerd
Aan de orde is de herdenking van de heer N.H.M. Tummers.
De voorzitter:
Aan de orde is de herdenking van de heer N.H.M. Tummers. Ik verzoek de leden te gaan staan.
Vandaag gedenken wij Nic Tummers, die op 24 april jongstleden op 92-jarige leeftijd overleed. Hij was bijna 21 jaar lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal voor de Partij van de Arbeid, van 17 september 1974 tot 13 juni 1995.
Nicolaas Hendrik Marie Tummers werd op 5 februari 1928 geboren in Heerlen. Hij ging vier jaar naar de hbs in zijn geboorteplaats, maar rondde zijn voortgezet onderwijs in 1949 af aan de Middelbare Kunstnijverheidsschool in Maastricht. In Parijs volgde hij in 1954 bij beeldend kunstenaar Zadkine een cursus beeldhouwen aan de Académie de la Grande Chaumière. Hij was toen zelf al sinds 1950 beeldend kunstenaar.
Vanaf 1954 werkte Nic Tummers ook in het onderwijs. Eerst als tekenleraar aan de lts in Heerlen, later als leraar kunstgeschiedenis en tekenen aan het Bisschoppelijk College in Sittard en als docent sociale bouwgeschiedenis aan achtereenvolgens de Technische Hogeschool Eindhoven, de Academie van Bouwkunst in Maastricht en de Academie van Bouwkunst in Tilburg.
Van 1961 tot 1974 was hij tevens verbonden aan het dagblad voor de bouwnijverheid Cobouw als medewerker architectuur en beeldende kunst. Zijn hele leven bleef Tummers voor verschillende dagbladen en tijdschriften schrijven over architectuur, sociale bouwgeschiedenis en beeldende kunsten.
In 1974 werd hij gekozen in zowel de Provinciale Staten van Limburg als de Eerste Kamer. Hij hield zich in deze Kamer bezig met cultuur, Europa en verkeer.
In 1993 sprak Tummers tijdens een debat over de goedkeuring van het Verdrag van Schengen over een "caprice diplomatique", een diplomatieke gril. Ik citeer: "Voorzitter, Schengen is het Nazareth van verenigd Europa! Met Nathaniël kan men zich afvragen: 'Kan er iets goeds van Schengen komen?'"
Ook internationaal was Nic Tummers actief namens de Eerste Kamer, als lid van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa en van de West-Europese Unie. In de Raad van Europa was hij ook enige tijd voorzitter van de commissie voor Cultuur en Educatie.
Als langstzittend Kamerlid was hij met enige regelmaat fungerend voorzitter, in het geval dat de Voorzitter zelf niet beschikbaar was. Net als van veel andere gebeurtenissen in de Kamer maakte Tummers ook van zo'n moment een tekening, met als onderschrift: "ter herinnering aan mijn eerste zit in de cockpit van de Eerste Kamer".
Zijn tekeningen zijn bij zijn afscheid gebundeld. Op de omslag van die bundel staat een tekening van de restauratie van de plenaire zaal, die door Tummers steevast werd aangeduid als "de Sixtijnse kapel van de Nederlandse politiek".
Nic Tummers sprak in 1995 tijdens de afscheidszitting namens de vertrekkende Kamerleden. Ook toen vergaderde de Eerste Kamer — net als nu — tijdelijk in de Ridderzaal. Tummers zei, en ik citeer opnieuw: "(Wij, de vertrekkende leden) stappen vandaag, hier vanuit de Ridderzaal, terug uit het ambt en uit de werkkring van de beoefenaar van de Ars Politica." Zo zag Tummers de politiek: als een van de kunsten.
Naast zijn maatschappelijke en politieke carrière was Nic Tummers actief in vele besturen en stichtingen, met name op het gebied van kunst, cultuur en architectuur. Zo was hij onder andere lid van de Culturele Raad Limburg, bestuurslid van het Nederlands Architectuurmuseum te Amsterdam, voorzitter van Stichting Vormingstoneel Limburg GL2 en voorzitter van de beleidsadviescommissie Kunstcentrum Brabant in Tilburg.
Van zijn vele onderscheidingen noem ik hier enkele: in 1953 was hij laureaat van The Unknown Political Prisoner, in 1986 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw, in 1995 tot Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau en in 2008 tot ereburger van Heerlen.
Nic Tummers stond bekend als een nieuwsgierig persoon die historische kennis en activisme verbond met relativeringsvermogen en humor en met een groot hart voor Limburg en Europa.
Moge ons respect voor zijn persoon en zijn verdiensten voor de samenleving en de Nederlandse parlementaire democratie tot steun zijn voor zijn familie en vrienden.
Ik verzoek eenieder om een moment stilte in acht te nemen.
(De aanwezigen nemen enkele ogenblikken stilte in acht.)
De voorzitter:
Dank u wel.