T04054

Toezegging Bij augustusbesluitvorming refereren aan motie Flach en Van der Lee (36.725)



De minister van Financiën zegt naar aanleiding van een vraag van het lid Schalk (SGP) toe, tijdens de augustusbesluitvorming te refereren aan de aangenomen motie van de Tweede Kamerleden Flach en Van der Lee.


Kerngegevens

Nummer T04054
Status openstaand
Datum toezegging 1 juli 2025
Deadline 1 juli 2026
Verantwoordelijke(n) Minister van Financiën
Kamerleden P. Schalk (SGP)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen augustusbesluitvorming
kindgebonden budget
koopkracht
Kamerstukken Voorjaarsnota 2025 (36.725)


Uit de stukken

Handelingen I 2024-2025, nr. .., item .. - blz. XXX

Minister Heinen:

“We gaan wat in onderwerpen variëren. Ik ga nu naar het kindgebonden budget. Daar had de heer Schalk een vraag over. Hij vroeg naar de maatregel met betrekking tot het kindgebonden budget die in het kader van de Voorjaarsnota is genomen en natuurlijk de koopkracht raakt. Daarbij moet ik zeggen dat we de koopkrachtdiscussie in augustus voeren. Dan heb ik een koopkrachtbeeld en maken we specifiek beleid langs de lijn van verschillende groepen. Meer specifiek op deze vraag antwoord ik dat het klopt dat in de Voorjaarsnota is afgesproken dat het afbouwpercentage van het kindgebonden budget iets verhoogd wordt. Dat geldt voor een inkomen vanaf €60.000. Dat is dat extra knikpunt waar vaak naar wordt verwezen. Het klopt dat in de Tweede Kamer een motie is aangenomen om deze maatregel anders in te richten. Ik heb die motie ontraden, omdat dit het koopkrachtbeeld betreft. Ik heb aangegeven dat ik deze discussie wil voeren bij de augustusbesluitvorming, zodra het kabinet die heeft afgerond. Dan heeft u een beeld van hoe de koopkracht is verdeeld over de verschillende inkomensgroepen.

Dan kom ik bij mijn favoriete onderdeel: de aiq, de arbeidsinkomensquote. Dat wordt een klassiek nummertje.”

De voorzitter:

“Maar niet dan nadat de heer Schalk van de SGP heeft geïnterrumpeerd.”

De heer Schalk (SGP):

“Het is heel fijn dat het vakkundig naar de begroting toe is gebracht, maar kunnen we erop rekenen dat er naar aanleiding van die motie keuzes gemaakt gaan worden? Of is dat een te snelle conclusie van mij?”

Minister Heinen:

“Ik vrees dat dat net te snel gaat. Ik verwees naar de augustusbesluitvorming. Ik vind het uiteraard een terecht politiek debat, maar ik vind dat we dat meer geïnformeerd moeten voeren met elkaar wanneer we het hele beeld hebben. Toen de motie in de Tweede Kamer werd ingediend naar aanleiding van het debat we daar hebben gevoerd gaf ik aan dat ik het zelf niet verstandig vond om er één maatregel uit te nemen en te zeggen dat die maatregel op zichzelf slecht is. We moeten kijken wat het totaal aan maatregelen doet voor de koopkracht van specifieke groepen. Vanuit dat vertrekpunt moeten we het politieke debat voeren.”

De heer Schalk (SGP):

“Dat begrijp ik op zich wel. De motie is, hoewel de minister die in de Tweede Kamer had ontraden, wel aanvaard. Ik ga ervan uit dat in de augustusbesluitvorming gerefereerd wordt aan die motie, zodat duidelijk wordt waar die geland is.”

Minister Heinen:

“Dat gaan we doen. Ik hoop nogmaals meer inzicht te hebben in de precieze koopkrachteffecten in totaliteit. Deze Voorjaarsnota was in die zin wat atypisch. Ik ga straks nader in op het proces. Er zijn best wat maatregelen genomen die ingrijpen op koopkracht. Ik heb bij de fractievoorzitters aangegeven dat het beter was om die discussie in augustus te voeren. In de Voorjaarsnota moeten we sec het uitgavenbeeld met elkaar bespreken. Er was toch politiek de behoefte om ook wat koopkrachtmaatregelen aan te kondigen. Die moesten van dekking worden voorzien. Daar komt deze maatregel uit voort. Ik heb gezegd: laten we de effecten daarvan in augustus bespreken. Dan kunt u vanuit uw politieke overtuiging beoordelen of die fair uitpakken.”

Kamerstukken II 2024/25, 36 725, nr. 23.

Debat over de Voorjaarsnota in TK:

Minister Heinen:

“De motie op stuk nr. 23 van de heer Flach en de heer Van der Lee zou ik ook willen ontraden, want koopkracht doen we echt in augustus. Het zou onverstandig zijn om dat nu al te doen.”

De voorzitter:

“De motie op stuk nr. 23: ontraden.”


Brondocumenten


Historie

  • 1 juli 2025
    toezegging gedaan