Impressie deskundigenbijeenkomst over democratische controle in de EU



Op 31 maart 2015 vond in de plenaire zaal van de Eerste Kamer een deskundigenbijeenkomst plaats over de Eerste Kamer en democratische controle in de EU, voorgezeten door Tineke Strik, voorzitter van de vaste commissie EUZA. De Eerste Kamer heeft zich de afgelopen jaren in het bijzonder bezig gehouden met de democratische controle op de versterking van het economisch bestuur van de EU en de mogelijke gevolgen van de Europese regelgeving voor de begrotingsbehandeling.

De verkiezing van een nieuwe Eerste Kamer en de parlementaire dimensie van het Nederlandse EU-voorzitterschap in het eerste halfjaar 2016 vormden voor de vaste commissie voor Europese Zaken de aanleiding om deze deskundigenbijeenkomst te organiseren. Aan de hand van regelgeving en beleid op beleidsterreinen van I&A/JBZ en Energie & Milieu, spitste de bijeenkomst zich toe op de wijze waarop de Eerste Kamer Europese wetgevingsinitiatieven en beleidsvorming controleert.

In het eerste deel van de bijeenkomst reflecteerden Kees Groenendijk (emeritus hoogleraar Rechtssociologie (RU) en voormalig voorzitter Commissie Meijers), Rudy Rabbinge (emeritus hoogleraar Duurzame ontwikkeling en voedselzekerheid (WUR) en voormalig Eerste Kamerlid) en Jan Marinus Wiersma (senior visiting fellow, Instituut Clingendael, en voormalig Europarlementariër) over mogelijke lacunes in de parlementaire controle op EU-besluitvorming en -ontwerpregelgeving. Door de sprekers werd onder andere gewezen op de consequenties voor democratische controle door parlementen van de verschuiving van regelgeving naar beleid in de EU. Ook de introductie van parallelle besluitvormingsstructuren binnen en buiten de verdragskaders werd genoemd. Daarnaast werd gewezen op het ontbreken van effectieve controle op besluitvorming in de Raadswerkgroepen en de Triloog. Tot slot werd aandacht gevraagd voor de noodzakelijke versterking van de samenwerking van nationale parlementen onderling en tussen nationale parlementen en het Europees Parlement, ook langs de lijnen van de politieke families.

Het tweede deel van de bijeenkomst bestond uit bijdragen van Pieter Zwaan (Bestuurs-kundige (RU) en co-onderzoeker Tweede Kamerrapport "Gericht op Europa"), Morten Knudsen (senior EU-adviseur van het Deense Folketing) en en Ute Müller (senior griffier Buitenlandse Zaken van de Duitse Bundesrat). Zwaan gaf in vogelvlucht een overzicht van de werkwijze van nationale parlementen in de EU op Europees terrein, terwijl Knudsen en Müller de Europese werkwijze van respectievelijk de Folketing en de Bundesrat toelichtten.

In de bijeenkomst formuleerden de deskundigen aanbevelingen ter versterking van de Europese werkwijze van de Eerste Kamer. Terugkerende begrippen waren proactiviteit, focus, selectiviteit en het benutten van externe deskundigheid. De commissie voor Europese Zaken zal deze aanbevelingen volgens plan nog voor de Kamerwisseling in juni 2015 bespreken.

Binnenkort verschijnt een woordelijk verslag van de bijeenkomst. De bijeenkomst is integraal terug te kijken via het Youtube-kanaal van de Eerste Kamer.


Deel dit item: