Het gaat om de volgende zes richtlijnen:
-
-Richtlijn 2002/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie inzake de toegang tot en interconnectie van elektronische -communicatienetwerken en bijbehorende faciliteiten (Toegangsrichtlijn) (PbEG L108) van 24 april 2002,
-
-Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie inzake de machtiging voor elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (Machtigingsrichtlijn) (PbEG L108) van 24 april 2002,
-
-Richtlijn 2002/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie inzake een gemeenschappelijk regelgevend kader voor elektronische communicatienetwerken en -diensten (Kaderrichtlijn) (PbEG L108) van 24 april 2002,
-
-Richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie inzake de universele dienst en gebruiksrechten met betrekking tot elektronischecommunicatienetwerken en -diensten (Universeledienstrichtlijn) (PbEG L108) van 24 april 2002,
-
-Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie inzake de verwerking van persoonsgegevens en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer in de sector elektronische communicatie (Richtlijn betreffende privacy en elektronische communicatie) (PbEG L201) van 31 juli 2002,
-
-richtlijn nr. 2002/77/EG van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 16 september 2002 betreffende de mededinging op de markten voor elektronische communicatienetwerken en -diensten (Dienstenrichtlijn) (PbEG L 249) van 17 september 2002.