Dinsdag 9 juli 2024, commissie Koninkrijksrelaties (KOREL)




Agenda

1.Vaststellen agenda

2.31568, W

Brief van de staatssecretaris van BZK over verlenging samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken en aanbieding 47ste voortgangsrapportage Sint Maarten; Staatkundige vernieuwing van het Koninkrijk; Toezegging De Eerste Kamer zal tweemaal per jaar geïnformeerd worden over de voortgang van de uitvoering van de plannen van aanpak inzake de AMvRB 'Waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint-Maarten' (32.213 (R1903)

Beslispunt:

  • Geeft de 47e voortgangsrapportage Sint Maarten, resp. de brief met ontwerp-KB tot verlenging van de samenwerkingsamvrb, aanleiding tot schriftelijk overleg of kunnen deze stukken voor kennisgeving worden aangenomen?

Toelichting:

Conform toezegging T01222 (gecategoriseerd als 'legisprudentie') worden de Kamers twee maal per jaar geïnformeerd over de uitvoering van de plannen van aanpak inzake de AMvRB 'Waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint Maarten'. In 2017 zijn deze plannen voor Curaçao afgerond. Voor Sint Maarten resteren nog immer de plannen inzake detentie en politie. Bijgaand treft u de 47ste voortgangsrapportage m.b.t. Sint Maarten.

Procesinformatie:

De Rijksministerraad heeft op 21 juni 2024 ingestemd met de verlenging van de Amvrb. Conform artikel 42, vierde lid van de Amvrb dienen beide Kamers van de Staten-Generaal gekend te worden in ieder besluit tot beëindiging of verlenging van de Amvrb. Daarnaast dient de verlenging van het besluit uiterlijk twee maanden voor het verstrijken van de huidige termijn (10 augustus 2024) bekendgemaakt te worden. Het ontwerp van het koninklijk besluit dat deze verlenging regelt treft u bij dit schrijven aan.

Op 21 oktober 2023 is de Rijkswet aangenomen tot wijziging van de artikelen 14 en 38 van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden (Stb. 2023, 407), waarmee de mogelijkheid is beperkt een algemene maatregel van rijksbestuur uit te vaardigen zonder wettelijke grondslag daartoe (Betreft de initiatiefrijkswet-Van Laar; zie verder dossier 27570 (R1672)). In samenspraak met Aruba, Curaçao en Sint Maarten wordt op dit moment gewerkt aan Rijkswetgeving die een grondslag biedt voor zelfstandige algemene maatregelen van rijksbestuur die hun gelding dienen te behouden, waaronder de Samenwerkingsregeling.



3.CLIX, B

Verslag van een schriftelijk overleg met de staatssecretaris van BZK over werkbezoek aan Caribisch deel Koninkrijk van 9 tot en met 20 februari 2024; Werkbezoek Caribisch deel Koninkrijk februari 2024

Beslispunten:

  • geven de antwoorden op de naar aanleiding van het werkbezoek gestelde vragen nog aanleiding tot nader schriftelijk overleg of kunnen deze antwoorden voor kennisgeving worden aangenomen?
  • wenst de commissie een brainstorm te houden om te komen tot commissiebrede aandachtspunten op het terrein van Koninkrijksrelaties?
  • zo ja, wenst de commissie dan als eerste stap ná het zomerreces een kennismakingsgesprek te voeren met de nieuwe bewindspersoon?

Toelichting bij schriftelijk overleg

Een delegatie van leden uit de commissie heeft in februari 2024 - aan de begin van de zittingsperiode - een werkbezoek afgelegd aan het Caribisch deel van het Koninkrijk. Naar aanleiding van dat bezoek zijn schriftelijk vragen gesteld door de leden van de fracties van GroenLinks-PvdA, PVV, ChristenUnie, PvdD, JA21 en OPNL. Verschillende fracties hebben zich bij diverse vragen aangesloten.

De staatssecretaris heeft de vragen op 27 juni 2024 beantwoord. Het verslag schriftelijk overleg ligt heden ter bespreking voor.

Brainstorm commissiespeerpunten

Naar aanleiding van het werkbezoek van de commissie dit voorjaar aan het Caribisch deel van het Koninkrijk, is door een van commissieleden het voorstel gedaan of de commissie in een brainstormsessie zou kunnen nadenken of er wellicht een paar concrete aandachtspunten zijn aan te wijzen, die commissiebreed de aandacht hebben en waarbij - enigszins de verschillende partijpolitieke opvattingen overstijgend - een collectieve inzet zou worden gepleegd om zaken voor inwoners in het Caribische deel van het Koninkrijk verder te brengen, te verbeteren of vlot te trekken. In het verleden heeft de commissie zich bijvoorbeeld collectief ingezet voor het zetten van stappen naar vaststelling van een sociaal minimum in Caribisch Nederland. Voor een goed beeld van de werkzaamheden van uw commissie in de vorige zittingsperiode, kunt u bijvoorbeeld het introductiedossier raadplegen op uw persoonlijke webpagina (geactualiseerd als werkbezoekdossier, zie dossier CLIX).

Mede ter inspiratie kan ook worden verwezen naar de Kennisagenda 2024 van Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties, die u via deze link kunt raadplegen.

Bij het eventueel bepalen van speerpunten, speelt natuurlijk altijd de vraag of er een rol weggelegd kan zijn voor het Nederlandse parlement, i.c. de Eerste Kamer ("Gaan we erover?" en ook "Past het bij de rol van de Eerste Kamer?"):

  • Op de eerste plaats moet onderscheid gemaakt worden tussen de autonome landen Aruba, Curacao en Sint Maarten enerzijds en Caribisch Nederland anderzijds. De CAS-landen zijn autonoom op een groot aantal beleidsterreinen, hun regeringen en de Staten bepalen in onderling samenspel het beleid en de regelgeving. Enkel wanneer het gaat om Koninkrijkstaken, de waarborgfunctie in het geding is of samenwerking wordt gezocht met Nederland, spelen de Staten-Generaal een rol. Voor Caribisch Nederland zijn de Staten-Generaal de medewetgever en de controleur van de regering.
  • Ook kan bij het eventueel bepalen van commissiespeerpunten ernaar gestreefd worden aan te sluiten bij de beleids- en wetgevingsagenda van de (Koninkrijks)regering (vgl. bijvoorbeeld wijzigingen WolBES en FinBES). Deels gaat dat om lopende zaken (denk bijvoorbeeld aan de voorgenomen wijzigingen van WolBES en FinBES). Deels zijn de Kamers nog in afwachting van de nadere invulling bijvoorbeeld door staatssecretaris Zsolt Szabó van zijn portefeuille en de uitwerking van het regeringsbeleid.

De commissie zou in de vergadering van heden kunnen besluiten of zij behoefte heeft aan deze brainstorm, en zo ja, hoe zij deze wenst in te richten na het zomerreces. In aanloop naar de brainstorm, zou bijvoorbeeld de verantwoordelijk bewindspersoon uitgenodigd kunnen worden voor een kennismakingsgesprek en zijn voornemens voor de concrete invulling van de portefeuille Koninkrijksrelaties. Een andere suggestie zou kunnen zijn dat in vervolg daarop ieder commissielid schriftelijk inbreng levert voor mogelijke commissiebrede aandachtspunten, zodat aan de hand daarvan de brainstorm kan worden gestructureerd.


Bespreking

4.36410 IV, H

Brief van staatssecretaris van BZK over diverse onderwerpen Koninkrijksrelaties; Begrotingsstaten Koninkrijksrelaties en BES-fonds 2024

Beslispunten:

  • Geeft de afschriftbrief over diverse onderwerpen op het terrein van de Koninkrijksrelaties aanleiding tot schriftelijk overleg of wenst de commissie dit desgewenst te betrekken bij een nader in te plannen kennismakingsgesprek met de nieuwe staatssecretaris BZK?
  • Hoe oordeelt de commissie over de status van toezeggingen T03728 en T02536?

Toelichting:

Op 10 juni 2024 heeft de vm. staatssecretaris van BZK de Tweede Kamer schriftelijk geïnformeerd over een aantal lopende dossiers op het terrein van de Koninkrijksrelaties. Een aantal van deze dossiers hebben ook de actieve aandacht van de commissie, reden waarom de commissiestaf heeft verzocht om een afschrift van deze brief aan de Eerste Kamer te zenden. Dat afschrift is op 20 juni 2024 ontvangen. In de aanbiedingsbrief aan de Eerste Kamer maakt de vm. staatssecretaris verder van de gelegenheid gebruik om in te gaan op een tweetal toezeggingen aan de Eerste Kamer, te weten:

  • T03728 (Informeren Kamer stand van zaken herziening Landsverordening en protocol Aruba financieel toezicht); en,
  • T02536 (Autonomiedebat Caribisch Nederland).

Voor beide toezeggingen geldt dat de staatssecretaris aangeeft de toezeggingen als afgedaan te beschouwen.

Ter zake van T03728 attendeert de commissiestaf u nog op de besluitvorming in de commissie d.d. 19 maart 2024 om het nader schriftelijk overleg over de herfinanciering liquiditeitssteun Aruba (36.401 EK, M) nader ter bespreking te agenderen op het moment dat meer duidelijk zou zijn over de uitkomst van de onderhandelingen tussen Nederland en Aruba. Die duidelijkheid lijkt thans te worden geboden in de geagendeerde aanbiedingsbrief. De commissie zou desgewenst kunnen overwegen het eerdere nader schriftelijk overleg (36401, M) thans voor kennisgeving aan te nemen.



6.Rondvraag


Korte aantekeningen