In de Rijksbegroting staan de voorstellen voor uitgaven, alsmede de inkomsten van het Rijk voor het komende jaar.

De Rijksbegroting bestaat uit meerdere hoofdstukken. Voor ieder ministerie is een apart hoofdstuk; de hoofdstukken worden als afzonderlijke wetsvoorstellen ingediend.

Traditioneel wordt de begroting op Prinsjesdag in een koffertje aan de Tweede Kamer aangeboden.

In de regel in de vierde week van oktober worden in de Eerste Kamer de hoofdlijnen van de Rijksbegroting tijdens de algemene politieke beschouwingen besproken.

Het financiële beleid van de regering wordt in december tijdens de algemene financiële beschouwingen besproken.

De behandeling van de Rijksbegroting door de Eerste Kamer is in beginsel gelijk aan die van andere wetsvoorstellen.

Wel wordt er soms eerst over het begrotingsvoorstel gestemd en wordt pas later een beleidsdebat gehouden.