De minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Pijlman (D66), toe dat de Inspectie van het Onderwijs ook expliciet toezicht zal gaan houden op de kwaliteit van het onderwijs dat leerlingen na afname van de eindtoets ontvangen alsmede de onderwijstijd, dat dit zal worden gemonitord en in de evaluatie van het wetsvoorstel zal worden meegenomen.
Nummer | T03345 |
---|---|
Status | openstaand |
Datum toezegging | 1 februari 2022 |
Deadline | 1 januari 2025 |
Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs |
Huidige Verantwoordelijke(n) | staatssecretaris Funderend Onderwijs en Emancipatie |
Kamerleden | Drs. H.J. Pijlman (D66) |
Commissie | commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | evaluatie |
Onderwerpen | eindtoets evaluaties leereffecten onderwijsinspectie onderwijstijd |
Kamerstukken | Aanpassingen in de doorstroom van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs en wijziging van de stelselinrichting van doorstroomtoetsen en toetsen verbonden aan leerling- en onderwijsvolgsystemen in het basisonderwijs (35.671) |
Handelingen I 2021-2022, nr. 15, item 5, blz. 5
De heer Pijlman (D66):
Onze leerlingen hebben alle tijd op de basisschool nodig. Voor veel vakken is het eindniveau de laatste jaren onder druk komen te staan. Door twee coronacrisisjaren zijn de
leerachterstanden alleen maar groter geworden. De tijd die er is, moet optimaal benut worden om de overgang van primair naar voortgezet onderwijs zo goed mogelijk te laten
verlopen. Die overgang is voor veel kinderen bepaald niet gemakkelijk. Op dit punt zit er voor ons een zorg wat betreft de uitvoering van dit voorstel. We herkennen de achterliggende gedachte om tot het voorstel te komen, maar twijfelen of het de beoogde effecten zal hebben. Kan de minister ons op dit punt geruststellen? Kan de minister toezeggen dat deze wet zal worden geëvalueerd en dat de inspectie ook toezicht zal houden op de leereffecten bij kinderen na de toets?
Handelingen I 2021-2022, nr. 15, item 5, blz. 16
Minister Wiersma:
De vraag die daarbij hoort, is die van de heer Pijlman van D66: hoe groot is de kans dat de periode na de toets niet optimaal wordt benut? En gaat de inspectie daar toezicht
op houden? De naam "doorstroomtoets" geeft aan dat het moment waarop de toets wordt afgenomen, niet het eindpunt is van de ontwikkeling. Zowel in de maanden na de
eindtoets in groep acht alsook in het voortgezet onderwijs zijn er nog heel veel kansen om je te ontwikkelen. Onderzoek dat wij eerder hebben laten doen, bijvoorbeeld door
het Kohnstamm Instituut, wijst uit dat het eerder afnemen van de eindtoets geen effect heeft op de effectieve onderwijstijd van leerlingen. Onderwijsprofessionals hebben dat
zelf ook aangegeven. Ze zien het ook als hun kerntaak om de beste voorbereiding te bieden op het voortgezet onderwijs. Dit geeft soms juist wat meer ruimte om het goed te
doen. Dan kun je een en ander nog beter afstemmen op wat nodig is daarna, in het voortgezet onderwijs. Ik vind het wel belangrijk dat de inspectie ook toezicht gaat houden
op de kwaliteit van het onderwijs dat leerlingen daarna ontvangen, dat we het moment na afname van de eindtoets expliciet gaan bekijken, monitoren en in de evaluatie meenemen.
Handelingen I 2021-2022, nr. 15, item 5, blz. 21
De heer Pijlman (D66):
Dank, voorzitter. Dank aan de minister voor de heldere en adequate beantwoording. Hij heeft eigenlijk gezegd dat hij de komende periode twee dingen gaat doen: het versterken
van de basiskwaliteit en het versterken en het verbeteren van het stelsel. In het voorjaar krijgen we de reacties op de Onderwijsraad en de contouren van hoe hij het regeerakkoord uit wil werken. Ik verheug met op dat voorjaar, overigens niet alleen om die reden. Ik heb in eerste instantie gezegd: mijn zorg zit in wat er met de leerlingen gebeurt. U bent daar heel helder in geweest. Dank voor de toezegging dat u wilt evalueren wat het effect
is op de onderwijstijd en of de aandacht voor de leerlingen constant blijft, en dat dit ook de aandacht van de inspectie zal krijgen.
Brondocumenten
-
behandeling Verslag EK 2021/2022, nr. 15, item 5
-
2 juli 2024
nieuwe verantwoordelijkheid: staatssecretaris Funderend Onderwijs en Emancipatie -
2 juli 2024
verantwoordelijkheid verlopen: Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs -
1 februari 2022
toezegging gedaan