36.577

Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen



Met dit voorstel worden Wet hersteloperatie toeslagen ( 36.151) en de Wet aanvullende regelingen hersteloperatie toeslagen ( 36.352) gewijzigd.

Aanleiding is de veelvuldige overschrijding van de wettelijke besluittermijn van de Dienst Toeslagen bij een aanvraag voor aanvullende compensatie van werkelijke schade. Waar de wet voorschrijft dat op een aanvraag binnen zes maanden (met een mogelijke verlenging van zes maanden) wordt beschikt, wachten aanvragers gemiddeld 22 maanden op de afhandeling. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 23 augustus 2023 een uitspraak gedaan waarin zij constateert dat de termijnen in de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht) ook in de toekomst niet zullen worden gehaald en dat de hersteloperatie verder onder druk komt te staan door het instellen van talloze beroepen tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De Afdeling concludeert dat niet de bestuursrechter, maar alleen de wetgever een collectieve oplossing kan bieden voor onrealistische beslistermijnen bij de hersteloperatie toeslagen.

Met deze wet wordt voorgesteld om, in aanvulling op reeds ingezette versnellingsacties, een realistische termijn te introduceren voor het besluiten op een aanvraag voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade. Deze termijn gaat gelden voor aanvragen die ingediend worden vanaf het moment dat dit wetsvoorstel in werking treedt. De beslistermijn op aanvragen voor aanvullende compensatie van werkelijke schade van gedupeerde aanvragers van kinderopvangtoeslag en ex-toeslagpartners wordt gewijzigd van zes naar twaalf maanden na indiening van de aanvraag (met een mogelijke verlenging van maximaal twaalf maanden). Daarnaast wordt voorgesteld de termijn voor het doen van een aanvraag voor aanvullende compensatie voor werkelijke schade voor gedupeerde aanvragers van kinderopvangtoeslag te verlengen. Dat gebeurt door de termijn te verlengen van 1 januari 2024 naar 1 januari 2025. Ook wordt de termijn verlengd met een extra zes maanden na afronding van de integrale beoordeling, als de integrale beoordeling na 1 juli 2024 onherroepelijk vast komt te staan. Verder wordt de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift op een beschikking van de Dienst Toeslagen verlengd van zes naar zestien weken vanaf de dagtekening van die beschikking.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Schriftelijke voorbereiding
Eerste Kamer
Plenair
 
Afkondiging
Staatsblad(en)

Het voorstel (EK, B) is op 12 november 2024 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

Inbreng voor het verslag door de Eerste Kamercommissie voor Financiën (FIN) vond plaats op 26 november 2024. Het verslag is voorzien voor 28 november 2024. In reactie op de brief van de staatssecretaris van Financiën - T&D heeft de commissie de intentie uitgesproken om het wetsvoorstel voorafgaand aan het komende Kerstreces te behandelenen (EK, C met bijlage).

De commissie levert op 10 december 2024 inbreng voor nader schriftelijk overleg met de staatssecretaris van Financiën - Toeslagen en Douane over de uitvoeringsovereenkomst met de Stichting Gelijkwaardig Herstel (EK 36.577 / 36.151, A met bijlagen).


Kerngegevens

ingediend

18 juni 2024

titel

Wijziging van de Wet hersteloperatie toeslagen en van de Wet aanvullende regelingen hersteloperatie toeslagen, houdende aanpassingen in de hersteloperatie toeslagen van bepaalde termijnen, van de peildatum voor brede ondersteuning voor gedupeerden in het buitenland en van de nabestaandenregeling (Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen)

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen en onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld en werkt terug ten aanzien van:

  • a. 
    artikel I, onderdeel E, tot en met 24 juni 2022;
  • b. 
    artikel I, onderdeel F, tot en met 15 juli 2023;
  • c. 
    artikel I, onderdeel P, tot en met 1 januari 2024;
  • d. 
    artikel I, onderdeel DD, tot en met 1 januari 2024.

Documenten

4