2.36552
Wet kwaliteitsbevordering uitvoering verkiezingsproces
Beslispunt
Hoe wenst de commissie het voorstel te behandelen?
Internetconsultatie en uitvoeringstoetsen
Conform de Kamernotitie Uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en doenvermogen burgers treft u hieronder een overzicht met links naar de internetconsultatie en eventuele uitvoeringstoetsen:
Procedure
3.36571
Wet aanscherping strafbaarstelling ronselen
Beslispunt
Hoe wenst de commissie het voorstel te behandelen?
Internetconsultatie en uitvoeringstoetsen
Conform de Kamernotitie Uitvoerbaarheid, handhaafbaarheid en doenvermogen burgers treft u hieronder een overzicht met links naar de internetconsultatie en eventele uitvoeringstoetsen:
Procedure
4.Overzicht beleidsvoornemens Rijk met financiële impact op taken medeoverheden
Beslispunt
Wenst de commissie in nader schriftelijk overleg te treden met de minister van BZK n.a.v. haar brief van 9 mei 2025?
Toelichting
In uw commissievergadering van 14 januari jl. is, op verzoek van het lid Lievense (BBB), als volgt besloten: De commissie besluit een conceptcommissiebrief te laten opstellen met het verzoek om de Tweede Kamermotie Van der Graaf/Van der Molen (35300 VII, 46 herdruk) uit te voeren door het gevraagde overzicht van de beleidsvoornemens van het Rijk die financiële impact op de taken van medeoverheden hebben, conform artikel 2 Financiële-verhoudingswet aan de Eerste Kamer te sturen.
De genoemde commissiebrief is op 29 januari 2025 aan de minister van BZK verstuurd met het verzoek om de Kamer voor 1 mei 2025 het gevraagde overzicht te sturen. De minister heeft bij brief van 9 mei 2025 geantwoord. Het verslag van een schriftelijk overleg ligt heden ter bespreking voor.
Bespreking verslag schriftelijk overleg
5.CLXX
Voorstel voor een Gedragscode ongewenste omgangsvormen Eerste Kamer
Beslispunt
Welke leden leveren vandaag inbreng voor het verslag?
Toelichting
CVO-voorstel voor een Gedragscode ongewenste omgangsvormen op grond artikel 131 RvO
Het voorstel van CVO voor een Gedragscode ongewenste omgangsvormen geeft invulling aan artikel 131 Reglement van Orde (RvO): “Bij afzonderlijke regeling van de Kamer wordt een Gedragscode ongewenste omgangsvormen vastgesteld waarin voorschriften worden gegeven ter voorkoming van ongewenst gedrag door leden van de Kamer. In deze afzonderlijke regeling wordt tevens een instrumentarium vastgelegd ten behoeve van de naleving en interpretatie van deze Gedragscode.” Op dit moment heeft de Kamer nog geen code vastgesteld.
Voorbereidend onderzoek in de vaste commissie BIZA
De wijze van totstandkoming van een Gedragscode wordt geregeld in artikel 140 RvO. Daarin staat dat de artikelen uit hoofdstuk XV van het RvO van overeenkomstige toepassing zijn op voorstellen tot vaststelling van de overige op grond van het RvO door de Kamer vast te stellen regelingen. De Kamer heeft op 18 maart jl. op grond van artikel 133, lid 1 RvO en na besprekingen in het College van fractievoorzitters de vaste commissie BIZA belast met het voorbereidend onderzoek van het voorstel. De leden Van der Linden (VVD) en Van Aelst-Den Uijl (SP) wensen, op grond van artikel 37, lid 2 RvO, deel te nemen aan het voorbereidend onderzoek. Uw commissie heeft op 1 april jl. besloten vandaag gelegenheid te bieden tot het leveren van inbreng voor het verslag.
Voorbereidend onderzoek vergelijkbaar met dat van een wetsvoorstel
Voor wat het voorbereidend onderzoek van het voorstel in de commissie betreft, geldt dat het voorstel op de gewone wijze, als is het een wetsvoorstel, wordt behandeld. Artikel 136, lid 1 RvO bepaalt immers dat het voorstel ‘op dezelfde wijze [wordt behandeld] als een wetsvoorstel dat aan de commissie is toevertrouwd, waarbij de voorsteller in de plaats treedt van de minister.’ Het CVO zal de vragen in het verslag/de verslagen schriftelijk beantwoorden met een nota naar aanleiding van het verslag.
Het voorbereidend onderzoek kent maximaal drie schriftelijke vraag- en antwoordenrondes (artikel 45 RvO) (artikel 46 RvO: met toestemming van de Kamer vier) en ook kan het commissie-instrumentarium worden benut (artikel 38 RvO). Anders dan bij wetsvoorstellen kunnen leden amendementen voorstellen (artikel 134 RvO) en kan CVO - waanneer bijvoorbeeld vragen/opmerkingen daartoe aanleiding geven - het voorstel wijzigen (artikel 135 RvO). Mocht een lid overwegen een amendement in te dienen, dan wordt aangeraden het concept voor indiening voor een wetstechnische toets voor te leggen aan de stafmedewerker van de commissie BIZA, dr. Sofie Wolf.
