Dit wetsvoorstel wijzigt de Wet op het financieel toezicht (Wft), de Bankwet 1998, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Wet bekostiging financieel toezicht 2019 (Wbft 2019) om de goede werking van het chartale betalingsverkeer te waarborgen. Het doel is dat contant geld in Nederland op de lange termijn bruikbaar, beschikbaar, bereikbaar en betaalbaar blijft.
Het gebruik van contant geld is de afgelopen jaren sterk afgenomen door digitalisering, veranderende voorkeuren en de coronapandemie. Toch heeft contant geld een belangrijke maatschappelijke functie: het bevordert inclusiviteit voor mensen die niet digitaal kunnen betalen, het biedt een terugvaloptie bij storingen in het elektronische betalingsverkeer en het vormt het enige publieke geld, wat vertrouwen in het financiële systeem versterkt. Door kostenbesparingen, veiligheidsmaatregelen (zoals tegen plofkraken) en krimp van de infrastructuur staat de beschikbaarheid en bereikbaarheid van contant geld echter onder druk. Daarom legt het voorstel een zorgplicht op aan de grote banken om te zorgen voor een chartale basisinfrastructuur, waaronder een landelijk dekkend netwerk van geldautomaten voor opname én storting. Banken met meer dan 50.000 rekeninghouders moeten hun klanten toegang bieden tot deze infrastructuur tegen redelijke, gereguleerde tarieven. Zo wordt voorkomen dat het gebruik van contant geld wordt ontmoedigd en wordt de maatschappelijke verantwoordelijkheid van banken wettelijk vastgelegd. Daarnaast bevat het wetsvoorstel bepalingen om de continuïteit van het geldtransport te waarborgen.
De acceptatieplicht voor contant geld valt buiten dit wetsvoorstel. Deze verplichting was onderdeel van de Wet plan van aanpak witwassen (36.228) en via Europese regelgeving over de status van contant geld als wettig betaalmiddel.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
Het voorstel is in behandeling bij de Tweede Kamer.
ingediend
21 maart 2025titel
Wijziging van de Wet op het financieel toezicht, de Bankwet 1998 en enige andere wetten in verband met de goede werking van het chartale betalingsverkeer (Wet chartaal betalingsverkeer)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld