Dinsdag 17 december 2024, commissie Economische Zaken / Klimaat en Groene Groei (EZ/KGG)




Agenda

1.Vaststellen agenda


2.36600 L

Begrotingsstaat Nationaal Groeifonds 2025

Beslispunt

Hoe wenst de commissie het begrotingswetsvoorstel te behandelen?

Toelichting

De commissie heeft de keuze uit de volgende behandelopties:

  • 1) 
    een datum bepalen voor het leveren van inbreng voor het verslag;
  • 2) 
    volstaan met een blanco verslag -> geen schriftelijke voorbereiding in commissieverband, en het wetsvoorstel ter besluitvorming aan de plenaire vergadering voorleggen als hamerstuk of door middel van stemming;
  • 3) 
    volstaan met een verslag onder voorbehoud van plenaire behandeling -> geen schriftelijke behandeling in de commissie, wel een plenair debat.

NB: Mocht de commissie besluiten tot optie 2 (blanco verslag en stemming/afdoen als hamerstuk), dan wordt in principe het goede gebruik gevolgd dat aan het einde van de laatste plenaire vergadering voor het kerstreces eventuele hamerstukken en stemmingen over wetsvoorstellen, waartoe diezelfde dag is besloten door de commissies, worden afgehandeld, tenzij de commissie aangeeft het begrotingsvoorstel pas in een volgende plenaire vergadering te willen afhandelen.

Achtergrond

  • In de Tweede Kamer wordt altijd over alle begrotingen gezamenlijk gestemd. De reden daarvoor is gelegen in het recht van amendement. Een wijziging van de ene begroting kan dan desgewenst worden gedekt met middelen op een andere begroting. Als al over een begrotingsvoorstel zou zijn gestemd door de Tweede Kamer, is die optie niet meer beschikbaar.
  • Op 12 december jl. heeft de Tweede Kamer gestemd over alle begrotingswetsvoorstellen Hierdoor is de behandeling in deze Kamer een week doorgeschoven. In CvF is het onderstaande procedurele kader aan de orde geweest.
  • In artikel 2.25 Cw 2016 is een regel opgenomen voor het geval een begroting niet voor de start van het kalenderjaar is goedgekeurd
  • Lopend beleid dat ten grondslag ligt aan de begroting kan met terughoudendheid in uitvoering worden genomen. Voor nieuw beleid geldt in principe “niet, tenzij”. Voor dit “tenzij” is vereist dat uitstel naar de mening van de betreffende minister niet in het belang is van de Staat en dat hij de Kamers daarover moet hebben geïnformeerd.
  • In de Europese Verordening met begrotingsregels[1] staat dat de begroting jaarlijks uiterlijk voor de jaarwisseling wordt vastgesteld. Het doel hiervan is ervoor te zorgen dat de overheid in staat blijft haar essentiële plichten te vervullen. Voor het geval behandeling voor de jaarwisseling niet lukt (“omwille van objectieve redenen buiten de macht van de overheid"), dienen lidstaten te beschikken over uitgestelde begrotingsprocedures.
  • Met de hiervoor genoemde bepalingen uit de Comptabiliteitswet is in zo’n uitgestelde begrotingsprocedure voorzien.
  • In 2023 zijn, vanwege de TK-verkiezingen, slechts enkele begrotingen (5 van de 23) voor de jaarwisseling in de EK afgehandeld. De rest is behandeld in het lopende begrotingsjaar.

[1] Verordening (EU) nr. 473/2013 betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de eurozone. Zie artikel 4, lid 3 en overweging 15.


Procedure



3.36600 M

Begrotingsstaat Klimaatfonds 2025

Beslispunt

Hoe wenst de commissie het begrotingswetsvoorstel te behandelen?

