1.Vaststellen agenda
2.32.317, OU
Brief van de ministers van J&V en A&M en de staatssecretaris Rechtsbescherming over geannoteerde agenda van de JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024; JBZ-Raad
Aanleiding
-
-De commissies besloten op 15 oktober jl. om heden gelegenheid te bieden voor het leveren van inbreng voor schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda.
-
-Intussen is ook het verslag van de betreffende JBZ-Raad verschenen (zie agendapunten 3 en 4).
Beslispunt:
Welke fracties wensen n.a.v. geannoteerde agenda van de formele JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024 vandaag inbreng te leveren voor schriftelijk overleg met de regering en/of de Europese Commissie?
Toelichting:
In de begeleidende brief bij de geannoteerde agenda van de formele JBZ-Raadbijeenkomst die op 10 en 11 oktober 2024 plaatsvond in Luxemburg, werd de Kamer eveneens geïnformeerd over:
-
-de ontwikkelingen om strategische richtsnoeren op te stellen over de meerjarige Justitie- en Binnenlandse Zakensamenwerking in de Europese Unie, en
-
-de kabinetsinzet om steun te krijgen voor wijziging van de Terugkeerrichtlijn.
Als bijlage is bijgevoegd een non-paper over laatstgemeld onderwerp dat is opgesteld door Nederland en Oostenrijk en is gesteund door een aantal andere lidstaten. In dit document worden handvatten uiteengezet om de Europese Commissie te helpen bij het voorbereiden van een “opnieuw herzien” wetgevingsvoorstel teneinde terugkeer te vergemakkelijken en te versnellen via een nieuwe juridisch kader. Er wordt o.a. gewezen op het belang van een essentiele paradigmaverschuiving in het terugkeerproces naar verplichtingen en plichten voor de onderdaan van een derde land waarvoor een terugkeerbesluit geldt.
Inbreng
3.32.317, OV
Brief van de ministers van J&V en A&M en de staatssecretaris Rechtsbescherming over verslag JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024; JBZ-Raad
Beslispunt:
Geeft het verslag van de formele JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024 de commissies aanleiding tot schriftelijk overleg (desgewenst in samenhang met de inbreng voor schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda (zie vorig agendapunt)), of nemen zij deze voor kennisgeving aan?
Toelichting:
In de begeleidende brief bij het verslag van de formele JBZ-Raadbijeenkomst die op 10 en 11 oktober 2024 plaatsvond in Luxemburg, wordt de Kamer voorts geïnformeerd over:
-
-de gesprekken die de minister van A&M in de marge van deze JBZ-Raad heeft gevoerd over de opt-out (van Europese asiel- en migratieregelgeving wanneer verdragswijziging aan de orde is), conform een gedane toezegging aan het Tweede Kamerlid Eerdmans (JA21);
-
-de voortgang van de onderhandelingen over het Voorstel voor een Richtlijn tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van mensensmokkel (COM(2023)755), conform de op 9 april 2024 vastgestelde informatieafpraken met de Eerste Kamer in het kader van een parlementair behandelvoorbehoud. De bespreking van deze update is separaat in deze vergadering geagendeerd onder agendapunt 4, en
-
-de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan een motie van de Tweede Kamerleden Eerdmans en Wilders over het aanstellen van een rapporteur om partnerlanden in kaart te brengen waarmee opgetrokken kan worden om asielopvang en -procedures naar derde landen te verplaatsen.
-
A)geprioriteerde onderwerpen uit het verslag voor de commissies I&A/JBZ-Raad en J&V:
-
-Interoperabiliteit
De Europese Commissie schetste de stand van zaken van de implementatie van de roadmap en in het bijzonder de voortgang van de implementatie van het Entry/Exit Systeem (EES). Met betrekking tot de implementatie van het EES heeft een aantal lidstaten, waaronder Nederland, aangegeven dat gereed melden momenteel niet aan de orde is, onder andere omdat het centrale systeem waarop het EES draait nog niet stabiel genoeg werkt.
De Europese Commissie erkende de complexiteit van de implementatie van het EES en ziet af van de inwerkingtreding van het EES voor alle lidstaten tegelijkertijd per de aanvankelijk beoogde datum 10 november 2024. De Europese Commissie kondigde aan de komende weken in overleg met de lidstaten en eu-LISA, het Europese IT-agentschap, in kaart te zullen brengen of een gefaseerde start van het EES mogelijk is en zo ja, hoe deze vorm moet krijgen, met als einddoel de volledige implementatie van het EES. De lidstaten hebben in de JBZ-Raad steun uitgesproken voor deze aanpak. Het Hongaarse voorzitterschap steunt een gefaseerde start om het systeem efficiënt in gebruik te kunnen nemen en hoopt op een snelle inwerkingtreding van het EES.
NB. In het kader van de behandeling van wetsvoorstel Gebruik biometrie bij automatische grenscontrole in de commissie I&A/JBZ-Raad is op 18 oktober 2024 een commissiebrief gezonden met een verzoek om op korte termijn i) aanvullende informatie te verstrekken over het uitstel van de invoering van het Entry/Exit-systeem (EES) en ii) de Kamer te informeren over de opgaven waarvoor Eurocommissaris Johansson zich gesteld weet om het systeem goed werkend en juridisch kloppend te krijgen. De reactietermijn die voor de beantwoording is gesteld is 8 november 2024.
-
-De strijd tegen drugshandel en georganiseerde criminaliteit
Het Voorzitterschap, de Europese Commissie en agentschappen Europol, Eurojust en EDEO lichtten het belang van de justitiële aanpak van georganiseerde criminaliteit toe en benoemden een aantal stappen die zijn gezet. De recente lancering van het European Judicial Organised Crime Network, een strategisch samenwerkingsverband van gespecialiseerde aanklagers van de 27 lidstaten, werd uitgelicht als waardevolle stap voor strategische en operationele samenwerking.
-
-Rekrutering van minderjarigen en jongeren voor criminaliteit via onlineplatforms
Zweden vroeg aandacht voor het fenomeen inhoudende dat veel jongeren online gerekruteerd worden op bijvoorbeeld op gaming platforms, binnen versleutelde berichtgeving, maar daarvoor ook al op het open deel van het internet. Zweden schetste mogelijkheden om hierop in EU-verband verder samen te werken.
-
-Overige onderwerpen Justitie-dag: EU-VS onderhandelingen inzake e-evidence
De Europese Commissie informeerde de JBZ-Raad over het verloop van de onderhandelingen met de VS over een EU-VS e-evidence overeenkomst, een belangrijk instrument om de Europese Unie te helpen om toegang te krijgen tot electronisch bewijs bij dienstaanbieders in de Verenigde Staten. De onderhandelingen zijn in een cruciale eindfase beland en dat belangrijke openstaande punten de wederkerigheid en de waarborgen betreffen. De volgende ronde van de onderhandelingen zal plaatsvinden op 19 en 20 november a.s. in Brussel.
-
B)geprioriteerde onderwerpen van de geannoteerde agenda voor de commissie I&A/JBZ:
-
-Staat van het Schengen gebied: a) Schengenbarometer, b) Uitvoering van de prioriteiten voor de Schengenraadcyclus 2024-2025
De Europese Commissie heeft de Schengenbarometer, met daarin de recente trends in het Schengengebied, gepresenteerd, waarbij de highlights werde toegelicht. Tijdens de tafelronde was onder de lidstaten brede steun voor de weerbaarheid van de buitengrenzen van het Schengengebied, en de daarvoor geïdentificeerde vervolgstappen van het Voorzitterschap. Enkele lidstaten lichtten eigen maatregelen toe, nu er nog steeds sprake is van significante secundaire migratiestromen binnen het Schengengebied.
