Dit voorstel van Rijkswet regelt de goedkeuring van het Verdrag met de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) over uitlevering (Trb. 2021, 117). Hiermee wordt de uitlevering op het gebied van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad vereenvoudigd.
Het verdrag maakt het mogelijk om voor alle delicten die in beide verdragsstaten bestraft kunnen worden met een vrijheidsstraf van ten minste een jaar, waaronder moord, doodslag en andere geweldsdelicten, maar ook financieel-economische delicten, om uitlevering te verzoeken. Ook zorgt het verdrag dat de samenwerking met de autoriteiten van de VAE soepeler en sneller verloopt. Uitlevering kan plaatsvinden voor twee doeleinden. In de eerste plaats kan uitlevering plaatsvinden ten behoeve van de vervolging in de verzoekende partij. In de tweede plaats kan uitlevering plaatsvinden voor de uitvoering van een uitspraak van een onherroepelijke vrijheidsstraf in de verzoekende partij. Het Koninkrijk der Nederlanden houdt hierbij rekening met de mensenrechtelijke aspecten van het uitleveringsverdrag. Het EVRM vergt van het Koninkrijk dat de verplichtingen van het EVRM ook tegenover personen moeten kunnen worden gewaarborgd in verdragsrechtelijke rechtsbetrekkingen met staten die geen partij bij het EVRM zijn, zoals de VAE.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel (TK, 2 herdruk) is op 9 mei 2023 aangenomen door de Tweede Kamer.
Voor: SP, GroenLinks, Volt, Fractie Den Haan, PvdA, D66, ChristenUnie, VVD, CDA, PVV, PvdD, SGP, DENK, JA21, BBB en Groep Van Haga.
Tegen: BIJ1, FVD en Lid Omtzigt.
Afwezig: Lid Gündoğan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 11 juli 2023 als hamerstuk afgedaan.
Dit wetsvoorstel wordt gezamenlijk behandeld met 36.232 (R2174).
ingediend
29 oktober 2022titel
Goedkeuring van het op 29 augustus 2021 te Abu Dhabi tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Verenigde Arabische Emiraten inzake uitlevering (Trb. 2021, 117)schriftelijke voorbereiding
inbreng geleverd door
ondertekening
inwerkingtreding
Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin de wet wordt geplaatst.
9