Toelichting

De commissie heeft de keuze uit de volgende behandelopties:

  • 1) 
    een datum bepalen voor het leveren van inbreng voor het verslag;
  • 2) 
    volstaan met een blanco verslag -> geen schriftelijke voorbereiding in commissieverband, en het wetsvoorstel ter besluitvorming aan de plenaire vergadering voorleggen als hamerstuk of door middel van stemming;
  • 3) 
    volstaan met een verslag onder voorbehoud van plenaire behandeling -> geen schriftelijke behandeling in de commissie, wel een plenair debat.

NB: Mocht de commissie besluiten tot optie 2 (blanco verslag en stemming/afdoen als hamerstuk), dan wordt in principe het goede gebruik gevolgd dat aan het einde van de laatste plenaire vergadering voor het kerstreces eventuele hamerstukken en stemmingen over wetsvoorstellen, waartoe diezelfde dag is besloten door de commissies, worden afgehandeld, tenzij de commissie aangeeft het begrotingsvoorstel pas in een volgende plenaire vergadering te willen afhandelen.

Achtergrond

  • In de Tweede Kamer wordt altijd over alle begrotingen gezamenlijk gestemd. De reden daarvoor is gelegen in het recht van amendement. Een wijziging van de ene begroting kan dan desgewenst worden gedekt met middelen op een andere begroting. Als al over een begrotingsvoorstel zou zijn gestemd door de Tweede Kamer, is die optie niet meer beschikbaar.
  • Op 12 december jl. heeft de Tweede Kamer gestemd over alle begrotingswetsvoorstellen Hierdoor is de behandeling in deze Kamer een week doorgeschoven. In CvF is het onderstaande procedurele kader aan de orde geweest.
  • In artikel 2.25 Cw 2016 is een regel opgenomen voor het geval een begroting niet voor de start van het kalenderjaar is goedgekeurd
  • Lopend beleid dat ten grondslag ligt aan de begroting kan met terughoudendheid in uitvoering worden genomen. Voor nieuw beleid geldt in principe “niet, tenzij”. Voor dit “tenzij” is vereist dat uitstel naar de mening van de betreffende minister niet in het belang is van de Staat en dat hij de Kamers daarover moet hebben geïnformeerd.
  • In de Europese Verordening met begrotingsregels[1] staat dat de begroting jaarlijks uiterlijk voor de jaarwisseling wordt vastgesteld. Het doel hiervan is ervoor te zorgen dat de overheid in staat blijft haar essentiële plichten te vervullen. Voor het geval behandeling voor de jaarwisseling niet lukt (“omwille van objectieve redenen buiten de macht van de overheid"), dienen lidstaten te beschikken over uitgestelde begrotingsprocedures.
  • Met de hiervoor genoemde bepalingen uit de Comptabiliteitswet is in zo’n uitgestelde begrotingsprocedure voorzien.
  • In 2023 zijn, vanwege de TK-verkiezingen, slechts enkele begrotingen (5 van de 23) voor de jaarwisseling in de EK afgehandeld. De rest is behandeld in het lopende begrotingsjaar.

[1] Verordening (EU) nr. 473/2013 betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de eurozone. Zie artikel 4, lid 3 en overweging 15.


Procedure



4.36600 XIII

Begrotingsstaten Economische Zaken 2025

Beslispunt

Hoe wenst de commissie het begrotingswetsvoorstel te behandelen?

Toelichting

De commissie heeft de keuze uit de volgende behandelopties:

  • 1) 
    een datum bepalen voor het leveren van inbreng voor het verslag;
  • 2) 
    volstaan met een blanco verslag -> geen schriftelijke voorbereiding in commissieverband, en het wetsvoorstel ter besluitvorming aan de plenaire vergadering voorleggen als hamerstuk of door middel van stemming;
  • 3) 
    volstaan met een verslag onder voorbehoud van plenaire behandeling -> geen schriftelijke behandeling in de commissie, wel een plenair debat.

NB: Mocht de commissie besluiten tot optie 2 (blanco verslag en stemming/afdoen als hamerstuk), dan wordt in principe het goede gebruik gevolgd dat aan het einde van de laatste plenaire vergadering voor het kerstreces eventuele hamerstukken en stemmingen over wetsvoorstellen, waartoe diezelfde dag is besloten door de commissies, worden afgehandeld, tenzij de commissie aangeeft het begrotingsvoorstel pas in een volgende plenaire vergadering te willen afhandelen.

Achtergrond

  • In de Tweede Kamer wordt altijd over alle begrotingen gezamenlijk gestemd. De reden daarvoor is gelegen in het recht van amendement. Een wijziging van de ene begroting kan dan desgewenst worden gedekt met middelen op een andere begroting. Als al over een begrotingsvoorstel zou zijn gestemd door de Tweede Kamer, is die optie niet meer beschikbaar.
  • Op 12 december jl. heeft de Tweede Kamer gestemd over alle begrotingswetsvoorstellen Hierdoor is de behandeling in deze Kamer een week doorgeschoven. In CvF is het onderstaande procedurele kader aan de orde geweest.
  • In artikel 2.25 Cw 2016 is een regel opgenomen voor het geval een begroting niet voor de start van het kalenderjaar is goedgekeurd
  • Lopend beleid dat ten grondslag ligt aan de begroting kan met terughoudendheid in uitvoering worden genomen. Voor nieuw beleid geldt in principe “niet, tenzij”. Voor dit “tenzij” is vereist dat uitstel naar de mening van de betreffende minister niet in het belang is van de Staat en dat hij de Kamers daarover moet hebben geïnformeerd.
  • In de Europese Verordening met begrotingsregels[1] staat dat de begroting jaarlijks uiterlijk voor de jaarwisseling wordt vastgesteld. Het doel hiervan is ervoor te zorgen dat de overheid in staat blijft haar essentiële plichten te vervullen. Voor het geval behandeling voor de jaarwisseling niet lukt (“omwille van objectieve redenen buiten de macht van de overheid"), dienen lidstaten te beschikken over uitgestelde begrotingsprocedures.
  • Met de hiervoor genoemde bepalingen uit de Comptabiliteitswet is in zo’n uitgestelde begrotingsprocedure voorzien.
  • In 2023 zijn, vanwege de TK-verkiezingen, slechts enkele begrotingen (5 van de 23) voor de jaarwisseling in de EK afgehandeld. De rest is behandeld in het lopende begrotingsjaar.

[1] Verordening (EU) nr. 473/2013 betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de eurozone. Zie artikel 4, lid 3 en overweging 15.


Procedure



5.36600 XXIII

Begrotingsstaat Klimaat en Groene Groei 2025

Beslispunt

Hoe wenst de commissie het begrotingswetsvoorstel te behandelen?

Toelichting

De commissie heeft de keuze uit de volgende behandelopties:

  • 1) 
    een datum bepalen voor het leveren van inbreng voor het verslag;
  • 2) 
    volstaan met een blanco verslag -> geen schriftelijke voorbereiding in commissieverband, en het wetsvoorstel ter besluitvorming aan de plenaire vergadering voorleggen als hamerstuk of door middel van stemming;
  • 3) 
    volstaan met een verslag onder voorbehoud van plenaire behandeling -> geen schriftelijke behandeling in de commissie, wel een plenair debat.

NB: Mocht de commissie besluiten tot optie 2 (blanco verslag en stemming/afdoen als hamerstuk), dan wordt in principe het goede gebruik gevolgd dat aan het einde van de laatste plenaire vergadering voor het kerstreces eventuele hamerstukken en stemmingen over wetsvoorstellen, waartoe diezelfde dag is besloten door de commissies, worden afgehandeld, tenzij de commissie aangeeft het begrotingsvoorstel pas in een volgende plenaire vergadering te willen afhandelen.

Achtergrond

  • In de Tweede Kamer wordt altijd over alle begrotingen gezamenlijk gestemd. De reden daarvoor is gelegen in het recht van amendement. Een wijziging van de ene begroting kan dan desgewenst worden gedekt met middelen op een andere begroting. Als al over een begrotingsvoorstel zou zijn gestemd door de Tweede Kamer, is die optie niet meer beschikbaar.
  • Op 12 december jl. heeft de Tweede Kamer gestemd over alle begrotingswetsvoorstellen Hierdoor is de behandeling in deze Kamer een week doorgeschoven. In CvF is het onderstaande procedurele kader aan de orde geweest.
  • In artikel 2.25 Cw 2016 is een regel opgenomen voor het geval een begroting niet voor de start van het kalenderjaar is goedgekeurd
  • Lopend beleid dat ten grondslag ligt aan de begroting kan met terughoudendheid in uitvoering worden genomen. Voor nieuw beleid geldt in principe “niet, tenzij”. Voor dit “tenzij” is vereist dat uitstel naar de mening van de betreffende minister niet in het belang is van de Staat en dat hij de Kamers daarover moet hebben geïnformeerd.
  • In de Europese Verordening met begrotingsregels[1] staat dat de begroting jaarlijks uiterlijk voor de jaarwisseling wordt vastgesteld. Het doel hiervan is ervoor te zorgen dat de overheid in staat blijft haar essentiële plichten te vervullen. Voor het geval behandeling voor de jaarwisseling niet lukt (“omwille van objectieve redenen buiten de macht van de overheid"), dienen lidstaten te beschikken over uitgestelde begrotingsprocedures.
  • Met de hiervoor genoemde bepalingen uit de Comptabiliteitswet is in zo’n uitgestelde begrotingsprocedure voorzien.
  • In 2023 zijn, vanwege de TK-verkiezingen, slechts enkele begrotingen (5 van de 23) voor de jaarwisseling in de EK afgehandeld. De rest is behandeld in het lopende begrotingsjaar.

[1] Verordening (EU) nr. 473/2013 betreffende gemeenschappelijke voorschriften voor het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en voor het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de eurozone. Zie artikel 4, lid 3 en overweging 15.


Procedure



6.EK 36410 XIII, G

Brief van de minister van EZ over Datacenters in de Nederlandse digitale economie; Begrotingsstaten Economische Zaken en Klimaat 2024

Beslispunt:

  • Wenst de commissie naar aanleiding van de brief van 21 november 2024 met de minister van EZ in overleg te treden?
  • Hoe oordeelt de commissie over de status van toezegging T03795?

Toelichting:

Op 21 november 2024 heeft de commissie EZ/KGG een brief van de minister van Economische Zaken ontvangen over Datacenters in de Nederlandse digitale economie. In deze brief wordt ingegaan op de betekenis van de digitale infrastructuur en datacenters, de motie 26643, nr. 1186 van het lid Zeedijk (NSC) en de stand van zaken met betrekking tot een aantal gedane toezeggingen. Voor zover het de invulling van de toezegging aan de Eerste Kamer betreft, is deze brief mede namens de minister van Klimaat en Groene Groei gestuurd.

T03795

Kamerlid: Prins (CDA)

Toezegging: De minister voor Klimaat en Energie zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Prins (CDA), toe dat bij de verdere uitwerking van de digitale strategie, de suggesties van mevrouw Prins worden meegenomen.

Reactie regering: "In het kader van de vraagstukken die spelen bij groei en duurzaamheid is door de Eerste Kamer (lid Prins, CDA) aan de minister voor Klimaat en Energie gevraagd naar de afweging tussen CO2-reductie enerzijds en de ambitie om Nederland een digitaal knooppunt van betekenis te laten zijn anderzijds. De vraag is gesteld wat voorrang heeft: de activiteiten ten faveure van de verlaging van CO2 of de verdere uitvoering van de digitale strategie. Het kabinet is van mening dat dit niet als een strikte tegenstelling moet worden gezien. Zoals in het Actieplan Duurzame Digitalisering is uiteengezet, is digitalisering juist ook onderdeel van de oplossing om te komen tot efficiëntere processen en daardoor tot een bijdrage aan de vermindering van de CO2 uitstoot. Dan gaat het om verduurzaming met behulp van digitalisering. Tegelijkertijd zien we de vraag naar data en rekenkracht snel toenemen, net als het energieverbruik (onder andere als gevolg van ontwikkeling en toepassing van AI). Het is van belang om zo efficiënt mogelijk aan de vraag te kunnen voldoen, waarbij het ook mogelijk is dat het relatieve energieverbruik daalt, terwijl in absolute zin het energieverbruik gelijk blijft of zelfs stijgt. Gegeven de schaarste aan energie en ruimte hebben verschillende overheidslagen, zoals beschreven, beperkingen ingesteld voor de vestiging van nieuwe datacentra."

Ambtelijk advies: De toezegging aanmerken als 'deels voldaan'.


Bespreking

7.36611, I

Brief van de minister van KGG over de baten van opgewekte elektriciteit van huishoudens; Wet beëindiging salderingsregeling

Beslispunt:

  • Wenst de commissie de brief van 13 december 2024 voor kennisgeving aan te nemen en deze desgewenst te betrekken bij de stemming over de motie-Crone (36611, E) op 17 december 2024?

Toelichting:

Op 13 december 2024 ontving de Kamer een brief van de minister van KGG met betrekking tot een verduidelijking omtrent de motie-Crone (36611, E), ingediend tijdens de plenaire behandeling van wetsvoorstel Beëindiging Salderingsregeling op 13 december 2024. Over de motie wordt op 17 december 2024 gestemd. In deze motie wordt de regering verzocht een eerlijke en gelijke behandeling van de kosten en de baten van zon op dak vast te leggen in wet- en regelgeving.


Bespreking brief


8.Mededelingen en informatie

A - Brief over de stand van zaken nieuw te bouwen kerncentrales

Op 22 november heeft de Tweede Kamer een brief ontvangen van de minister van KGG over de stand van zaken met betrekking tot de nieuw te bouwen kerncentrales. De commissie EZ/KGG van de Eerste Kamer heeft een gelijkluidende brief ontvangen. Met deze brief wordt ingegaan op de eerste voorbereidingen voor de realisatie van een derde en vierde centrale. In deze brief wordt eveneens een update voorzien aan de Kamer van de verschillende werksporen binnen de voorbereiding op de bouw van de eerste twee kerncentrales, de opbouw van de projectorganisatie en de planning.

B- Brief advisering over Nationaal Groeifonds project PhotonDelta en kabinetsreactie

Op 26 november heeft de commissie EZ/KGG het advies van de Adviescommissie Nationaal Groeifonds over project PhotonDelta en de kabinetsreactie hierop ontvangen. Het kabinet neemt het advies volledig over, waardoor er € 53,8 miljoen definitief toegekend wordt aan het NGF-project PhotonDelta en de programmaperiode verlengd naar 2033. Hierdoor zal € 320,4 miljoen definitief toegekend zijn en € 150,8 miljoen voorwaardelijk toegekend resteren voor PhotonDelta.

C- Voortgangsrapportage Invest-NL 2023, met appreciatie

Op 26 november heeft de commissie EZ/KGG de voortgangsrapportage van Invest-NL 2023 ontvangen. Tevens ontving de commissie van de minister van EZ de kabinetsreactie hierop. De minister gaat in zijn brief ook nader in op de activiteiten en ontwikkelingen van Invest-NL in 2023.

D- Brief over schikkingskosten voor het verwijderen van gasaansluitingen

Op 9 december ontving de Kamer een afschrift van de Kamerbrief schikkingskosten voor het verwijderen van gasaansluitingen. De Tweede Kamer heeft de brief voor kennisgeving aangenomen.