Inbreng voor het verslag
6.35295, BA
Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister en staatssecretaris van BZK over voortgang Rijksbrede strategie effectieve aanpak desinformatie; EU en de rechtsstaat
Beslispunt
Welke leden leveren vandaag inbreng voor nader schriftelijk overleg?
Toelichting
Bij brief van 17 juni 2024 informeerde de staatssecretaris van Digitalisering en Koninkrijksrelaties de Kamer over de voortgang van de Rijksbrede strategie voor de effectieve aanpak van desinformatie en de aankondiging nieuwe acties. Op 5 februari 2025 is een brief aan de minister van BZK gestuurd met nadere vragen van de fracties van de BBB, GroenLinks-PvdA en de PvdD. De minister en de staatssecretaris hebben bij brief van 24 maart geantwoord. Op 1 april jl. heeft uw commissie besloten vandaag gelegenheid te bieden tot het leveren van inbreng voor nader schriftelijk overleg.
Inbreng nader schriftelijk overleg
7.29362, W
Brief van de minister van BZK over voortgang Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden; Modernisering van de overheid
Beslispunt
Welke leden leveren vandaag inbreng voor schriftelijk overleg?
Toelichting
Bij brief van 31 maart 2025 informeerde de minister van BZK, mede namens de minister van IenW, de Kamer over de voortgang van het instrument uitvoerbaarheidstoets decentrale overheden (UDO). Dit instrument faciliteert het vroegtijdige gesprek tussen Rijk en medeoverheden over uitvoerbaar beleid. Op 1 april jl. heeft uw commissie besloten vandaag gelegenheid te bieden tot hetleveren van inbreng voor schriftelijk overleg. Ook heeft u de brief doorgeleid naar de brainstormgroep 'uitvoerbaarheid'. De brainstormgroep heeft kennisgenomen van de brief en zal deze zonodig betrekken bij haar werkzaamheden.
Inbreng voor schriftelijk overleg
8.35619, H
Brief van de minister van BZK ter aanbieding van de evaluatie functioneren gemeente Maashorst; Samenvoeging van de gemeenten Landerd en Uden
Beslispunt
Welke leden leveren vandaag inbreng voor schriftelijk overleg?
Toelichting
Per 1 januari 2022 zijn de Brabantse gemeenten Landerd en Uden samengevoegd tot de gemeente Maashorst. De minister van BZK informeerde de Kamer bij brief van 2 april 2025 over de evaluatie van deze nieuwe gemeente. Eerder had uw commissie de opzet van deze evaluatie gemonitord (Toezegging T03262: Toezegging Toezending opzet evaluatie fusiegemeente (35.619)). Op 15 april jl. besloot uw commissie vandaag gelegenheid te bieden tot het leveren van inbreng voor schriftelijk overleg.
Inbreng voor schriftelijk overleg
9.CLXIV, H
Brief van de staatssecretaris Herstel Groningen ter aanbieding van de staat van Groningen en Noord-Drenthe 2025; Herstel Groningen
Beslispunt
Wenst de commissie in schriftelijk overleg te treden of wenst zij de kabinetsreactie op de Staat af te wachten?
Toelichting
Bij brief van 15 april 2025 biedt de staatssecretaris van BZK de Kamer de Staat van Groningen en Noord-Drenthe 2025 aan, waarmee het Rijk en de regio de voortgang op de uitvoering van de maatregelen uit Nij Begun monitoren. De kabinetsreactie op deze Staat wordt medio juni 2025 verwacht.
Bespreking
10.Jaarverslag 2024 Raad van State
Beslispunt
Wenst uw commissie de Raad van State uit te nodigen voor een gezamenlijk gesprek met de commissie J&V over het jaarverslag 2024?
Toelichting
Op 17 april 2025 heeft de Raad van State het jaarverslag 2024 uitgebracht en aangeboden aan de Kamer. De algemene beschouwing waarmee het jaarverslag van de Raad van State ieder jaar begint, is deze keer gewijd aan krachten en kwetsbaarheden in de democratie. Het gaat in op de vraag welke elementen van de democratie aandacht nodig hebben om te garanderen dat de democratie nu en in de toekomst haar centrale doelstellingen kan blijven verwezenlijken.
De commissie J&V heeft in haar vergadering van 22 april jl., waarin dit jaarverslag was geagendeerd, voorgesteld de Raad van State uit te nodigen voor een gesprek samen met de commissie BIZA. Aangezien de Hoge College's van Staat behoren tot het beleidsterrein van de commissie BIZA, wordt uw commissie vandaag de vraag voorgelegd of u kan instemmen met een gezamenlijk gesprek van de commissies BIZA en J&V met de Raad van State om een toelichting te geven op het jaarverslag.
11.Goedkeurende beleidsbesluiten
Beslispunt
Welke leden leveren vandaag inbreng voor schriftelijk overleg over het onderwerp goedkeurende beleidsbesluiten met de minister van BZK?
Toelichting
Concrete casussen 'goedkeurende beleidsbesluiten' in de commissies FIN en SZW
De staatssecretaris van Financiën heeft de Kamer op 12 december 2024 een brief (31066, AM) doen toekomen over het kader beleidsbesluiten vooruitlopend op wetgeving op het terrein van Belastingen. Deze brief is behandeld in de gecombineerde commissievergadering van Financiën en SZW op 28 januari 2025. De staatssecretaris stelde in zijn brief in algemene zin het gebruik van het instrument aan de orde.
De aandacht in beide commissies voor het onderwerp van goedkeurende beleidsbesluiten was tweeledig. In de commissie Financiën was de aanleiding de de brief van de staatssecretaris van Financiën over de omgang met het overgangsrecht bij btw-tarief op media, cultuur en sport (36602, T). In de commissie SZW de brief van de staatssecretaris van Financiën over de fiscale knelpunten Wet toekomst pensioenen (36067, BZ). In beide brieven is het gebruik van het instrument 'goedkeurend beleidsbesluit' aangekondigd. Naar aanleiding van beide brieven is schriftelijk overleg gevoerd (36067, CC) en (36067, CG).
Tevens is schriftelijk overleg gevoerd door de gecombineerde commissies Financiën en SZW met de staatssecretaris n.a.v. zijn brief van 12 december 2024.
Notitie heroverweging goedkeurende beleidsbesluiten in de maak
Bij de begrotingsbehandeling Binnenlandse Zaken (36.600 VII) op 8 april 2025 heeft de minister van BZK in reactie op vragen van het lid Van Rooijen (50PLUS) de Kamer een notitie toegezegd over de vraag óf het afwegingskader rondom goedkeurende beleidsbesluiten aanpassing behoeft.
De week daarna is dit aan de orde geweest in de commissies BIZA, Financiën en SZW en is als volgt besloten.
In de gecombineerde vergadering van de commissies Financiën en SZW is op 15 april, n.a.v. het verslag schriftelijk overleg met de staatssecretarissen van Financiën over het gebruik goedkeurende beleidsbesluiten (31066, AN), besloten: Bij de begrotingsbehandeling Binnenlandse Zaken (36.600 VII) op 8 april 2025 heeft de minister van BZK de Kamer een notitie toegezegd over de vraag óf het afwegingskader rondom goedkeurende beleidsbesluiten aanpassing behoeft. De commissies besluiten om die reden het verdere overleg met de regering over dit onderwerp te laten aan de commissie BIZA. Zij stellen voor dat in de eerstvolgende vergadering van die commissie gelegenheid wordt geboden voor overleg met de minister van BZK, vooruitlopend op toezending van de toegezegde notitie in het derde kwartaal 2025.
Na beantwoording van de openstaande nadere vragen van 26 maart 2025 over het beleidsbesluit technische knelpunten Wet toekomst pensioenen zal de bespreking van die concrete casus worden voortgezet in de commissie SZW.
In de commissievergadering BIZA van 15 april jl is het onderwerp goedkeurende beleidsbesluiten besproken en het volgende besloten: Het lid Van Rooijen (50PLUS) brengt onder de aandacht dat bij de begrotingsbehandeling Binnenlandse Zaken (36.600 VII) op 8 april 2025 de minister van BZK de Kamer een notitie heeft toegezegd over de vraag óf het afwegingskader 2023 rondom goedkeurende beleidsbesluiten aanpassing behoeft. De notitie wordt verwacht in het derde kwartaal van 2025, en zal bij aanbieding worden geagendeerd in deze commissie. In de commissies SZW en FIN zijn momenteel concrete casussen van goedkeurende beleidsbesluiten in behandeling. In het vervolgtraject bij BIZA zal zoveel mogelijk afstemming worden gezocht met genoemde commissies.
Het onderwerp goedkeurende beleidsbesluiten staat vandaag geagendeerd voor inbreng voor schriftelijk overleg met de minister van BZK, vooruitlopend op de door haar toegezegde notitie met een heroverweging van het afwegingskader. Het is de bedoeling dat de vragen die heden worden ingediend de concrete casussen die nu bij FIN en SZW voorliggen overstijgen.
Inbreng
12.Mededelingen en informatie
Geprioriteerd voorstel inzake een nieuwe Europese strategie voor interne veiligheid
Op 15 april 2025 besloot uw commissie om onder ander de mededeling betreffende een nieuwe Europese strategie voor interne veiligheid (COM(2025)148) te prioriteren voor het (nog vast te stellen) Europees werkprogramma van de Eerste Kamer. De mededeling is reeds gepubliceerd en is in de commissie J&V opgepakt op verzoek van het lid Van Gasteren (BBB). Op 27 mei 2025 zal er in de commissie J&V inbreng worden geleverd voor schriftelijk overleg.
Implementatie van de richtlijn betreffende normen voor organen voor gelijke behandeling
Op 25 april 2025 ontving de Kamer de eerste kwartaalrapportage van de implementatie van richtlijnen van 2025. Hierin schrijft de minister van Buitenlandse Zaken dat de implementatie van onder andere de richtlijn betreffende normen voor organen voor gelijke behandeling (E230002) niet op schema ligt. De richtlijn dient uiterlijk op 19 juni 2026 te zijn geïmplementeerd.
Jaarverslag AIVD
Ter informatie is het jaarverslag van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) toegevoegd dat de minister van BZK op 24 april 2025 aan de Kamer heeft aangeboden.
Benoeming Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers
De minister van BZK heeft de Kamer bij brief van 24 april jl. geïnformeerd over de benoeming van drie nieuwe leden in het Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers.
Reactie Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers op wetsvoorstel regels vervolgfuncties bewindspersonen
Het Adviescollege rechtspositie politieke ambtsdragers heeft in een brief van 12 maart 2025 aan beide Kamers der Staten-Generaal aandacht gevraagd voor de in het wetsvoorstel regels vervolgfuncties bewindspersonen opgenomen normering voor de advisering over de aanvaardbaarheid van een vervolgfunctie. De minister van BZK heeft, op verzoek van de Tweede Kamercommissie voor Binnenlandse Zaken, op 23 april 2025 een inhoudelijke reactie op de brief van het adviescollege gegeven. Beide brieven zijn ter informatie toegevoegd.
Nota n.a.v. het verslag initiatiefvoorstel correctief referendum
Tweede Kamerlid Van Nispen (SP) heeft de Kamer de nota naar aanleiding van het verslag gestuurd inzake het Voorstel van wet van het lid Van Nispen houdende verandering in de Grondwet, strekkende tot opneming van bepalingen inzake het correctief referendum (36468). De beantwoording van de vragen aan de regering in het verslag worden zeer binnenkort verwacht. Hierna zal het voorstel voor nadere procedure geagendeerd worden in uw commissie. De nota n.a.v. het verslag is als bijlage toegevoegd aan dit agendapunt.
Evaluatie en verkenning grenscorrectie met de gemeente Alkmaar
Per 1 januari 2022 zijn de Noord-Hollandse gemeenten Heerhugowaard en Langedijk samengevoegd tot de gemeente Dijk en Waard. Bij de behandeling van het wetsvoorstel tot deze herindeling is in de Tweede Kamer een motie van het lid Snoeren c.s. aangenomen. De motie riep de minister van BZK op om de provincie Noord-Holland te verzoeken om na voltooiing van het herindelingsproces met de gemeente Dijk en Waard, de gemeente Alkmaar en de inwoners van Sint Pancras en Koedijk te evalueren en te verkennen of voor de twee dorpen een grenscorrectie met de gemeente Alkmaar een duurzame oplossing is. Met de brief van 17 april 2025 deelt de minister de uitkomsten van deze evaluatie en verkenning.
Briefadvies Raad van State aan Tweede en Eerste Kamer: wetgevingskwaliteit amendering
Bijgaand treft u ter kennisneming aan het briefadvies aan Tweede en Eerste Kamer inzake amendering en wetgevingskwaliteit. In 2021 formuleerde de Raad aanbevelingen over verbetering van de wetgevingskwaliteit gericht aan de regering en de departementen (Dossier: Integraal wetgevingsbeleid). In het nu aan de Kamers aangeboden briefadvies stelt de Afdeling advisering een ander aspect van de wetgevingskwaliteit aan de orde, waarbij de Tweede Kamer een cruciale rol vervult, namelijk de amendering van een wetsvoorstel. De Afdeling advisering adviseert de Tweede Kamer tijd en ruimte te nemen voor de zorgvuldige voorbereiding van amendementen. Aan de Eerste Kamer wordt in overweging gegeven Voorlichting te vragen bij door de Tweede Kamer (ingrijpend) gewijzigde wetsvoorstellen indien over de betreffende amendementen geen voorlichting is gevraagd door de Tweede Kamer of de betrokken bewindspersoon. Het briefadvies is ook ter kennisneming gevoegd bij M&I van de commissie BIZA en zal later breder worden verspreid. Zie ook het nieuwsbericht op de website van de Raad van State.