Verslag van de vergadering van 21 januari 2025 (2024/2025 nr. 15)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 20.52 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
De heer Van Gurp i (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Mijn voorbereiding voor de tweede termijn is altijd een kunstwerk, dus ik hoop dat ik er wijs uit kan worden. Meestal lukt het wel. Ik richt me vooral tot de staatssecretaris omdat ik met mijn vragen het meest het debat met hem heb gezocht. Ik dank uiteraard hem en ook de minister voor hun antwoorden. Ik ben onder de indruk van de motivatie van de staatssecretaris, maar ik ben niet onder de indruk van zijn argumentatie. Ik probeer het debat dat we vandaag voeren zo veel mogelijk aan te vliegen op het punt van effectiviteit, en zo weinig mogelijk ideologisch. U hoort mij hier dus geen fantastische verhalen houden over hoe geweldig het allemaal met die drugs is, over vrijheid en weet ik wat. U hoort mij ook geen verhalen houden dat het één poel van verderf en ellende is, want dat is niet het geval. U hoort mij serieus de problemen benoemen die er wel degelijk zijn. U hoort mij serieus de vraag stellen: zijn dit nou echt effectieve oplossingen voor die problemen? Dat is in ieder geval de insteek van onze fractie.
Dan begin ik bij die problemen. Ja, ik heb contact gehad met een burgemeester in West-Brabant en ik heb contact gehad met een verslavingszorgsinstelling in Brabant. Ik lees de krant daar, dus ik weet wat daar speelt. Dat is niet iets om vrolijk van te worden. Het is ook niet om vrolijk van te worden als je in Zaandam middelen met weet ik veel hoeveel miljoen aan straatwaarde aantreft en je ze terug moet geven, al helemaal niet omdat ik de burgemeester daar buitengewoon goed ken. Ik ken zijn passie en betrokkenheid. U hoort mij dus niet zeggen dat er geen problemen zijn. De discussie gaat over de vraag of de voorgestelde wet een oplossing is voor die problemen. Daar heb ik eigenlijk toch buitengewoon weinig steekhoudende argumenten voor gehoord. De grote zorg die onze fractie naar voren heeft gebracht, is dat deze wetgeving, zoals overigens ook eerdere wetten wel, eerder leiden tot het onzichtbaar worden van drugsgebruik, het verschuiven van drugsgebruik en het aangaan van het produceren van nieuwe vormen van drugsgebruik. Daarmee krijgen we eerder minder grip dan meer, waardoor er eerder meer dan minder rotzooi op de markt komt en waardoor er eerder meer dan minder criminaliteit omheen zal zitten.
Ik ben geen econoom, zoals de staatssecretaris. Ik ben een eenvoudige theoloog. Economie en theologie zijn beide overigens wetenschappen met buitengewoon weinig voorspellende waarde, maar verklarend kun je er weleens iets mee. Het aanbod blijft en de vraag blijft. Dan kun je wel zeggen: dan gaan we proberen het aanbod en de vraag een beetje te knijpen, maar er is zo'n ongelofelijke wereld aan alternatieven dat het gebruik altijd wel weer ergens oppopt waar je er geen zicht op hebt. Dat is in de kern onze zorg. We zeggen: kun je niet een les leren uit hoe we het met alcohol hebben gedaan? Daar hoor ik de staatssecretaris als volgt op reageren: met alcohol doen we het allemaal al eeuwen zo, maar drugs zijn nieuw. Dat is natuurlijk helemaal niet waar. In het jaar 4.000 voor Christus werd er opium verbouwd in Iran. Ik hoef niet al die duizenden jaren langs te gaan, maar … In het midden van de negentiende eeuw werden er opiumoorlogen uitgevochten. In 1887 werd de eerste amfetamine geproduceerd. In 1898 werd de eerste xtc geproduceerd. Het is dus niet zo dat we hier te maken hebben met een nieuw product, dat we wel weer weg krijgen als we maar goed streng zijn. Nee. Drugs horen in de samenleving; daar kun je wel of niet blij mee zijn. Koffie hoort in de samenleving. Tabak en alcohol horen ook in de samenleving. Dat zijn allemaal dingen die buitengewoon veel kwalijke kanten hebben. Dat zijn ook allemaal dingen waar we een eigen mix van beheersing, communicatie, voorlichting, begrenzing, normering, beprijzing et cetera op los moeten laten.
Onze fractie heeft, met alle aarzelingen en nuances die we hebben, toch de overtuiging dat een goede mix van gecontroleerde productie en distributie, normeren, beheren en reguleren, erbij zijn en kwaliteit controleren, ontzettend kan helpen om een hoop ellende te voorkomen. Dat geldt ook voor het testen van pillen op een festival, in plaats van om ideologische redenen zeggen "dat doen we niet". Wij hebben de overtuiging dat dat een beter antwoord geeft op de vraag. Dat zal weliswaar ook niet 100% het antwoord geven, maar dat is in ieder geval beter dan een wet die het probleem eerder verschuift en onzichtbaar maakt dan oplost. Dat alles brengt mij er in ieder geval toe om mijn fractie te adviseren om tegen het wetsvoorstel te stemmen. Het zou mij verbazen als ze mijn advies niet zouden opvolgen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, meneer Van Gurp. Dan is het woord aan de heer Nicolaï van de Partij voor de Dieren.