E- Geannoteerde agenda Energieraad 16 december 2024

Op 2 december 2024 ontving de Kamer van de minister van KGG de geannoteerde agenda van de formele Energieraad, die op 16 december 2024 plaatsvindt. Tijdens deze Raad wordt er gesproken over het vaststellen van de Raadsconclusies over geothermie en de prioriteiten uit het werkprogramma van de nieuwe Eurocommissaris voor Energie en Wonen, Dan Jørgensen.

F- Geannoteerde agenda Milieuraad 17 december 2024

Op 2 december 2024 ontving de Kamer van de staatssecretaris van I&W en de minister van KGG de geannoteerde agenda van de formele Milieuraad, die op 17 december plaatsvindt. Tijdens deze Raad wordt onder andere gesproken over het tussentijdse Klimaatdoel voor 2040. Tevens hebben de bewindslieden bij de geannoteerde agenda een update meegestuurd over de motie-Erkens (31.793, 257) van de Tweede Kamer over een stevig uitvoeringspakket voor het Klimaatdoel 2040.

G- Brief over resultaten van de COP29

Op 10 december 2024 ontving de Kamer een brief van de minister van KGG over de resultaten van de COP29.









9.Rondvraag


10.Ter herinnering: openstaande correspondentie commissie EZ/KGG

  • Hieronder is een overzicht van de openstaande correspondentie weergegeven (dit betreft brieven).
  • Een overzicht van wetsvoorstellen die bij de commissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) in (schriftelijke) behandeling zijn, is via deze link te raadplegen.
  • Een overzicht van EZ/KGG-wetsvoorstellen in behandeling bij de Tweede Kamer is te raadplegen via deze link.

Overzicht openstaande correspondentie

Verzonden

Onderwerp + link

(N)SO: (nader) schriftelijk overleg

Reactietermijn

Toelichting

5 december 2024

SO - brief aan de minister van KGG over de voortgang van de verduurzaming van de industrie

Link brief: 29.826 / 32.813

2 januari 2024

 

13 november 2024

NSO - brief aan de minister van KGG over de rol van thuis- en buurtbatterijen in het energiesysteem

Link brief: 35.594

11 december 2024

Uitstelbrief ontvangen op 13 december 2024

13 november 2024

NSO - brief aan de minister van KGG over de kabinetsreactie evaluaties naar doeltreffendheid en doelmatigheid van het klimaatbeleid en het overzicht bij klimaatuitgaven

Link brief: ​36.274 / 36.410 XIII

11 december 2024

 

13 november 2024

SO - brief aan de staatssecretaris van I&W en de minister van KGG over de Milieuraad van 11 en 12 juli 2024

Link brief: 21501-08

11 december 2024

 

22 oktober 2024

SO - Halfjaarlijks rappel toezeggingen KGG

Link brief: 36.600 XXIII

6 december 2024

 

22 oktober 2024

SO - Halfjaarlijks rappel moties KGG

Link brief: 36.600 XXIII

6 december 2024

 

22 oktober 2024

SO - Halfjaarlijks rappel toezeggingen

Link brief: 36.600 XIII

6 december 2024

 

22 oktober 2024

SO - Halfjaarlijks rappel moties EZ

Link brief: 36.600 XIII

6 december 2024

 

2 oktober 2024

NSO - Europees actieplan voor windenergie

Link brief: 22.112

30 oktober 2024

Uitstelbrief ontvangen op 13 november 2024

25 september 2024

NSO - brief aan de staatssecretaris voor Rechtsbescherming over het ontwerpbesluit Implementatie richtlijn duurzaamheidsrapportering

Link brief: 26.485

23 oktober 2024

 

18 juni 2024

SO - Commissiemededeling biotechnologie en bioproductie (Europese Commissie)

Link brief: 36.575

14 september 2024

In afwachting van beantwoording door de nieuwe Europese Commissie. Ambtelijk is gerappelleerd en reactie wordt spoedig verwacht

19 juli 2022

NSO - Motie Berkhout rotorbladen;

Link brief: 35.092

T.z.t. informeren over uitkomst aeronautische studie, vervolgens status motie opnieuw agenderen.

 

Versie 17-12-2024