Plenair Van Hattem bij behandeling Eenmalige huurverlaging huurders met een lager inkomen



Verslag van de vergadering van 1 december 2020 (2020/2021 nr. 12)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 10.47 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Hattem i (PVV):

Dank u, voorzitter. Hoe vaak horen we vanuit het kabinet wel niet: deze maatregel voeren we uit, want dat moet nu eenmaal van Brussel. Als stalorders van de ongekozen Europese Commissie komen, springt het kabinet strak in het gelid en loopt het voorop om slaafs de eurocratische nomenclatura te gehoorzamen.

Hoe anders is dat als dit kabinet een opdracht krijgt van onze eigen Nederlandse Eerste Kamer der Staten-Generaal? Dan legt deze minister botweg tot driemaal toe een motie naast zich neer en negeert daarbij bovendien zeer hautain een motie van afkeuring. Dat is en blijft een schande, voorzitter. De PVV-fractie had deze moties mede ingediend om onze huurders een steuntje in de rug te bieden, nu zij onder tien jaar Rutte geconfronteerd zijn met huurverhoging op huurverhoging, in totaal zo'n 26% in de sociale sector. De motie voor een tijdelijke huurstop in de sociale en de vrije sector dan wel maatregelen van vergelijkbare aard is met een beetje goede wil prima uitvoerbaar en heel hard nodig. Maar de minister blijft volharden in haar onwil. Deze zijde van het Binnenhof is immers niet Brussel, en zo haalt zij haar neus op voor deze Kamer.

Als klein doekje voor het bloeden komt de minister met het vandaag voorliggende wetsvoorstel: een eenmalige huurverlaging voor de huurders van een corporatiewoning met een laag inkomen. Van een algemene huurbevriezing in zowel de sociale als de vrije sector, zoals gevraagd in de moties, is hiermee geen sprake. Het is en blijft zo een halfleeg glas. En al zal de minister het als een halfvol glas willen zien, het blijft slechts een half glas. Het is bovendien een glas dat voor de huurders die wel onder deze wet vallen, ieder jaar leger wordt omdat zij na de eenmalige huurverlaging weer onder het reguliere huurverhogingsregime zullen vallen.

De andere groepen huurders blijven hiermee in de kou staan. Er ontstaat een ongelijke positie tussen huurders van een corporatiewoning met een lager inkomen en vergelijkbare huurders in de vrije sector bij particuliere of commerciële verhuurders. Ook de Raad van State is uitermate kritisch hierover. Ik citeer: "Dit leidt tot een arbitraire, ongelijke behandeling ten opzichte van huurders met een vergelijkbaar inkomen die niet voor de huurverlaging in aanmerking komen,". Aldus de Raad van State die het voorstel om die reden problematisch acht en niet positief adviseert. De minister heeft zich van deze kritiek net zo weinig aangetrokken als van de moties. Weliswaar noemt de minister enkele maatregelen, zoals de tijdelijke huurkorting, die huurders in de vrije sector of bij private huurders tegemoet zouden kunnen komen, maar die zijn niet vergelijkbaar met de huurverlaging bij corporatiewoningen. Zodoende blijft er een ongelijke behandeling bestaan. Als de minister in het wetsvoorstel over gelijke behandeling spreekt, gaat zij enkel uit van het perspectief van de verhuurders. Omdat private verhuurders doorgaans geen beroep kunnen doen op de lagere verhuurderheffing, zou een generieke huurbevriezing niet kunnen.

De minister weigert halsstarrig te zoeken naar een alternatief pad. Juist daarom is het noodzakelijk om alsnog uitvoering te geven aan de moties. Is de minister daartoe alsnog bereid?

De minister zegt eigenlijk nauwelijks betalingsproblemen te zien in de private huursector, want vaak hebben die huurders toch al een hoger inkomen. Maar het probleem is dat veel huurders al noodgedwongen particulier moeten huren omdat de wachtlijsten veel te lang zijn of omdat zij geen urgentie krijgen, zoals inwonende kinderen die bij het overlijden van hun ouders de huur niet mogen overnemen maar vaak, in tegenstelling tot bijvoorbeeld statushouders, ook geen urgentie krijgen. Dat zo veel mensen al niet terechtkunnen in de sociale huur is al onevenredig.

