De minister van Klimaat en Groene Groei zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Panman (BBB), toe dat de AMvB die onder de Energiewet hangt ook zal worden voorgehangen bij de Eerste Kamer.
Nummer | T03955 |
---|---|
Status | openstaand |
Datum toezegging | 3 december 2024 |
Deadline | 1 juli 2025 |
Verantwoordelijke(n) | Minister van Klimaat en Groene Groei |
Kamerleden | drs. ing. T. Panman (BBB) |
Commissie | commissie voor Economische Zaken / Klimaat en Groene Groei (EZ/KGG) |
Soort activiteit | Plenaire vergadering |
Categorie | brief/nota |
Onderwerpen | Algemene Maatregel van Bestuur Energiewet voorhangprocedures |
Kamerstukken | Energiewet (36.378) |
Handelingen I 2024-2025, nr. 10, item 5 - blz. XXX
De heer Panman (BBB):
(…)
“Ik kom tot afronding. De vraag is wanneer de kaders van wetgeving te breed zijn. De brancheverenigingen, leveranciers en producenten wisten mij te vinden om te benadrukken dat dit wetsvoorstel er toch echt moet komen. Dit wetsvoorstel raakt iedereen, want energie is een basisbehoefte voor bedrijven en burgers. Dat betekent dat de wet duidelijk moet zijn voor alle belanghebbenden. Een wet waarin 135 keer "bij ministeriële regeling" staat, waarin 179 keer staat dat iets middels een AMvB moet worden ingevuld en waarin 189 keer staat dat ACM er iets mee moet doen — dat zijn 400 open eindjes in 128 bladzijden wetstekst — roept bij mij de vraag op wanneer de kaders van wetgeving te breed zijn. Het verzoek aan de minister is om te bepalen of de uitwerking van dit wetsvoorstel uitvoerbaar en handhaafbaar is. Om dit te bepalen vragen wij de minister welke concept-AMvB's met nadere regels beschikbaar zijn. Deze zouden wij graag bij onze oordeelsvorming willen betrekken. Aan de minister nog een ander verzoek. Juist bij dit wetsvoorstel, dat de kapstok is voor een belangrijke basisvoorziening in Nederland, zijn uitwerkingen via AMvB's van groot belang. Wij verzoeken de minister dan ook met klem dat zij de AMvB's laat voorhangen, opdat wij ons oordeel daarover kunnen vellen.”
Handelingen I 2024-2025, nr. 10, item 5 - blz. XXX
Minister Hermans:
(…)
“Om gelijk een aantal vragen van de heer Panman te beantwoorden: hij stelde aan het einde van zijn termijn dat het — ik rond het even af — om 40 AMvB's zou gaan en evenzoveel ministeriële regelingen. Om hierover iedere onduidelijkheid weg te nemen: er komt straks één AMvB, die hangt onder deze Energiewet. Die wordt naar beide Kamers gestuurd voor een voorhangprocedure in het eerste kwartaal van 2025. Er hangen ook drie ministeriële regelingen onder deze wet, die ook gemaakt zullen worden in de komende periode. De wet zal in één keer in werking treden als die AMvB hier heeft voorgehangen en daarna natuurlijk ook nog voor advies bij de Raad van State is geweest, en zodra de ministeriële regelingen ook klaar zijn. Het is dus niet zo dat er een wet in werking treedt waar nog losse eindjes aan zitten, om de woorden van de heer Panman te herhalen. Alles is immers geregeld in die ene AMvB die er komt en die hier wordt voorgehangen, en de ministeriële regelingen zijn dan ook klaar.”
De voorzitter:
“Meneer Panman, ik zie dat u wilt interrumperen, maar wij hadden afgesproken dat de minister haar inleiding even zou afmaken. Dan is er daarna nog ruimte voor vragen.”
Minister Hermans:
“Ik wil daar één ding aan toevoegen. Ik benadruk nogmaals dat ik me realiseer dat het een grote wet is, waar heel veel elementen in zitten. De AMvB komt nog en die komt ook naar deze Kamer, maar ik hecht er echt veel waarde aan dat we nu alstublieft deze stap gaan zetten met elkaar. En dat zeg ik niet alleen vanuit mijn rol en verantwoordelijkheid als minister, maar ook op basis van gesprekken die ik heb gevoerd met netbeheerders, met gemeenten, met iedereen die bezig is met de energietransitie; TenneT, de Gasunie. Laten we beginnen met deze wet, laten we hiermee de basis leggen. En ja, we zullen in de komende jaren nog aanpassingen moeten doen. Ik heb er net al twee genoemd. Daarmee zullen we de wet beter maken, daarmee zullen we de wet nog toekomstbestendiger maken. Maar laten we deze stap nu zetten zodat we vooruit kunnen en zodat ook onze wetgeving aansluit bij de transitie waar we in zitten.”
De voorzitter:
“Was dit uw inleiding?”
Minister Hermans:
“Ja.”
De voorzitter:
“Dan is er ruimte voor een vraag.”
De heer Panman (BBB):
“Even ter bevestiging, want dit is voor onze fractie enorm belangrijk. Ik had al gezegd: geen blanco cheque en geen open eindjes. Tevens ben ik mijn bijdrage begonnen met het uitspreken van onze waardering voor dit wetsvoorstel. Wij juichen dit wetsvoorstel dus op zich toe. Maar zegt de minister nu dat de wet pas in werking treedt als die ene AMvB, die al die punten in de wet dekt, en die drie ministeriële verantwoordelijkheden bekend zijn?”
Minister Hermans:
“Ja, dat zeg ik. De uitwerking van die AMvB en die ministeriële regelingen zijn straks belangrijk voor het daadwerkelijk kunnen uitvoeren van de wet. Op het moment dat deze wet in werking treedt, heeft de AMvB hier voorgehangen en hebben we een advies gehad van de Raad van State. Dan hebben we die dus kunnen vaststellen en dan zijn de ministeriële regelingen ook van kracht.”
De heer Panman (BBB):
“Oké, dank u wel. Die wordt voorgehangen, dus ook voor deze Kamer. Is dat dan een lichte of een zware voorhang?”
Minister Hermans:
“Medium? Nu overvraagt de heer Panman mij eventjes. Dit zal ik checken, want dit heeft met termijnen te maken. Ik moet het even checken. Daar kom ik zo bij u op terug.”
Handelingen I 2024-2025, nr. 10, item 5 - blz. XXX
Minister Hermans:
(…)
“Ik heb de Tweede Kamer al toegezegd dat ik de AMvB aan haar zal voorleggen. Dat zeg ik ook expliciet tegen de heer Panman, die mij daarnaar vroeg: de AMvB wordt aan u voorgelegd conform de procedure dat zij vier weken bij beide Kamers voorhangt. Overigens moet ik wel tegen de heer Holterhues zeggen dat voor dit specifieke onderwerp geen regels zijn voorzien. In de Energiewet is ook geen grondslag opgenomen voor een nadere uitwerking bij AMvB van dit hele specifieke onderwerp. Maar in het algemeen kan ik zeggen dat die ene AMvB, die dus onder deze wet komt te hangen, in de Eerste Kamer komt voor te hangen. Dat was blokje twee.”
-
3 december 2024
toezegging gedaan