-
-Verbetering van de effectiviteit van het EU-terugkeerbeleid
Er bestond brede overeenstemming over de noodzaak om het Europese terugkeerbeleid te verbeteren. Hierbij werd het op korte termijn herzien van de Terugkeerrichtlijn als belangrijke stap benoemd om processen te versimpelen, onttrekking aan het overheidstoezicht tegen te gaan en innovatieve oplossingen mogelijk te maken. In dat kader werd het non-paper dat Nederland samen met Oostenrijk presenteerde, goed ontvangen. Een grote groep lidstaten deed de oproep aan de Commissie tot het verder uitwerken van out-of-the-box oplossingen zoals de terugkeerhub. Ook spraken diverse lidstaten zich uit voor het verbeteren van de terugkeersamenwerking met derde landen, onder andere door middel van een positieve benadering maar ook door het nemen van negatieve maatregelen wanneer de samenwerking ontoereikend is.
-
-Overige onderwerpen HOME-dag; a) Implementatie van hervormingen op het gebied van asiel en migratie
De Europese Commissie heeft een toelichting gegeven over de implementatie van het Asiel- en Migratiepact, conform het in juni gepresenteerde gezamenlijk implementatieplan (Common implementation plan). Hierbij bood de Europese Commissie assistentie aan, waarbij de deadline van december a.s. werd herhaald. Er vond verder geen discussie plaats.
Bespreking
4.E240003 (informatieafspraken)
Voorstel voor een Richtlijn tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van mensensmokkel
Aanleiding:
-
-Onder agendapunt 3 van deze vergadering staat de bespreking geagendeerd van het verslag van de JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024 (32317, OV).
-
-In deze aanbiedingsbrief wordt de Kamer (voor de tweede keer) - conform de op 9 april 2024 vastgestelde informatieafspraken in relatie tot het Voorstel voor een Richtlijn tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van mensensmokkel (COM(2023)755) - geïnformeerd over (de voortgang van) de onderhandelingen, het krachtenveld en de actuele kabinetsinzet met betrekking tot dit voorstel, specifiek op de dimensie van humanitaire hulpverlening.
-
-Intussen zijn de antwoorden binnen op de nadere vragen aan de regering over het richtlijnvoorstel (zie agendapunt 5). Deze staan ter bespreking geagendeerd samen met de antwoorden die zijn ontvangen op de vragen die zijn gesteld aan de Europese Commissie.
Beslispunt:
Wensen de commissies naar aanleiding van de brief van 22 oktober 2024 met de minister van A&M in overleg te treden over de informatie m.b.t. het verloop van de onderhandelingen over de Richtlijn mensensmokkel of nemen zij de informatie voor kennisgeving aan?
Toelichting:
Het volgende wordt in dit kader aangegeven:
“Conform de op 9 april 2024 vastgestelde informatieafspraken met de Eerste Kamer in relatie tot het Voorstel voor een Richtlijn tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van mensensmokkel (COM(2023)755) wordt bij het verslag van de JBZ-Raad een update gegeven over (de voortgang van) de onderhandelingen, het krachtenveld en de actuele kabinetsinzet met betrekking tot dit voorstel, en specifiek over de dimensie van humanitaire hulpverlening. Een eerdere tussentijdse update werd gegeven in de aanbiedingsbrief bij het Verslag van de JBZ-Raad van 13 en 14 juni. Ten tijde van de informele JBZ-Raad van 22 en 23 juli waren er nog geen nieuwe ontwikkelingen, maar sindsdien is het voorstel onder het Hongaarse voorzitterschap diverse malen binnen lagere Raadsgremia besproken. Hierbij hanteert Nederland het BNC-fiche als uitgangspunt. De verwachting is dat in de aanloop naar de JBZ-Raad van december ten aanzien van de grootste bespreekpunten knopen zullen worden doorgehakt.
Er is met name gesproken over het al dan niet schrappen van het bestanddeel «financieel of materieel voordeel» uit de artikel 3 van het voorstel waarin de strafbaarstelling van mensensmokkel uiteen wordt gezet. Teneinde een tussenweg te vinden tussen de lidstaten die voor en tegen opname van een dergelijk bestanddeel in hun nationale wetgeving zijn is voorgesteld om het bestanddeel in de richtlijn aan te houden, maar wel een explicitering toe te voegen dat lidstaten nationaal niet worden belet verder te gaan in hun strafbaarstelling, aangezien het in deze richtlijn minimumnormen betreft. Nederland staat hier in beginsel positief tegenover, omdat dit bestanddeel momenteel niet in artikel 197a lid 1 van het Wetboek van Strafrecht is opgenomen.