Om de moties uit te kunnen voeren moet de minister maar andere ambities bijstellen. Zo stelt de minister in de memorie van toelichting bij deze wet dat een generieke huurbevriezing, waar de Eerste Kamer om heeft verzocht, niet het meest doelmatig en effectief is, omdat, ik citeer: "verhuurders tegelijkertijd voor een grote nieuwbouw- en verduurzamingsopgave staan." Die verduurzamingsopgave is door de minister zelf opgelegd. Onvoorstelbaar hoge kosten moeten worden gemaakt om aan de deugddwang van het Klimaatakkoord te voldoen, om wijken aardgasvrij te maken, om met de nul-op-de-metermaatregelen de bouwkosten voor woningen ongekend de hoogte in te jagen. Is de minister misschien bereid om die duurzaamheidsambitie te laten varen om de huren te kunnen verlagen?

Wat de nieuwbouwopgave betreft, jaarlijks komen er ongeveer 100.000 inwoners bij in Nederland. Dat is een stad zo groot als Delft of Deventer. Daar is niet tegenop te bouwen, zeker niet als het land ook nog door Brusselse regels op slot zit door stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden en alle open ruimte moet worden opgeofferd aan mega-windparken en zonnevelden. Schaarsere grond zorgt voor hogere grondprijzen en daarmee samen met hogere bouwkosten uiteindelijk ook voor hogere huurprijzen.

Terwijl Nederland dus al propvol is, komt een groot deel van die bevolkingsgroei ook nog eens voort uit de onophoudelijke massa-immigratie. Tijdens de afgelopen tien jaar Rutte zijn er al 110.000 sociale huurwoningen met voorrang toegewezen aan statushouders. En het gaat maar door. Komend jaar moeten 27.000 statushouders een woning krijgen, zo heeft het kabinet al laten weten aan gemeenten en provincies. Meer dan dubbel zoveel huizen voor statushouders in zuidoost-Brabant, kopte het Eindhovens Dagblad op 24 november jongstleden. En dat zal in andere regio's niet veel anders zijn. Minder wordt het niet. Integendeel, momenteel is dit kabinet bezig om grootschalig asielzoekerscentra uit te breiden of te heropenen, zoals in Budel, Almere en Azelo. Overal honderden plekken extra, tegen alle afspraken met de omgeving in. Deze onophoudelijke vervangingsmigratie drukt op de woningmarkt en daarmee ook op de huurprijzen. En terwijl deze statushouders met voorrang worden gehuisvest, staan onze Nederlandse huurders jarenlang op steeds verder oplopende wachtlijsten. Terwijl tegen alle afspraken in … En ik zie een interruptie, volgens mij.

Mevrouw De Boer i (GroenLinks):

Ik heb getwijfeld of ik er iets van zou zeggen of iets over zou vragen, maar het woord "vervangingsmigratie" deed voor mij de noodzaak ontstaan om toch de vraag te stellen. Mag ik van de heer Van Hattem horen wat hij daarmee precies bedoelt, waarom hij dat woord gebruikt en hoe hij dat vertaalt naar de behandeling van dit wetsvoorstel?

De heer Van Hattem (PVV):

Dit komt linea recta uit het jargon van onder andere de Verenigde Naties, een club die onder andere door GroenLinks bejubeld wordt. Die zetten dus ook in op legale migratie, om wegen richting massale migratie in stand te houden richting Europa. Daar komt het vandaan.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Dan hoor ik graag van de heer Van Hattem waar in de documenten van de Verenigde Naties het woord "vervangingsmigratie" wordt genoemd.

De heer Van Hattem (PVV):

Dat komt uit een rapport uit 2000. Sinds die tijd wordt het al regelmatig gebruikt in die vorm.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Maar benoemen de VN dat als een doelstelling volgens de heer Van Hattem? Ik begrijp dit echt niet.

De heer Van Hattem (PVV):

Het is een proces en voor een deel is het ook wel een bewuste keuze. Ook door bijvoorbeeld de Europese Unie wordt bewust ingezet op legale migratie, om die in stand te houden, om daarmee ook de sociale en demografische samenstelling van de Europese Unie te beïnvloeden, en daarmee ook in Nederland als lidstaat ervan.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Ik zal geen vraag meer stellen, maar ik neem echt afstand van het beschrijven van legale migratie als vervangingsmigratie alsof er een doel achter zou zitten om iets te vervangen. Legale migratie is legale migratie. Ik roep de heer Van Hattem ook op om het gewoon bij de feitelijke beschrijving te houden en daar niet allerlei suggesties aan te verbinden die er niets mee te maken hebben.

De heer Van Hattem (PVV):

Voorzitter. Feit is dat er honderdduizenden asielzoekers ieder jaar richting Europa komen. Er is sprake van massa-immigratie. Dat heeft nogal wat invloed op onze demografische samenstelling, dus het is een proces dat met name door GroenLinks wordt ingezet en bejubeld en dat ook gewoon een onderdeel is van bewust gevoerd beleid. Ik kan het niet mooier maken, maar wij zouden het wel anders willen: gewoon, de grenzen dicht.

De heer Van der Burg i (VVD):

Uw fractievoorzitter noemde in een debat met de minister-president bij de algemene beschouwingen niet het woord "vervangingsmigratie" maar "omvolken". Is dat wat u betreft hetzelfde?

De heer Van Hattem (PVV):

Dat kan inderdaad als een inwisselbaar begrip worden gezien. Nu hoor ik de VVD dat woord gebruiken. Als u liever dat woord gebruikt, vind ik het ook prima.

De heer Van der Burg (VVD):

Uiteraard hoort u mij dit woord niet gebruiken in de zin dat dat een standpunt is van de VVD, maar ik wijs er even op dat de minister-president bij het woord "omvolken" in deze Kamer een paar weken geleden heeft verwezen naar de oorsprong van het woord "omvolken".

De heer Van Hattem (PVV):

Ook dat woord komt dus uit het VN-jargon. "Omvolking" is ook een begrip dat uit die VN-rapporten komt en de VN is een verschrikkelijke organisatie, waar zulk soort ideeën bij vandaan komen. Dus we moeten inderdaad gewoon stoppen met zulk soort omvolkingsbeleid. Dus wat mij betreft gaat daar een hele dikke vette streep doorheen, zodat we dat woord ook hier nooit meer hoeven te gebruiken en wij gewoon over onze eigen grenzen gaan.

Voorzitter. Dat brengt mij ook weer bij mijn verhaal. Want terwijl tegen alle afspraken in overal snel azc's uit de grond worden gestampt — regels en systemen kunnen dan heel snel wijken — voert de minister als drogreden aan, de motie niet te kunnen uitvoeren omdat de systemen van de Belastingdienst niet zo snel kunnen worden aangepast. De ambtelijke molens mogen blijkbaar niet zo snel malen als het onze Nederlandse huurders betreft.

Voorzitter. Na alle huurstijgingen wil de PVV wel dat voor onze Nederlandse huurders het glas op een gelijkwaardige manier vol is. Daarom dienen we enkele moties in. Dit kabinet is wel bereid om 330 miljoen euro per jaar te betalen voor het coronaherstelfonds van de EU, maar niet voor een generieke huurbevriezing voor onze huurders. Daarom een motie om van deze afdracht aan de EU af te zien en in te zetten voor het terugdraaien van de huurverhogingen en voor de generieke huurverlagingen.

Ten tweede een motie om geen cent meer te investeren in asielzoekerscentra en in de duurzaamheidsopgave, maar dit geld in te zetten voor het terugdraaien van huurverhogingen en voor generieke huurverlagingen.

Tot slot een motie, gelet op de eerder aangenomen moties in deze Kamer, om vóór 1 januari 2021 met aanvullende maatregelen te komen om huurders in de vrije of private sector op een gelijkwaardige manier te compenseren als de huurders in de sociale sector die met deze wet een huurverlaging krijgen.

Hoewel het wetsvoorstel dus eigenlijk niet ver genoeg gaat, zullen we het wel steunen om in ieder geval een deel van onze huurders enigszins te kunnen compenseren.

Dan zal ik de moties voorlezen.

De voorzitter:

Door de leden Van Hattem, Faber-van de Klashorst, Van Strien, Bezaan en Ton van Kesteren wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat met dit wetsvoorstel huurders in de private of vrije sector niet gelijkwaardig worden behandeld als huurders in de sociale sector met een corporatiewoning;

overwegende dat de Eerste Kamer meerdere moties heeft aangenomen om te komen tot een generieke huurverlaging voor al onze huurders;

roept de regering op om voor 1 januari 2021 met aanvullende maatregelen te komen om huurders in de vrije of private sector op een gelijkwaardige manier te compenseren als de huurders in de sociale sector die met deze wet een huurverlaging krijgen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter D (35578, 35431).

De voorzitter:

De heer Pijlman.

De heer Pijlman i (D66):

Dank, voorzitter. Toch nog even een vraag. Het zong nog even bij mij na. U hebt net op vragen van de collega gezegd dat de termen die u gebruikt uit het VN-rapport uit 2000 komen. Ik zou toch graag even dat VN-rapport zien. Want we hebben nu al een paar keer in deze Kamer discussie gehad over termen die voor sommigen refereren aan een zwart verleden. Volgens u zijn het gewoon VN-termen. Laten we het uit de weg ruimen. U heeft dat rapport, dus geef even naam en rugnummer. Welk rapport, welke bladzijde? Dan zijn we van deze discussie af.

De heer Van Hattem (PVV):

Als u goed had opgelet: bij de Algemene Politieke Beschouwingen heeft mijn fractievoorzitter, mevrouw Faber ook letterlijk dat rapport genoemd. Dus daar is het terug te vinden. Ik heb het hier niet bij de hand. Alleen, daar werd wel duidelijk verwezen naar wat in het Engels geloof ik replacement migration werd genoemd. Dus het is daarin te vinden. Ik verwijs terug naar de Handelingen waarin een verwijzing staat. Anders kan ik het nu niet ter plekke geven, maar daar is het in ieder geval te vinden.

De heer Pijlman (D66):

Ik neem aan dat u het even aan ons ter beschikking stelt. Dat is makkelijker, denk ik.

De heer Van Hattem (PVV):

Uiteraard, maar het is sowieso in de Handelingen te vinden voor de luisteraars die niet aan dit debat deelnemen.

Voorzitter. Dan kom ik bij de volgende motie.

De voorzitter:

Door de leden Van Hattem, Faber-van de Klashorst, Van Strien, Bezaan en Ton van Kesteren wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat dit kabinet bereid is om 330 miljoen euro per jaar te betalen voor het coronaherstelfonds van de EU;

overwegende dat de Eerste Kamer meerdere moties heeft aangenomen om te komen tot een generieke huurverlaging voor onze huurders;

roept de regering op van de afdracht van het coronaherstelfonds aan de EU af te zien en deze middelen onder andere in te zetten voor het terugdraaien van de huurverhogingen en voor generieke huurverlagingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter E (35578, 35431).

De heer Van Hattem (PVV):

Tot slot de volgende motie

De voorzitter:

Door de leden Van Hattem, Faber-van de Klashorst, Van Strien, Bezaan en Ton van Kesteren wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het kabinet volop investeert in uitbreiding en nieuwbouw van asielzoekerscentra;

constaterende dat het kabinet onder andere vanwege de kosten van de ambities voor de duurzaamheidsopgave afziet van een generieke huurverlaging;

overwegende dat de Eerste Kamer meerdere moties heeft aangenomen om te komen tot een generieke huurverlaging voor onze huurders;

roept de regering op geen cent meer te investeren in asielzoekerscentra en de duurzaamheidsopgave en deze middelen in te zetten voor het terugdraaien van de huurverhogingen en voor generieke huurverlagingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Zij krijgt letter F (35578, 35431).

De heer Van Hattem (PVV):

Tot slot in eerste termijn, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Hattem. Dan is het woord aan de heer Verkerk namens de ChristenUnie.