Bewindslieden hebben aanwezigheidsverplichtingen in de Eerste Kamer na te komen. Dit schrijft de Eerste Kamer vandaag in een brief aan de Minister-president en de minister van Buitenlandse Zaken naar aanleiding van het uitstel van de Algemene Europese Beschouwingen van heden.
Als zich een reden tot mogelijke excusering voordoet, moet de bewindspersoon zich wenden tot de voorzitter van de Eerste Kamer. De honorering van dit verzoek kan doorgaans alleen in aanmerking komen als de bewindspersoon de Koningin moet begeleiden, dan wel moet deelnemen aan een Europese raad.
"Het eenzijdig aan kabinetszijde besluiten niet deel te nemen aan een ingepland debat in de Eerste Kamer, kan nimmer aan de orde zijn", aldus Eerste Kamervoorzitter De Graaf.
Deel dit item: