E180030 - Commissiemededeling: Een krachtiger rol op het wereldtoneel - Efficiëntere besluitvorming voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU
Op 12 september 2018 heeft de Europese Commissie haar voorstel gepresenteerd onder de noemer "Een krachtiger rol op het wereldtoneel: efficiëntere besluitvorming voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU." Het voorstel beoogt de besluitvorming door de lidstaten op het gebied van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) effectiever en voortvarender te maken door vaker besluiten te nemen op basis van gekwalificeerde meerderheid in plaats van unanimiteit.
Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in commissie Eerste Kamer.
nationaal
Op 17 mei 2021 stuurde de minister van Buitenlandse Zaken een brief aan de Kamer over de mogelijkheden om binnen de EU over te gaan naar gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming zonder verdragswijziging (21.501-02, CV).
Op 25 mei 2021 werd de brief door de commissie EUZA voor kennisgeving aangenomen.
Europees
Op 29 oktober 2019 stuurde de Hongaarse Nationale Assemblee een opinie aan de Europese Commissie over het voorstel.
volledige titel
Mededeling van de Commissie aan de Europese Raad, het Europees Parlement en de Raad - Een krachtiger rol op het wereldtoneel: Efficiëntere besluitvorming voor het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid van de EU
document Europese Commissie
COM(2018)647, d.d. 12 september 2018
commissies Eerste Kamer
beleidsterrein
verwante dossiers
Op 17 mei 2021 stuurde de minister van Buitenlandse Zaken een brief aan de Kamer over de mogelijkheden om binnen de EU over te gaan naar gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming zonder verdragswijziging (21.501-02, CV).
Op 25 mei 2021 werd de brief door de commissie EUZA voor kennisgeving aangenomen.
Op 17 mei 2021 stuurde de minister van Buitenlandse Zaken naar aanleiding van de toezegging gedaan aan de Tweede Kamer tijdens het commissiedebat Raad Algemene Zaken van 15 april 2021 een brief (21.501-02, CV) aan de Kamer over de mogelijkheden om binnen de EU over te gaan naar gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming, zonder verdragswijziging.
Op 3 november 2020 hield het Lid Knapen (CDA) tijdens de Algemene Europese Beschouwingen een betoog over het buitenlands beleid van de EU. De minister van Buitenlandse Zaken gaf naar aanleiding hiervan aan meerderheidsbesluitvorming op het gebied van buitenlands beleid een dringende zaak te vinden, die echter moeizaam verloopt. Volgens de minister heeft de lange discussie over sancties tegen Belarus het debat over meerderheidsbesluitvorming een nieuwe impuls gegeven.
Op 20 december 2018 stuurde de regering haar antwoord op de brief van 5 december 2018. De commissie besloot op 15 januari 2019 het verslag van een schriftelijk overleg (35.114, A) van deze correspondentie voor kennisgeving aan te nemen. De fracties van PVV en SP gaven aan eventuele vervolgvragen tijdens de Algemene Europese Beschouwingen aan de orde te stellen.
Op 5 december 2018 zijn de schriftelijke vragen van de SP, D66 en SP over de commissiemededeling aan de minister van Buitenlandse Zaken verstuurd.
Op 27 november 2018 hebben de fracties van PVV, D66 en SP inbreng voor schriftelijk overleg geleverd.
Op 6 november 2018 besloot de commissie BDO op 27 november 2018 inbreng te willen leveren voor schriftelijk overleg. Mocht er een deadline zijn die een snellere behandeling noodzakelijk maakt, dan wordt dit aan de commissie gemeld.
Tijdens de commissievergadering van de commissie BDO op 2 oktober 2018 besloot zij het BNC-fiche af te wachten alvorens te besluiten over de behandeling van dit voorstel. Het BNC-fiche is op vrijdag 19 oktober 2018 naar de Eerste Kamer gestuurd.
-
-
-
brief van de minister van Buitenlandse Zaken inzake Toezegging de Kamer te informeren over juridische kaders overgaan van unanimiteit naar gekwalificeerde meerderheid, zonder verdragswijziging bij EU-besluitvorming
Op 25 mei 2021 door de commissie EUZA voor kennisgeving aangenomen 21.501-02, EK, CV
17 mei 2021 -
-
verslag van een schriftelijk overleg met de minister van Buitenlandse Zaken inzake schriftelijke vragen over de Commissiemededeling 'Een krachtiger rol op het wereldtoneel: efficiëntere besluitvorming voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU'
Op 15 januari 2019 door de commissie BDO voor kennisgeving aangenomen. 35.114, EK, A
11 januari 2019 -
Tijdens het commissiedebat op 15 april 2021 in de Tweede Kamer over de Raad Algemene Zaken (21.501-02, 2322) deed het kabinet de toezegging om de Kamer te informeren over de mogelijkheden om binnen de EU over te gaan van unanimiteits- naar gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming, zonder verdragswijziging. Op 17 mei 2021 reageerde het kabinet per brief op dit verzoek (21.501-02, 2347).
Op 13 november 2018 heeft de commissie voor Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer het voorstel betrokken bij het Algemeen Overleg met de minister van Buitenlandse Zaken over de Raad Buitenlandse Zaken en Peace Facility.
De Tweede Kamer heeft het voorstel als prioritair aangemerkt.
-
-
verslag van een commissiedebat, gehouden op 15 april 2021, over Raad Buitenlandse Zaken NB gewijzigd tijdstip 21.501-02, TK, 2322
29 april 2021 -
Verslag van een algemeen overleg, gehouden op 13 november 2018, over Raad Buitenlandse Zaken en Peace Facilty 21.501-02, TK, 1940
14 december 2018
De grondhouding van het Nederlandse kabinet t.a.v. de Commissiemededeling is positief. Het kabinet geeft in zijn fiche aan dat het voorstel geen aankondiging van concrete regelgeving is, maar dat de Commissie de mogelijkheden onderzoekt die het VWEU biedt om binnen het GBVB met gekwalificeerde meerderheid te stemmen. Het kabinet vindt het goed dat hierover een discussie aangezwengeld wordt.
Omdat alleen de EU de bevoegdheid heeft om volgens de desbetreffende verdragsbepaling te besluiten dat in bepaalde gevallen en gebieden voortaan wordt besloten met gekwalificeerde meerderheid in plaats van met eenparigheid, is subsidiariteit niet aan de orde. Wat betreft de proportionaliteit van de mededeling maakt het kabinet wel een kanttekening, namelijk dat de voorstellen op het punt van het instellen van civiele missies verder gaat dan noodzakelijk.
-
brief regering; Fiche: Mededeling over efficiëntere besluitvorming in het GBVB Ministerie van Buitenlandse Zaken - 22.112, TK, 2714
19 oktober 2018
Op 12 september 2018 heeft de Europese Commissie haar voorstel gepresenteerd onder de noemer "Een krachtiger rol op het wereldtoneel: efficiëntere besluitvorming voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU." Het voorstel beoogt de besluitvorming door de lidstaten op het gebied van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) effectiever en voortvarender te maken door vaker besluiten te nemen op basis van gekwalificeerde meerderheid in plaats van unanimiteit.
In het voorstel betoogt de Commissie dat er op basis van het Verdrag van de Europese Unie (VEU art.31, lid 2) al voldoende mogelijkheden bestaan om op het terrein van het GBVB met gekwalificeerde meerderheid te besluiten. Echter worden deze mogelijkheden in de ogen van de Commissie te weinig benut: in de praktijk besluit de Raad vaak met unanimiteit, ook als dat verdrag-technisch niet per definitie nodig is. Daarom stelt de Commissie voor om het potentieel van VEU art.31, lid 2 volledig te benutten en voortaan in onderstaande gevallen met gekwalificeerde meerderheid te beslissen:
-
-wanneer de Raad een besluit vaststelt dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt op grond van een besluit van de Europese Raad met betrekking tot de strategische belangen en doelstellingen van de Unie in de zin van art. 22, lid 1;
-
-wanneer de Raad een besluit vaststelt dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt, op voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, dat wordt voorgelegd naar aanleiding van een specifiek verzoek dat de Europese Raad op eigen initiatief of op initiatief van de hoge vertegenwoordiger tot hem heeft gericht;
-
-bij de aanneming van een besluit waarmee uitvoering wordt gegeven aan een besluit dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt;
-
-bij de benoeming van een speciale vertegenwoordiger overeenkomstig art. 33.
Daarnaast stelt de Commissie voor het gebruik van gekwalificeerde meerderheid verder uit te breiden ten aanzien van drie specifieke terreinen. Dit zou gebeuren op basis van de zogenaamde "passerelle-clausule" van VEU art. 31, lid 3, waarin wordt bepaald dat de Europese Raad met unanimiteit kan besluiten om voortaan met gekwalificeerde meerderheid te stemmen in de Raad ten aanzien van bepaalde terreinen. De Commissie stelt concreet de volgende drie terreinen voor:
-
-EU-standpunten over mensenrechten in multilaterale fora
-
-Goedkeuring en wijziging van de sanctiestelsels van de EU
-
-Civiele missies in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid
-
Commissiemededeling: Een krachtiger rol op het wereldtoneel - efficiëntere besluitvorming voor het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU commissievoorstel Europese Commissie - COM(2018)647
12 september 2018
In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.
Op 29 oktober 2019 stuurde de Hongaarse Nationale Assemblee een opinie aan de Europese Commissie over het voorstel.
In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.
-
Opinie Hongaarse Nationale Assemblee COM (2018)647, COM(2019)8 en COM(2019)186 Lidstaat
29 oktober 2019