Ook blijft het al dan niet opnemen van een humanitaire clausule een significant bespreekpunt, en zijn meerdere voorstellen besproken. Nederland heeft in deze discussie voortdurend het belang benadrukt dat gevallen niet moeten worden bestraft wanneer sprake is van zuivere humanitaire hulpverlening, maar ook dat opname van een passage over humanitaire hulpverlening niet misbruikt mag kunnen worden door evident criminele smokkelaars en zo het werk van de opsporingsinstanties zou bemoeilijken. Er is daarbij ook aangegeven dat een expliciete humanitaire clausule in het operationele deel van de tekst in dit verband niet direct noodzakelijk en effectief wordt geacht, aangezien het uitsluiten van humanitaire hulp van strafrechtelijke aansprakelijkheid ook door middel van andere wegen te ondervangen is, zoals door middel van algemene nationale strafuitsluitingsgronden, die Nederland zelf ook heeft. Nederland benadrukte dan ook steeds dat opname in de considerans van de richtlijn, met het doel te onderstrepen dat de strafbaarstelling niet mag dienen om humanitaire gevallen te bestraffen, de voorkeur geniet. Dit is conform de lijn zoals eerder met uw Kamer gedeeld.
Nederland droeg daarnaast een tekstvoorstel aan om mensensmokkel onder mensonterende omstandigheden ook als strafverzwarende omstandigheid in artikel 9 op te nemen. Dit voorstel lijkt gesteund te worden door de andere lidstaten.
In lijn met de Motie Veldkamp c.s. is in relatie tot artikel 12 over de rechtsmacht steeds weer het belang benadrukt van een zo ver mogelijk reikende extraterritoriale rechtsmacht-bepaling ten behoeve van een effectieve Europese aanpak van smokkelnetwerken. Wat Nederland betreft zou de richtlijn idealiter een stevige bepaling over de rechtsmacht bevatten, maar lijkt dit in de onderhandelingen voor andere lidstaten geen prioriteit. Derhalve heeft Nederland een tekstvoorstel voor een overweging in de considerans ingediend waardoor lidstaten in de richtlijn in ieder geval worden aangemoedigd nationaal een ruimere (extraterritoriale) rechtsmacht te hanteren dan in de richtlijn wordt opgenomen. De reactie van andere lidstaten wordt afgewacht .“
Eerder besloot de commissie I&A/JBZ-Raad op 25 juni jl. de bij het verslag van de JBZ-Raad van 13 en 14 juni 2024 aangeboden informatie in dit kader voor kennisgeving aan te nemen.
Bespreking
5.E240003
Brief van de Europese Commissie inzake beantwoording vragen naar aanleiding van het voorstel voor een Richtlijn tot wijziging minimumnormen ter voorkoming en tegengaan van mensensmokkel; Verslag van een nader schriftelijk overleg met de minister van J&V inzake voorstel voor een Richtlijn tot wijziging minimumnormen ter voorkoming en tegengaan van mensensmokkel (COM(2023)755); EU-voorstellen inzake mensensmokkel (COM(2023)754 en COM(2023)755); Voorstel voor een Richtlijn tot vaststelling van minimumvoorschriften ter voorkoming en bestrijding van mensensmokkel
Aanleiding:
-
-De commissie besloot op 6 februari 2023 het richtlijnvoorstel in behandeling te nemen en vragen te stellen aan de Europese Commissie en (tweemaal) aan de regering. De Europese Commissie heeft bij brief van 13 juli 2024 geantwoord.
-
-De commissie I&A/JBZ-Raad besloot op 15 oktober 2024 om de bespreking van deze brief aan te houden totdat de beantwoording van de aan de regering gestelde nadere vragen over dit voorstel door de Kamer waren ontvangen.
-
-De regering heeft bij brief van 25 oktober 2024 de aan haar gestelde nadere vragen beantwoord.
Beslispunt:
Wensen de commissies naar aanleiding van de brieven van 13 juli 2024 en 25 oktober 2024 nader met de Europese Commissie respectievelijk de regering in overleg te treden (desgewenst in samenhang met vragen bij het agendapunt 4) of nemen zij de antwoorden voor kennisgeving aan?
Toelichting:
Op 28 november 2023 heeft de Europese Commissie het richtlijnvoorstel gepubliceerd tot wijziging van minimumnormen ter voorkoming en tegengaan van hulpverlening bij illegale binnenkomst, illegale doortocht en illegaal verblijf.
Schriftelijk overleg
Correspondentie met de Europese Commissie
Bij brief van 12 maart 2024 zijn vragen over het voorstel gesteld aan de Europese Commissie, gebaseerd op inbreng van de leden van de fractie van GroenLinks-PvdA. De antwoordbrief van de Europese Commissie is op 13 juli 2024 ontvangen.
Correspondentie met de regering
Bij brief van 6 maart 2024 zijn vragen over het voorstel gesteld aan de staatssecretaris van J&V, eveneens gebaseerd op inbreng van de leden van de fractie van GroenLinks-PvdA. N.a.v. de antwoordbrief van 25 maart 2024 (36507, D) van de voormalig staatssecretaris van J&V zijn bij brief van 23 april 2024 nadere vragen gesteld, gebaseerd op inbreng van de leden van de fracties van de ChristenUnie en GroenLinks-PvdA gezamenlijk en de leden van de fractie van D66. De antwoordbrief van de minister van A&M is op 25 oktober 2024 door de Kamer ontvangen.
Informatieafspraken
-
-Op 9 april 2024 zijn informatieafspraken vastgesteld in relatie tot het aan de orde zijnde voorstel COM(2023)755 over (de voortgang van) de onderhandelingen, het krachtenveld en de actuele kabinetsinzet met betrekking tot dit voorstel, specifiek op de dimensie van humanitaire hulpverlening.
-
-Onder agendapunt 4 van deze vergadering staat de bespreking geagendeerd van de aanbiedingsbrief van 22 oktober 2024 bij het verslag van de JBZ-Raad van 10 en 11 oktober 2024 (32317, OV) waarbij de Kamer door de minister van A&M, mede namens de minister van BZK, voor de tweede maal conform de gemaakte informatieafspraken wordt geïnformeerd over de ontwikkelingen rondom het aan de orde zijnde voorstel.
-
-Conform deze informatieafspraken is de Kamer voor de eerste maal bij de aanbiedingsbrief van 21 juni 2024 bij het verslag van de JBZ-Raad van 13 en 14 juni 2024 (32317, OR) door de toenmalig minister van J&V, tezamen met de toenmalige minister voor Rechtsbescherming en de staatssecretaris van J&V, geïnformeerd. Deze brief stond geagendeerd in de gecombineerde vergadering van de commissies I&A/JBZ-Raad en J&V van 25 juni jl. en is aldaar door de commissie voor kennisgeving aangenomen.
Bespreking verslag schriftelijk overleg Europese Commissie en verslag nader schriftelijk overleg met de regering
6.ICM on evaluation of Eurojust's activities (maandag 2 december 2024 (15:00 en 18:00 uur) in Brussel)
Beslispunten:
-
-welke leden wensen deel te nemen aan de interparlementaire commissievergadering evaluatie activiteiten Eurojust op maandag 2 december 2024 tussen 15:00 en 18:00 uur?
-
-welke aandachtspunten willen de commissieleden aan mogelijke deelnemers van deze bijeenkomst meegeven?
Toelichting:
Op maandag 2 december 2024 zal in Brussel de vijfde bijeenkomst plaatsvinden van het Europees Parlement (de Commissie Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken (LIBE)) over de 'Evaluatie van de activiteiten van Eurojust'. De uitnodiging voor en conceptagenda van de bijeenkomst zijn ter informatie bijgevoegd. Vanuit de nationale parlementen kunnen maximaal vier leden, twee per Kamer, deelnemen. Inschrijving voor deze bijeenkomst is mogelijk tot uiterlijk 18 november a.s.
Het lid Janssen (SP) heeft tijdens de vergadering van 5 november jl. op voorhand aangegeven deel te kunnen nemen aan deze bijeenkomst.
Bespreking