Verslag van de vergadering van 25 maart 2025 (2024/2025 nr. 23)
Status: ongecorrigeerd
Aanvang: 21.34 uur
Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.
Mevrouw Perin-Gopie i (Volt):
Dank u wel, voorzitter …
De voorzitter:
Moeten we even schorsen, mevrouw Perin-Gopie?
Mevrouw Perin-Gopie (Volt):
Toen ik hierheen liep, dacht ik: "Van wie is deze prachtige wandelstok? Volgens mij is die van mijn buurman. Dan neem ik 'm zo mee terug." Maar daarvoor sta ik hier niet en het is ook niet meer nodig.
De voorzitter:
Dat was de eerste minuut.
Mevrouw Perin-Gopie (Volt):
Allereerst wil ik de bewindspersonen bedanken voor hun antwoorden en hun tijd hier, want we zitten hier al een tijdje. Ik heb de minister veel bevraagd. Veel van de vragen van Volt gingen over het hoger onderwijs. In de schriftelijke ronde hadden we ook al vragen gesteld over media en cultuur, maar we hebben vandaag specifiek gefocust op het hoger onderwijs, omdat we daar de grootste problemen voorzien. In de beantwoording van de minister heb ik ook een aantal tegenstrijdigheden gehoord, waardoor ik er nog steeds niet gerustgesteld over ben dat dit een begroting is waar we voor zouden moeten stemmen. Zo geeft de minister aan dat de administratieve lasten omlaag moeten in het hoger onderwijs, maar houdt hij wel vast aan de toets anderstalig onderwijs voor alle opleidingen, wat voor een enorme administratieve last zal zorgen. Ik hoor de minister zeggen dat Nederlands de voertaal moet zijn in het hoger onderwijs, maar ik hoor hem ook zeggen dat we internationaal toptalent naar Nederland moeten halen en dat deze mensen dan vanzelf wel Nederlands leren, omdat zij in Nederland willen blijven. Met dat laatste ben ik het wel eens, want die kans is heel aanzienlijk. Maar als de minister graag wil dat de voertaal Nederlands is ... Dat vind ik gewoon onrealistisch. Dat past niet bij de wetenschap. Het is wel heel tegenstrijdig om te zeggen: we gaan internationaal toptalent halen terwijl we zien dat hogeronderwijsinstellingen bezig zijn met enorme ontslagrondes. Daarnaast heb ik de minister en de staatssecretaris horen zeggen dat de kwaliteit van het onderwijs omhoog moet. Maar er wordt enorm bezuinigd op het onderwijs. Ik zie niet hoe dat goed samengaat.
Iets anders wat mij is opgevallen in dit debat, is dat ik deze bewindspersonen niet heb gehoord over de Voorjaarsnota. Dat is aan de ene kant een geruststelling. Hopelijk realiseren deze bewindspersonen zich dat die Voorjaarsnota geen onuitputtelijke pot met geld is. Maar tegelijkertijd baart dat Volt ook zorgen. We hebben hier in deze Kamer de afgelopen weken meerdere bewindspersonen horen zeggen dat ze bij de Voorjaarsnota nog van alles gaan regelen, met het idee alsof daar heel veel geld is. De zorg van Volt is dat dat misschien wel kan betekenen dat die andere bewindspersonen toch weer naar OCW kijken. Mijn vraag aan de bewindspersonen is dan ook: blijft de OCW-begroting zoals die is of wordt er bij de Voorjaarsnota nog iets van afgesnoept door andere departementen?
Voorzitter. We hebben het gehad over de krimpregio's. Onze zorg is er nog steeds, vooral rondom de regio Zeeland. Het is ons niet duidelijk hoe deze minister die regio draaiende houdt, aangezien het hoger onderwijs daar dreigt te verdwijnen, of in ieder geval ernstig verschraalt.
Ook heb ik de minister iets horen zeggen over academische vrijheid. Dat vond ik heel geruststellend, want ik had veel vragen gesteld over onder andere mediastudies en genderstudies. Ik was blij te horen dat de minister bevestigde dat we die academische vrijheid moeten borgen en dat we ons daar als politiek niet mee moeten bemoeien, om die vrijheid te behouden. Als ik het goed heb begrepen, staat de minister daar voor en zullen de studies die kritisch denken stimuleren en studenten daarin motiveren, behouden blijven. Ik vertrouw er ook op dat dat een gegeven is. Maar ik zal dus ook met een kritische blik kijken naar de toekomstige plannen voor het hoger onderwijs.
Als laatste. We hebben eer deze avond gestemd over het voorlichtingsverzoek aan de Raad van State over wat er gebeurt als begrotingsstaten worden weggestemd. Mijn fractie hoopt toch echt dat we in deze Kamer op een meerderheid kunnen rekenen en dat we eerst dat advies afwachten voordat we gaan stemmen over de begrotingsstaten. Dat is vooral een oproep aan de collega's.
Dan sluit ik af met: wees niet dom. Ik begon mijn eerste termijn met De domheid regeert, het boek van Sander Schimmelpenninck. Ik sluit graag af met nog een keer het woord "dom". Wees alstublieft niet dom. Laten we dit niet doen. Laten we tegen deze begrotingsstaten stemmen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank u wel, mevrouw Perin-Gopie. Dan is het woord aan de heer Van Apeldoorn namens de SP.