De Minister van BZK zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe ervoor te zorgen dat er financiële middelen (de uitkeringen aan decentrale overheden) in ieder geval beschikbaar zijn voor gemeenten voor het jaar 2022.
Nummer | T03210 |
---|---|
Status | voldaan |
Datum toezegging | 11 mei 2021 |
Deadline | 1 januari 2022 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
Kamerleden | Prof.dr. R.A. Koole (PvdA) |
Commissie | commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | overig |
Onderwerpen | begrotingen decentrale overheden formatie gemeenten |
Kamerstukken | Begrotingsstaten Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2021 (35.570 VII) Begrotingsstaat provinciefonds 2021 (35.570 C) Begrotingsstaat gemeentefonds 2021 (35.570 B) |
Handelingen I 2020-2021, nr. 36, item 10, blz. 31.
De heer Koole (PvdA):
Kan de minister toezeggen dat zij dat moment als trekker, alias deltacommissaris, en minister van Binnenlandse Zaken ervoor zorgt dat de middelen in ieder geval beschikbaar zijn voor volgend jaar, zodat dat geregeld en zeker is? Alle rapporten komen nog wel bij de langetermijndiscussie. Dat was mijn eerste vraag.
Handelingen I 2020-2021, nr. 36, item 10, blz. 31-32.
Minister Ollongren:
Ik snap dat de heer Koole en anderen op de begroting voor volgend jaar blijven terugkomen. Maar het is een echt wel heel ingewikkeld vraagstuk. Er zijn natuurlijk wel meer terreinen waarvoor dit geldt. Ik zal mij zeker inzetten om te zorgen dat alles gebeurt om de gemeentefinanciën op orde te krijgen. Als de formatie onverhoopt zó lang duurt dat er gewoon een begroting zal moeten worden opgesteld, dan is dat zo. Ik ga ervan uit dat een demissionair kabinet dan ook door het parlement geacht wordt om dat te doen. Tegelijkertijd zou ik het heel ongelukkig vinden als het daarop uitkomt. Dan gaan we het namelijk een beetje met pleisters proberen op te lossen voor nog één jaar, terwijl ik denk dat het veel belangrijker is om structureel, voor een hele kabinetsperiode, te kijken naar oplossingen. Misschien behelzen die ook dat je voor 2022 alvast wat moet doen, want veel van dit soort aanpassingen kosten natuurlijk tijd. Dan zal je aan de voorkant bereid moeten zijn om er geld bij te leggen. Dat zou dus heel goed in de formatie een uitkomst kunnen zijn. Ik ben een optimistisch mens, dus ik ga ervan uit dat het gaat lukken, dat er gewoon een formatie is, dat die tijdig klaar is, dat het nieuwe kabinet de ambitie zal hebben om invloed te hebben op de begroting van 2022 en ook de kaders daarvoor zal bepalen. Ik zal dan mijn best doen om ervoor te zorgen dat dat voor de gemeenten goed uitpakt, juist op het punt van de jeugdzorg, het sociaal domein en hun financiële problematiek in algemene zin
Brondocumenten
-
voortzetting debat over de verhouding tussen de centrale overheid en decentrale overheden Verslag EK 2020/2021, nr. 36, item 10
-
23 november 2021
nieuwe status: voldaan
Voortgang: -
15 november 2021
nieuwe status: openstaand
Voortgang:documenten: -
11 mei 2021
toezegging gedaan