T03142

Toezegging Delegatie onder het vereiste van goedkeuring bij wet (35.526)



De ministers van J&V en VWS zeggen de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Janssen (SP), De Boer (SP) en Karakus (PvdA), toe voor de zomer met een wetsvoorstel te komen waarmee delegatie onder het vereiste van goedkeuring bij wet, bij verlenging van de Twm geïntroduceerd wordt.


Kerngegevens

Nummer T03142
Status voldaan
Datum toezegging 25 mei 2021
Deadline 1 juli 2021
Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie en Veiligheid
Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Kamerleden Mr.drs. M.M. de Boer (GroenLinks)
mr. R.A. Janssen (SP)
H. Karakus (PvdA)
Commissie commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V)
commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen coronamaatregelen
delegatie onder vereiste van goedkeuring bij wet
Kamerstukken Tijdelijke wet maatregelen Covid-19 (35.526)


Uit de stukken

Handelingen I 2020/21, nr. 38, item 8, p. 12-13

Minister Grapperhaus:

Hoewel we allemaal uitkijken naar het moment dat maatregelen helemaal niet meer nodig zijn, is dat moment nog niet daar. Dat is de reden dat de Twm met drie maanden dient te worden verlengd, tot 1 september aanstaande. Het is altijd lastig om op het moment waarop je aan de horizon het doel ziet gloren, waarop je een stuk boven je de top van de berg ziet, toch nog door te moeten gaan. Daarom is het zo belangrijk dat als we zeggen dat we de wet nog een keer zullen moeten verlengen, we ook kijken naar de bepalende zeggenschap van het parlement, waar ik het eerder over had.

Daar wil ik een heel concrete toezegging doen. Een aantal fracties — ik wijs vooral even naar de heer Janssen en mevrouw De Boer, maar ook naar de heer Karakus — hebben vragen gesteld over de zeggenschap van uw Kamer bij een eventuele volgende verlenging. […] In de brief aan uw Kamer van eind vorige week hebben wij aangegeven dat wij de Tweede Kamer nogmaals die vraag zouden voorleggen, maar bij nader inzien denkt het kabinet dat we het voortvarender kunnen aanpakken, zodat we meer recht kunnen doen aan de verlangens die ik in uw Kamer beluisterde en beluister. We willen het daarom zo gaan doen dat we nu zo snel mogelijk een wetsvoorstel gaan voorbereiden waarin we de voorkeursvariant gaan regelen uit de motie-De Boer c.s., dat wil zeggen delegatie onder het vereiste goedkeuring bij wet. Dan kan de Tweede Kamer zich daar desgewenst verder nog over uitspreken als het daar in behandeling komt. Voorzitter, ik hoop dat ik daarmee uw Kamer een heldere toezegging heb gegeven. We zeggen: we hakken die knoop door en we gaan daar zelf actief mee aan de slag.

Handelingen I 2020/21, nr. 38, item 8, p. 15-16

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Om te beginnen mijn dank dat de minister toezegt om de aangenomen motie in wetgeving om te zetten. Ik ben alleen een beetje bang dat het een dode mus is, omdat, in navolging van wat mevrouw Prins zegt en wat veel partijen gezegd hebben, ons doel eigenlijk zou moeten zijn dat er geen volgende verlenging van de Twm komt. […]

Ik onderschrijf het pleidooi van mevrouw Prins dus, maar ik wil de minister ook iets vragen. Hij heeft een toezegging gedaan over het borgen van de betrokkenheid van de Eerste Kamer bij de verlenging van de Twm. Kan hij dat ook toezeggen voor eventuele hierop volgende wetgeving? Kan hij toezeggen dat de Eerste Kamer volledige zeggenschap krijgt, niet over de wekelijkse aanpassing van maatregelen maar wel over het aan- en uitzetten van maatregelen?

Minister Grapperhaus:

Dan ga ik in als-dansituaties redeneren, en dat deed ik als advocaat echt nooit. Dat vind ik echt te ver voeren; dat zeg ik maar heel eerlijk. Ik ga er namelijk van uit — u zag mij zonet ook even een blik wisselen met collega De Jonge — dat wij echt tijdig voor de zomer de inventarisatie-Stoffer/Bikker naar uw beider Kamers sturen. Laat ik die inventarisatie zo maar even noemen, anders moet ik steeds die zin herhalen. Dat gaan we in ieder geval doen. Dat is één.

Dan twee, waarbij ik ook even verwijs naar de vraag die mevrouw Baay eerder stelde: kun je nou eindeloos doorgaan met verlengingen? Bij iedere verlenging van de maatregelen is sprake van een afweging van proportionaliteit en subsidiariteit; daar is ook nog op gewezen. Daar moeten we altijd naar kijken. Eerst kijkt het kabinet daarnaar en vervolgens kijken uw beider Kamers daar ook kritisch naar. In mijn inleiding heb ik al gezegd dat ook ik het liefst zo snel mogelijk van die Twm af zou willen zijn. Ik zeg ook niet dat er nog iets van de Twm nodig zou zijn in situaties waarin bijvoorbeeld het OMT zegt: hoor eens, het is volstrekt endemisch en er is geen gevaar meer anders dan een griepje. Dat kan ik me allemaal voorstellen, maar ik denk dat de zestien maanden die we nu zo'n beetje achter ons hebben vanaf januari 2020, als ik het goed heb geteld, ons in ieder geval geleerd hebben om nog geen absolute uitspraken te doen over hoe het er straks uit gaat zien. Ik ga dat niet doen. U heeft in ieder geval meegekregen dat deze regering zegt, en dat heb ik vandaag nog eens duidelijk geformuleerd: hoor eens, wij gaan wat ons betreft in de volgende ronde naar een situatie toe waarin de beide Kamers van het parlement van tevoren goed betrokken worden.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

De minister maakt het ons wat moeilijk door aan de ene kant te zeggen dat hij geen als-danuitspraken wil doen, maar aan de andere kant ook geen uitspraken te doen over waar we heen gaan. Dat maakt iedere debat eigenlijk onmogelijk, want we kunnen het niet hebben over scenario's — dat zijn immers als-danuitspraken — en we weten ook niet wat het kabinet van plan is. Daarmee is elk debat dus dood. Ik vraag eigenlijk een toezegging aan de minister, en of het dan precies deze modaliteit wordt, daar wil ik vanaf wezen. Wilt u zorgen dat we de inventarisatie-Stoffer/Bikker voor de zomer hebben, plus een plan van de regering voor hoe zij daarmee om wil gaan en hoe zij denkt dat in wetgeving om te gaan zetten? Ik vraag u dus niet om ons dan het ontwerpwetsvoorstel al te geven.

Daarnaast vraag ik de toezegging van de minister dat zeggenschap van de Staten-Generaal over het aan- en uitzetten van een bepaald soort maatregel daarvan een onderdeel zal zijn. Dat is wat ik vraag, en dat hoeft nog geen als-danbepaling te zijn, zoals: ik weet nu al dat dat op 1 september in werking kan treden. Ik wil voorkomen dat we continu achter alles aanlopen omdat we het niet over als-dan mogen hebben en omdat het kabinet nog geen plan heeft.

Minister Grapperhaus:

Een plan van aanpak komt er zeker. Tenminste, we noemen dat maar even het plan van aanpak, maar dat is niet echt een juridische term. Dat is denk ik duidelijk. Ik heb wat aangegeven over de inventarisatie-Stoffer/Bikker. Ik heb ook gesproken over de variant van delegatie onder het vereiste van goedkeuring bij wet. Dat gaan we allemaal doen. Daar komen we ruimschoots voor het zomerreces bij uw Kamer mee terug.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Voorzitter, we zijn er bijna. Mag ik het zo begrijpen dat de variant van delegatie onder goedkeuring bij wet ook meegenomen wordt in de uitwerking van een plan voor meer permanente regelgeving? Of u het gaat doen, is vers twee, want daar gaat het nog over. Maar begrijp ik het zo dan goed?

Minister Grapperhaus:

Dat bedoel ik met als-danredeneringen. Ik denk dat u heel goed aan mij hoort dat we al die zaken echt meewegen. Vervolgens komen we tijdig, ook bij uw Kamer, met de richting die we voorstellen dat het moet opgaan. Ik wil vervolgens niet — dat bespeurde ik in de vraag van mevrouw De Boer — daaroverheen ook nog eens gaan kijken hoe het eventueel in een ronde daarna zou kunnen gaan lopen. Laten we nou eerst maar eens kijken waar we aan de hand van de inventarisatie-Stoffer/Bikker op uitkomen en wat we vervolgens aan de Kamer voorstellen om van de Twm wel of niet te verlengen; misschien wel om helemaal niks te verlengen. Ook zouden we nu moeten kijken hoe we verdergaan met de delegatie onder het vereiste van goedkeuring bij wet. Dat gaan we allemaal doen. Dan hebben we weer een nieuw, heel duidelijk speelveld; een parlementair, democratisch speelveld.

Handelingen I 2020/21, nr. 38, item 8, p. 66

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

De regering komt voor de zomer met een wetsvoorstel voor delegatie onder vereiste goedkeuring bij wet voor verlenging van de Twm. Om dit geen dode mus te laten zijn, moet dat wetsvoorstel van kracht zijn wanneer de verlenging aan de orde is. De Jonge zei: de Twm kan alleen verlengd worden als het voorstel daartoe door beide Kamers wordt aangenomen. Het streven moet daarom zijn: behandeling in de Eerste Kamer eind juni. Dat vraagt om indiening bij de Tweede Kamer op zeer korte termijn. Is dat voorzien?

Handelingen I 2020/21, nr. 38, item 8, p. 77

Minister De Jonge:

Allereerst mevrouw De Boer. Zou het nog kunnen lukken om die behandeling van het plan van aanpak en de bijbehorende Twm, waarbij de tijdelijke wet wordt gestript en de motie-Janssen en de motie-De Boer eraan worden toegevoegd, nog voor de zomer te laten plaatsvinden? Wat mij betreft wel. Ik denk dat dat mogelijk moet zijn. Trouwens, het zal gewoon moeten, want je hebt 'm nodig vanaf 1 september. Als het niet hoeft, zouden we daar niet over moeten willen vergaderen in het zomerreces, dus laten we het gewoon doen voor het reces, wat mij betreft.


Brondocumenten


Historie