Vijfentwintig jaar na de bloedige oorlog om Nagorno Karabach moeten Armenië en Azerbeidzjan - als huidige en komende voorzitter van de Raad van Europa - een extra inspanning te leveren om tot een vreedzame oplossing van dit gevaarlijke conflict te komen.
Die oproep doet de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa (bestaande uit 47 Europese staten) op initiatief van senator Tiny Kox.
Begin jaren negentig vochten de voormalige republieken van de ter ziele gegane Sovjet Unie een verwoestende oorlog uit over de zeggenschap in Nagorno Karabach, een door Armeniërs bevolkt deel van Azerbeidzjan. Na enkele duizenden doden en gewonden en honderdduizenden vluchtelingen in beide landen, werd een staakt-het-vuren getekend, dat sindsdien wankel stand houdt. Tot een vredesregeling is het echter niet gekomen, ondanks internationale bemiddeling door Rusland, Frankrijk en de Verenigde Staten. Ondertussen schroeven beide landen hun bewapening op. Vorige week verklaarde president Aliyev van Azerbeidzjan nog dat "zijn land een militaire oplossing nooit heeft uitgesloten." Enkele jaren geleden bleek hoe een ander 'bevroren conflict', in buurland Georgië, plotsklaps leidde tot een korte maar hevige oorlog tussen Georgie en Rusland en grote instabiliteit in de Kaukasus.
Armenië en Azerbeidzjan hebben zich bij hun toetreding tot de Raad van Europa in 2001 verplicht een vreedzame oplossing voor hun conflict te vinden. Nu Armenië zojuist het tijdelijk voorzitterschap van de organisatie heeft gekregen, en Azerbeidzjan volgend jaar aan bod komt, mag van beide landen extra inzet verwacht worden, betoogde senator Kox in de Armeense hoofdstad Jerevan. Aansluitend nam de assemblee een officiële verklaring aan die er bij beide landen op aandringt de komende tijd meer te doen om tot een vreedzame oplossing van het conflict te komen.
De volledige tekst van de verklaring is te lezen op www.assembly.coe.int
Deel dit item: