Eerste Kamer aanvaardt aanpassing dualisering



Na een kort debat heeft de Eerste Kamer dinsdag 3 maart wijzigingen aangenomen van de Gemeente- en Provinciewet, die afzwakkingen van de dualisering inhouden (30.902). Zo krijgen wethouders en gedeputeerden de garantie dat zij niet alleen vergaderingen van de gemeenteraad of provinciale staten mogen bijwonen, maar ook vergaderingen van commissies van raden en staten. De burgemeester (commissaris) zal middels informatievoorziening meer betrokken worden bij de collegevorming na raad(- en staten)verkiezingen. Staatssecretaris Bijleveld-Schouten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kondigde aan dat te gelegener tijd nog enkele wetswijzigingen zijn te verwachten naar aanleiding van de nota de Staat van de Dualisering. Daarbij zal overigens niet de wijze van aanstelling van de burgemeester (benoemd of gekozen) opnieuw ter discussie komen. Wel was de staatssecretaris het eens met opmerkingen van de senatoren Engels (D66), Hermans (VVD) en Dölle (CDA) dat nauwlettend gekeken moet worden naar de legitimiteit van burgemeesters nu zij steeds meer bevoegdheden op het gebied van openbare orde en veiligheid toegewezen krijgen.

Senator Hermans (VVD) vroeg in zijn bijdrage aan het debat ook aandacht voor de geheimhoudingsplicht van ambtenaren die optreden als adviseur van raadsleden. Dat kan wel eens wringen met hun rol als adviseur van leden van het college van B en W. Senator Engels sprak niet alleen namens D66, maar ook namens de fracties van GroenLinks, Partij voor de Dieren en Onafhankelijke Senaatsfractie steun uit voor de voorgestelde aanpassing van de dualisering. Hij kondigde aan de werkdruk van raadsleden en de vergadercultuur in een later debat over de dualisering te zullen aankaarten.

Senator Vliegenthart (SP) plaatste kritische kanttekeningen. Volgens hem ervaren veel raadsleden dualisering niet als een zegen, maar als een zonde. "We hebben te doen met een politiek experiment waarvan de doelstelling bij lange niet wordt gehaald". De SP-senator doelde op de nog steeds grote afstand tussen kiezers en gekozenen. Ook was het hem opgevallen dat er sinds invoering van de dualisering meer in plaats van minder wordt vergaderd.

Senator Holdijk sprak namens de fracties van SGP en ChristenUnie zijn steun uit. Dit was gemakkelijker voor deze fracties geworden nadat de regering de voorgestelde vermindering van het aantal raadsleden uit het wetsvoorstel had geschrapt. Hij kreeg de toezegging van de staatssecretaris dat zij niet automatisch alle wijzigingen in de Gemeentewet ook parallel zal doorvoeren in de Provinciewet.

Senator Dölle van de CDA-fractie plaatste net als D66 kritische kanttekeningen bij de veronderstelde regierol van de burgemeester bij collegevorming. Staatssecretaris Bijleveld ontkende overigens dat dit het geval zal zijn. Wel krijgen de burgemeesters het recht om geïnformeerd te worden over de collegevorming. De CDA-senator zei ook te hechten aan de mogelijkheid om raadsleden te blijven benoemen in commissies die bezwaarschriften behandelen en daarover advies uitbrengen aan college en/of gemeenteraad. Volgens de staatssecretaris zou het zuiverder zijn als raadsleden niet in deze commissies zitten, maar zij vond dat gemeenteraden hierover zelf moeten beslissen. Senator Dölle herhaalde nog eens dat de CDA-fractie blijft hechten aan het in de Grondwet verankerde hoofdschap van de gemeenteraad. Zijn collega Engels wil dit restant van het vroegere monisme wel uit de Grondwet geschrapt zien, maar ook D66 vindt dat uiteindelijk de gemeenteraad bij beslissingen het laatste woord moet hebben.


Deel dit item: